DE WERELD NU

Gelijkheid als norm in plaats van als feit

gelijkheid als norm

Gelijkheid als norm? Ongelijkheid maakt de menselijke soort nu juist zo’n aardig en succesvol fenomeen.

Een van de basis uitgangspunten van de wereld die ontstaan is uit de Verlichting is de gelijkheid van alle mensen. Dit is op het eerste gezicht een wat opmerkelijk uitgangspunt[1], want iedereen kan zien dat mensen niet gelijk zijn, evenmin als honden bijvoorbeeld. Mensen en honden zijn allebei vrij recente genetische ontwikkelingen. Wolven, waar de honden uit zijn ontstaan, maar die zelf veel ouder zijn, lijken veel meer op elkaar dan honden en hetzelfde is waarschijnlijk ook waar voor onze hominide voorouders, ze leken meer op elkaar dan wij. De verschillen tussen mensen in uiterlijk en gedrag zijn groot.

Kijk je naar de meeste soorten insecten of mollusken, dan is het verschil tussen individuen verwaarloosbaar. Die diersoorten zijn aanzienlijk ouder en hebben een ecologische niche gevonden die verdere aanpassing aan de omgeving niet langer nodig maakt. Dat is echte gelijkheid van een soort die tussen mensen niet bestaat, gelukkig maar zouden we misschien moeten zeggen. Een van de aardige dingen is dat mensen ongelijk zijn maar in staat zijn om samenlevingen te creëren waarin al die ongelijke mensen hun inbreng hebben en waarin ze complementair blijken te zijn.

Het bijzondere aan mensen is niet dat ze individueel zoveel anders of beter zijn dan dieren [2], maar dat ze in staat zijn om samenlevingen te creëren van een soort die bij dieren niet bestaat. Voor het in stand houden van de moderne samenleving blijkt de gelijkheidsgedachte een wonderlijk goed middel te zijn. Als iedereen gelijk is en tegenover de samenleving en zijn medeburgers dezelfde rechten heeft, dan kan hij ook vrijwillig zijn medewerking aan die samenleving geven. De instincten die gericht zijn op instandhouding van de familie of de clan kunnen worden gebruikt voor instandhouding van een samenleving, die bestaat uit niet-verwanten. Dat werkt veel beter dan de dwang die in ongelijke samenlevingen als de middeleeuwse of de communistische moest worden aangewend.


  1. Met gelijkheid bedoelden de Verlichtingsfilosofen maatschappelijke gelijkheid. Zij leefden in een samenleving waarin standsverschillen bepalend waren voor de maatschappelijke positie van mensen ongeacht hun persoonlijke kwaliteiten. Het was die ongelijkheid die door hen bestreden werd en biologische ongelijkheid was niet relevant.
  2. Ook dieren kennen samenlevingen, waarvoor weer de wolf als voorbeeld kan dienen. Een roedel wolven is een veel succesvollere jachtmachine dan een individuele wolf. De roedel is noodzakelijk voor de overleving van individuele wolven in iedere niet optimale ecologische omgeving. De wolf is daarom goed aangepast aan het leven in een roedel. Zijn afstammeling de hond kon getemd worden door zijn roedel-instincten te richten op de mensen-samenleving waar hij deel van uit ging maken. Een wolvenroedel mist de taalcomponent van de menselijke samenleving en daarmee het vermogen tot groei en wijziging onafhankelijk van het genetische programma.

Dit artikel verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp

2 reacties

  1. Johan P. schreef:

    Het probleem is natuurlijk dat mensen helemaal niet gelijk zijn. In niets dan vorm, en zelfs daar valt nog wel op af te dingen.
    Er zijn fysiologische en mentale verschillen tussen mannen en vrouwen.
    Er zijn duidelijke verschillen in aanleg voor bepaalde zaken tussen verschillende rassen.

    Maar zelfs op micro-niveau zijn er verschillen. En aanpassen naar een hoger niveau gaat meestal niet. Sommige mensen zijn langer dan anderen. Moeten we daar dan misschien onder het mom van gelijkheid een deel van de benen van amputeren?
    Sommigen zijn breder gebouwd dan anderen, moeten die anderen dan misschien vetter worden? Of moeten we bij die breedgebouwde mensen een arm amputeren?
    Sommigen hebben blonde haren, andere rode, of bruine, of zwarte, of geen hoofdhaar. Misschien moet iedereen dan maar een pruik gaan dragen van dezelfde lengte en dezelfde kleur. En laten we dat dan meteen doen met gekleurde lenzen zodat iedereen dezelfde oogkleur heeft.
    Sommigen zijn slimmer dan anderen, dus die moeten we uit school houden, zodat het niet opvalt.

    Het hele gelijkheidsprincipe is onzinnig.

  2. hendrikush schreef:

    Lees “Equality; the impossible quest” van Martin van Creveld.
    Een goed overzicht van historische gelijkheidsdromen die de ongelijkheid van mensen en bestuursvormen demonstreert.