DE WERELD NU

Ontpluimd op weg naar een betere toekomst

Liliane Ploumen stapt per 1 januari op als PvdA-voorzitter. “Dom, dom, dom,” oreerde Frits Wester vanmorgen bij RTL4. Hij vond het gekozen moment bijzonder ongelukkig, en de smoes – Ploumen wil de PvdA over twee jaar niet belasten met een voorzittersstrijd – ongeloofwaardig.

Dat laatste heeft Wester natuurlijk gelijk in. Dat er een andere reden moet zijn is klip en klaar. Wester houdt het er op, dat Ploumen er de brui aan geeft omdat ze het niet ziet zitten om leiding te moeten geven aan een herijkingsdiscussie, die naar men zegt op het punt staat binnen de PvdA te beginnen. Laten we dat maar voor kennisgeving aannemen, en de premisse dat het wat op gaat leveren verder buiten schot laten. Dat zijn op deze site platgetreden paden, die ook elders een treffende gelijkenis met een dorre betonvlakte beginnen te vertonen.

Voor Wester kwam het vertrek van Ploumen duidelijk nogal uit de lucht vallen. Toch is de eerste vraag die verstandige mensen zichzelf stellen, als ze vertrekken uit een goedbetalende baan: “Wat hier na?” Zelfs Ploumen zal zich die vraag gesteld hebben, aangezien ze in principe nog twee jaar te gaan had. En wie zou Ploumen willen hebben, in een baan met een vergelijkbaar vergoedingsniveau?

Deze korte gedachtegang leidt onontkoombaar tot de conclusie dat het vertrek van Ploumen niet geheel vrijwillig is. En daar zijn goede redenen voor, want ze is het verkeerde type op de verkeerde plek. Het vertrek van Ploumen geeft een gelegenheid waar de partij naarstig naar zocht – het vrijmaken van een positie van macht en invloed die niet direct verbonden is met een gekozen openbare functie.

Er is namelijk de kwestie van het leiderschap van de PvdA.

De eerste geluiden waren inderdaad vanmorgen, dat Job Cohen vrij stoïcijns reageerde, en het niet zag als een aanval op zijn leiderschap dat Ploumen hem in een interview in De Volkskrant “onzichtbaar” noemde. Dat lijkt me inderdaad geen aanval, want het is mild gezien de werkelijke situatie. Cohen maakte een goed geprepareerde indruk. Dat Cohen nog steeds volhoudt ook voor een volgend lijsttrekkerschap te gaan is een farce waaraan teveel aandacht wordt gegeven. Hij kan moeilijk zeggen, dat hij weg is als het geval van volgende verkiezingen voor zou doen. Het laatste restje gezag waarover hij beschikt zou ermee verdwijnen.

Het leiderschap van Cohen is op dit moment binnen de PvdA onaantastbaar, want binnen de fractie bevinden zich geen kandidaten van voldoende gewicht om hem tussentijds op te volgen. En een gegeven is, dat de politieke leider van de PvdA in de fractie moet zitten. Het experiment met Hamer in de tussenperiode tot aan de verkiezingen van juni 2010 zijn bepaald niet voor herhaling vatbaar. Pas met het kiezen van een nieuwe lijsttrekker kan de PvdA Cohen dus vervangen.

Dat wringt, want het lijkt te lang te gaan duren. De PvdA als partij valt uit elkaar waar je bij staat, en het lijkt niet denkbaar dat men drie jaar kan wachten met een verse leider op het schild te hijsen. Die kan pas dan zijn programma lanceren en er ondersteuning voor op de been brengen, waarmee de partij weer vier jaar verder is. Tegen die tijd hoeft het niet meer. Er zijn goede argumenten om aan te nemen dat het nu al te laat is, maar dan zeker.

Hoe zit het dan wel? het antwoord kon ik destilleren uit de woorden van partij-mastodont Bram Peper, die De Telegraaf vanmorgen een reactie gaf.

http://www.telegraaf.nl/binnenland/10665651/__Peper__De_partij_is_bijna_dood__.html

1) „Je bent fulltime-voorzitter, en je kunt je er altijd mee bemoeien.”

(..)

2) Peper ziet de Amsterdamse wethouder Lodewijk Asscher als de enige kandidaat om Ploumen op te volgen.

Hoewel 1) gezegd werd over Ploumen, vat het heel aardig de bijzondere positie van een PvdA-voorzitter samen. Het is de enige partij in Nederland waar het voor de voeten lopen van de politieke leiding als een positieve kwaliteit wordt ervaren. Wat 2) betreft: Lodewijk Asscher is zo ongeveer het enige wonderkind dat de PvdA nog beschikbaar heeft, en zijn naam zoemt al een paar jaar rond. Bij de laatste verkiezingen werd het nog te vroeg gevonden om hem naar Den Haag te halen, iets wat de partij nu vermoedelijk bitter betreurt. Maar als iemand er geschikt voor is, is het Asscher.

Wie één en één bij elkaar optelt, ziet dat dit het juiste moment is om Asscher te lanceren als partijvoorzitter, zeker als er inderdaad vervroegde verkiezingen moeten worden gehouden, zoals men op links algemeen hoopt. Als voorzitter heeft Asscher de enige positie waarin men het niet vreemd vindt als hij Cohen van tijd tot tijd voor de voeten loopt. De partijvoorzitter heeft greep op de discussies die de PvdA de komende tijd gaat voeren, en als voorzitter krijgt Asscher het podium dat hem van landelijke bekendheid zal voorzien in de aanloop naar de volgende parlementsverkiezingen.

Er is nog een goede reden om deze weg te kiezen. Van Wouter Bos werd indertijd verwacht, dat hij niet alleen de partij van nieuw elan zou voorzien, maar ook de interne partijcultuur in overeenstemming met de moderne tijd zou brengen. Vooral op dat laatste punt faalde Bos jammerlijk.

Asscher heeft als voorzitter een paar jaar de tijd om de partij te hervormen naar het hem het beste uitkomt. Van tijd tot tijd zal hij van zich laten horen, zodanig, dat het meer en meer mensen duidelijk zal worden wie de nieuwe PvdA-leider zal worden. En het leiden van de interne discussie geeft hem de ruimte een eigen programma te formuleren.

Het is een gedurfde stap. Werkende weg zal Job Cohen langzaam worden afgebroken ten faveure van Lodewijk Asscher, die de PvdA uit haar as moet laten herrijzen. Mocht het kabinet tussentijds vallen, dan zal Cohen zich kronen met dat laatste wapenfeit, en zich wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd met ere terugtrekken. Een kort functionerende tussenpaus zal er voor zorgen dat de PvdA opnieuw in blijde afwachting van een verlosser op stoom kan raken, net voor de verkiezingen.

En voor Ploumen is er ongetwijfeld ergens nog wel een aardige baantje met pensioenperspectieven beschikbaar.

 

 

Eerder verschenen op Dagelijkse Standaard.