Windmolens – arrest Raad van State: uitstel, geen afstel
In zijn arrest van 30 juni heeft de Raad van State geoordeeld dat Europees recht dwingt tot een milieubeoordeling voor windmolens en -turbines. Maar de champagne kan nog niet open: de RvS geeft gemeenten en provincies ook een precieze instructie mee hoe de juridische lacunes te ondervangen.
De uitspraak van de Raad van State over een windpark nabij Delfzijl heeft geen bom gelegd onder de bouw van nieuwe windmolenparken op land. Het enige dat de bestuursrechter vaststelde is dat normen die nu nog gebruikt worden voor de vergunningverlening niet voldoen aan het Europees recht en er een uitgebreidere milieubeoordeling over onder meer geluidsnormen moet plaatsvinden. De zaak was aangespannen door 82 burgergroepen, die bezwaren hebben tegen de plaatsing van 16 windturbines op land in verband met overlast van geluid en slagschaduwen: windturbines zijn nu 250 meter hoog. De geluidseffecten daarvan zijn heel anders dan die van een molen van 75 meter.
De uitspraak is het gevolg van het zogenoemde Nevele-arrest. Het Europese Hof oordeelde in een zaak over een Belgisch windturbinepark dat voor een aantal windturbinenormen op grond van een Europese richtlijn ook een milieubeoordeling moet worden gemaakt. Dit was, in België, ten onrechte nagelaten. In Nederland werd zo’n milieubeoordeling ook niet gemaakt.
Maar wat voor België geldt, dat geldt dus ook voor Nederland, zo oordeelde de Raad van State: ‘De regering is nu aan zet om zo’n milieubeoordeling te maken’. De uitspraak is een tegenvaller voor dit windpark, en ook voor andere windparken die nog geen vergunning hebben. Toch hoeft de bouw van parken, of de voorbereiding, niet helemaal stil komen te liggen. Zo kan een gemeenteraad bij een bestemmingsplan eigen normen stellen. En daarvoor zijn genoeg juristen en consultants beschikbaar om dat even te fiksen.
Regionale Energiedictatuur
Hoewel de RvS het bezwaar van het Europese recht – dat boven Nederlands recht gaat – niet terzijde kon schuiven, veegden de rechters alle andere klachten van de verzetshelden soepel van tafel. Aan de Regionale Energiestrategie (RES), die erop gericht is om het hele land en vrijwel de volledige zee vol te plempen met vogelhakselaars kan niet getornd worden. Hoewel dit beleid een uitvloeisel is van het niet-verbindende Akkoord van Parijs en op Ruttiaanse wijze in het regeerakkoord is gewriemeld.
De bezwaarmakers hekelden bij de rechter verder de inspraakprocedures, kluitjes in het riet, zoals berichten uit vrijwel alle delen van het land ook weergeven. De keuze is tussen hoge, heel hoge of torenhoge windmolens, maar die verdomde dingen móeten en zullen er komen. Dick Kraaij had het bijvoorbeeld op VoL over de wethouder “die flinterdun draagvlakonderzoek naar zijn hand zet” in Alphen aan den Rijn. Verder valt op dat de RvS gemeenteraden en Provinciale Staten van het partijkartel oneindige wijsheid toedicht, en hen het summum van democratie waant. Wanneer zij akkoord gaan – fractie- en partijdiscipline – zit het 100% goed met het draagvlak.
Regionaal draagvlak
De RES als dwingend keurslijf, hoewel de overheid zelf het omfloerst omschrijft: “In de RES werken overheden met maatschappelijke partners, netbeheerders (voor gas, elektriciteit en warmte), het bedrijfsleven en waar mogelijk bewoners regionaal gedragen keuzes uit. Dit doen zij voor de opwekking van duurzame elektriciteit, de warmtetransitie (gasverbod!) in de gebouwde omgeving (van fossiele naar duurzame bronnen) en de daarvoor benodigde opslag- en energie-infrastructuur. Deze keuzes worden vertaald naar gebieden, projecten en naar de implementatie en uitvoering van die projecten. Wanneer een regio dit wenst kunnen ook maatregelen voor duurzame mobiliteit, industrie of landbouw en landgebruik worden meegenomen.“
Wat ook opvalt is dat bescherming van het landschap, de natuur en de grondwaterstand zijn dichtgeregeld in landelijk uitgerolde coördinatieregelingen, die het bestuur altijd gelijk geven in zijn keuze voor meer, meer en meer windmolens. En voor zo ver er ergens nog een achterdeurtje open staat, wordt er met de Crisis- en herstelwet (Chw) gewapperd waarmee Rutte en consorten elke gemeente en provincie die niet strak in het gelid met de wind mee marcheert landelijk kan overrulen. De ‘klimaatcrisis’ is kennelijk zo urgent dat die een nooit eerder vertoonde staaltje powerplay noodzakelijk maakt.
