Abstracties als tools
De mens als wezen heeft een belangrijke voorsprong op het dierenrijk, waar het gebruik van abstracties niet lijkt voor te komen.
Planten reageren grotendeels passief op de wereld om hen heen en dieren actief. Het verschil tussen planten en dieren is groot. Dieren bewegen. Zij willen hun wereld beheersen. Ze zetten die naar hun hand of proberen dat in elk geval. Dat gaat grotendeels instinctief, dat wil zeggen: op grond van genetisch aangelegde gedragspatronen.
Mensen zijn gespecialiseerde dieren. Hun vermogen om de wereld te beheersen is van een andere orde dan van de andere dieren. Dat komt onder meer door een eigenschap die mensen wel hebben en andere dieren voor zover we weten niet: het vermogen om concepten te maken. Met die concepten wordt orde geschapen in een wereld die van nature die orde niet heeft. Concepten worden gebruikt om de werkelijkheid te veranderen.
Iets begint als een concept, als een idee. Het concept leidt tot een model en een programma en uiteindelijk tot een waarneembaar object. Maar concepten hoeven niet altijd tot waarneembare veranderingen te leiden. Het concept van een nationale staat heeft allerlei aspecten die nooit waarneembaar worden, maar die ook zonder dat een heel reële invloed hebben op de samenleving en de wereld.
Concepten zijn vooral een functie van de taal. Met taal worden zaken beschreven en in de beschrijving zit al een abstractie. Mijn beschrijving van een stoel is zelf geen stoel maar wel een model van een stoel. Het begrip stoel waar alle bestaande en nog te maken stoelen onder vallen is een vorm van abstractie. Het begrip meubel voert de abstractie een fase verder en zo ontstaat een hiërarchie van abstracties. Het vermogen om ze te maken en op elkaar te stapelen is misschien wel de belangrijkste tool van de beschaving.
Dit artikel over abstracties verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp.
Meer van Toon Kasdorp vindt u hier.
Een Platonische beschouwing. Wiskunde als toonbeeld.