DE WERELD NU

Regeren in Nederland

hoe een parlement de democratie af schaft

Soms, heel soms, zijn er momenten dat de wijze waarop Nederland wordt geregeerd je kristalhelder duidelijk is. Daar heb ik dan vaak een dag nodig om van bij te komen, maar enfin.

De vraag die gisteren in mij opkwam was: waarom worden wij eigenlijk geregeerd door zo’n collectie ontstellende lapzwansen? Want dat worden we. Het lijkt allemaal op zijn best een groepje regenten van het derde garnituur, niet meer dan een troepje labbekakken die door de maffia vanachter de schermen wordt aangestuurd. Zo lijkt het, maar dat is niet zo. De indolentie van mensen als Rutte en zijn kornuiten kent een traditie die ondertussen sterker is dan zijzelf. