Spanje krijgt uitstel – alweer, want verkiezingen
Wie denkt dat slecht gedrag niet beloond wordt, volgt de EU niet. Spanje krijgt opnieuw uitstel van de begrotingsvoorschriften. Niet voor het eerst, en denkelijk niet voor het laatst. De paniek bij de EC in Brussel over de naden van de EU die loslaten versterkt zijzelf door voortdurende opportunistische lankmoedigheid.
Want die lankmoedigheid heeft weinig te maken met meegevoel met de situatie van Spanje. Hoogstens met de situatie in Spanje, want 26 juni zijn er opnieuw verkiezingen, waarbij de linkse partijen sterker dreigen te worden dan ze op 20 december j.l. al geworden zijn. Daarin ziet de EC niet zoveel brood, dus hup: uitstel.
Dit alles wordt ook wel bewezen met dat Portugal in datzelfde beklaagdenbankje zit. Want hoewel ook dat land weer een jaar uitstel krijgt, weet iedereen dat het zinloos is. Portugal heeft iets meer economisch verstand dan Griekenland, maar ook weer niet zoveel meer. Maar zeker minder economisch potentieel, op de keper beschouwd. Dat het land ooit de EU binnen mocht had dan ook meer van doen met de wens heel Europa te verenigen onder één bewind (ja, precies) dan met de geschiktheid van haar economie.
De Portugezen trekken er bij tijden werkelijk hard aan, maar met vrij weinig resultaat. En dan had je dus moeten concluderen: jammer, maar helaas. Maar zo werkt het in de EU dus niet. En Portugal heeft een linkse regering die zomaar zou kunnen besluiten dat de escudo zo gek nog niet was. De EU doet niets anders dan heen en weer draven om binnenbrandjes te blussen, terwijl het bouwwerk als geheel op instorten lijkt te staan.
Maar Spanje en uitstel, dat is een klucht. Spanje heeft al acht jaar achtereen jaarlijks nieuw uitstel gekregen en nieuwe afspraken gemaakt. Daar komt nu dus weer een jaartje bij. Volgend jaar vast opnieuw. EU-commissaris van begrotingsellende Pierre Moscovi had er al direct twee jaar van willen maken, maar dat trok men in Brussel niet.
Eigenlijk had men ook Italië moeten aanpakken, maar ja, Italië is daarvoor te groot. In ieder geval vindt het land zichzelf te groot. Italië vindt zichzelf minstens zo groot en belangrijk als Frankrijk, en dat trekt zich ook nooit iets aan van de sores die Brussel heeft met haar economisch beleid. De Franse regering weigert al sinds Sarkozy (en eigenlijk al veel langer) noodzakelijke hervormingen te starten. De heel voorzichtige stapjes die Sarkozy had gezet werden door Francois Hollande na diens aantreden prompt teruggedraaid. En zo gaat het altijd in de landen ten zuiden van Brussel. Het enige wat Frankrijk wèl doet, is Italië steunen in haar guerrilla tegen financieel beleid uit Brussel. Vanuit de steeds zwakker wordende redenering dat aangezien Italië er slechter voorstaat dan Frankrijk, niemand Parijs iets zal kunnen maken. En beide landen gaan er van uit dat Duitsland (en wij) uiteindelijk de rekening betalen moet.
Wat de EC ook niet lekker zitten zal, is dat in Italië al langere tijd stemmen op gaan dat het land er beter aan zou doen de euro te verlaten. Net als iedereen, ben je dan geneigd te mompelen, maar dat wil Brussel nu eenmaal niet. Zodat het dreigement er over te gaan nadenken voldoende is om Brussel de mond te snoeren.
En dus krijgt ook Italië geen waarschuwing. En krijgt Spanje de waarschuwing, dat als het zo doorgaat, het volgend jaar alsnog een waarschuwing krijgt. Zonder verder te kijken dan de uitbetaling van het eigen salaris sukkelt de EU en zijn angehauchten verder. Hoe lang het nog goed zal gaan? Tja.