EU-verkiezingen, electoraat en een efficiënter bestuur
Dat de EU verkiezingen niet worden gebruikt waarvoor men ze ooit bedoelde is duidelijk. Toon Kasdorp trok uit het proces revolutionaire conclusies.
Op verschillende plaatsen in Europa, meestal juist daar, waar de grenzen er praktisch niet meer zijn, zoals de Duitse grens in Limburg en de Poolse grens in Duitsland, blijken de mensen aan weerskanten van die virtuele grens heel anders te staan tegenover hun overheden. In elk geval stemmen ze heel anders.
Mijn krant verbaasde zich daarover, maar mij lijkt het eigenlijk voor de hand te liggen. In Polen heeft de overheid er voor gezorgd dat het land in de EU kwam en dat haar burgers over de grens konden gaan werken in Duitsland, waar de lonen veel hoger zijn. Bovendien voelen de mensen zich in de EU een stuk veiliger met het zicht op de gebeurtenissen in de Oekraïne van de laatste jaren. Tevreden dus over de EU en over de regering in Warschau.
In Duitsland ondervinden de gewone mensen concurrentie van de Polen op de arbeidsmarkt en het grensgebied daar is bovendien alleen in verhouding tot Polen rijk, maar bij andere delen van Duitsland vergeleken is het arm.
In Limburg zien de mensen hoe veel beter alles in Duitsland is georganiseerd dan in Nederland. De werkgelegenheid brokkelt bij ons af terwijl aan de Duitse kant een van de grootse industriegebieden van Europa ligt. In Roermond ging het dankzij Van Rey economisch wel beter dan in de rest van de provincie, maar daar is men ontevreden over de manier waarop Van Rey door ‘de Hollanders’ wordt behandeld.
Men deed in mijn krant erg zijn best om het stemgedrag bij de Europese verkiezingen onder te brengen in een links rechts schema, waarbij vooral gekeken werd naar welke partijen vanouds als rechts golden of als links. Dat levert een volledig chaotisch beeld op. Yuppen in moderne steden stemmen bijvoorbeeld links. Bij ons is dat GroenLinks of PvdA. Maar die mensen stemmen links en leven rechts en de mensen zien dat natuurlijk best.
Arbeiders en uitkeringstrekkers stemmen PVV of SP, de een rechts, de ander links. Mensen met dezelfde achtergrond die om dezelfde motieven stemmen op verschillende partijen worden bij links of rechts ingedeeld op grond van het verleden van zo’n partij. Niet om wat zij zelf met hun stem tot uitdrukking hebben willen brengen.
Waar niet of nauwelijks rekening mee wordt gehouden als de uitslagen worden besproken, is dat niemand het Europese parlement serieus neemt. Men maakt daarom van de Europese verkiezingen gebruik om de eigen belangen buiten beschouwing te laten en puur op emotie te stemmen. Gaat het de volgende keer weer ergens om dan wordt er weer meer naar de gevolgen gekeken. Ik denk niet dat FN straks de president van Frankrijk gaat leveren of dat Farage ooit een meerderheid gaat krijgen in de House of Commons.
De algemene trend is dat de kiezer in Europa ontevreden is over de manier waarop de samenwerking is georganiseerd. Wat vooral steekt is dat er zo veel macht lijkt te berusten bij anonieme bureaucratieën die wel beïnvloedbaar zijn door lobby’s maar die zich kunnen permitteren om de belangen van de gewone mensen te negeren. Dat doen die machten niet omdat het ze niets kan schelen, maar vooral omdat ze daar niet van op de hoogte zijn. Ze krijgen te weinig feedback over de gevolgen van hun maatregelen. Het blijkt steeds weer dat die voor de verschillende landen en regio’s heel anders uitwerken en dat men daarvan onvoldoende op de hoogte is.
Brussel is een station te ver en als bestuurslaag ongeschikt. Zeker voor een lappendeken van landen en regio’s als Europa in feite is. Het bestuur moet dichter bij de mensen en bestuurders moeten over hun beleid verantwoording afleggen aan de mensen voor wie ze werken. Dat gaat vaak al niet goed meer bij de nationale overheden en dat gaat helemaal niet goed in Brussel.
In plaats van een bestuurslaag boven de nationale staten in Brussel, zouden we veel meer bestuur moeten organiseren in de regio’s. Die regio’s zouden dan hier in Nederland zowel van de gemeenten als van het rijk bevoegdheden over moeten nemen. Regio’s zijn groot genoeg voor een efficiënt apparaat en klein genoeg voor bestuurders om nog met eigen ogen te kunnen zien wat er in zo’n gebied leeft.
Gemeenten en provincies kunnen dan op termijn worden afgeschaft als bestuursorganen, wat de overheid een stuk goedkoper zou kunnen maken. Van de gelegenheid kan bovendien gebruik worden gemaakt om de over te dragen taken beter te organiseren dan nu het geval is.
Dit artikel over EU verkiezingen en Europees bestuur verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp. Meer van Toon Kasdorp vindt u hier.