Curieus is voorts dat de Raad van State in haar slotoverwegingen nog even aangeeft hoe de overheid de geconstateerde tekortkomingen kan rechtzetten.
“Het ontbreken van een milieubeoordeling op grond van de Europese richtlijn voor de windturbinebepalingen betekent niet dat aanpassing van de bestreden besluiten niet meer aan de orde kan zijn. Als de regering en de minister voor de windturbinebepalingen alsnog een deugdelijke planmilieueffectrapportage verrichten en de windturbinebepalingen handhaven of aanpassen, dan kan en mag de (gemeente)raad voor zijn standpunt over de ruimtelijke aanvaardbaarheid van het bestemmingsplan opnieuw bij die (aangepaste) bepalingen aansluiten.”
Uitgebreid advies
De Afdeling Rechtspraak geeft uitgebreid advies: “De Afdeling wijst erop dat er ook andere mogelijkheden zijn. De raad is namelijk niet verplicht om bij zijn beslissing over de goede ruimtelijke ordening bij de windturbinebepalingen aan te sluiten. Hij kan er ook voor kiezen om door hem gekozen normen te hanteren. Die normen moeten dan wel zijn voorzien van een actuele, deugdelijke, op zichzelf staande en op de aan de orde zijnde situatie toegesneden motivering.” Dat heet een ‘bestuurlijke lus’. En zo doende:
“De Afdeling zal ook het college de gelegenheid geven om de gebreken in de omgevingsvergunning te herstellen. Voor zover het belang van de bescherming van het milieu dat vereist, moeten over die milieuaspecten voorschriften in de omgevingsvergunning worden opgenomen. Zolang de milieubeoordeling van de windturbinebepalingen niet heeft plaatsgevonden staat de wet niet aan het opnemen van voorschriften in de omgevingsvergunning in de weg.”
Zo geeft de RvS de windmolen-fanatici zes maanden de tijd om de gewenste wijzigingen aan te brengen. En daarmee zijn de laatste bezwaren van de actiegroepen van tafel. Dus van uitstel komt geen afstel. Maar het blijft verbazingwekkend om te zien hoe de ‘onafhankelijke rechter’ de falende overheid preventief een reddingsboei toewerpt. Is dat nu ook dikastocratie?
Puik overzicht, Raymond, we zijn weer helemaal bij. Maar dat is dan ook het enige lichtpunt in deze vreselijke zaak. Ik (met dank aan de protestwebsite TurbulenT) heb ook geconstateerd dat het draagvlak in de gemeenteraad van Alphen aan den Rijn nep is. GroenLinks is de kleinste partij in het meerderheidscollege van B&W, de beide grotere partners zijn Nieuw Elan (geestverwanten van de Leefbaar-partijen in o.a. Rotterdam en van Pim Fortuyn die niet meer onder ons is) en het CDA. Niemand kan mij wijsmaken dat die partijen het lollig vinden dat ook het Groene Hart aan de RES-terreur moet geloven. Alleen zul je dat niet gauw bevestigd krijgen, vanwege de College-discipline. Betekent wél dat het werkelijke draagvlak slechts bestaat uit wethouder Erik van Zuylen en de GL-fractie in de raad. Ook D66 Alphen aan den Rijn is in elk geval tegen plaatsing van mega windturbines langs de N11 bij Hazerswoude-Rijndijk; dat lijkt me niet zonder betekenis.
Typisch urgenda vonnis weer.De politiek bepaalt nu in .NL de motivatie van de rechter met zelfs een door hem gegeven advies over omkatten van de rechtspraak ,waarvan akte.
De RvS heeft geen rechts-bevoegdheid inzake regel-geving van dat “EU”-konstrukt.
Dit zijn zelf-verzonnen uitlatingen. Vierte Reich praktijken.
Idem : onlangs presteerde PS-NH het, een correct aangevraagd verzoek tot referendum,
van tafel te vegen. Juridisch onaanvaardbaar.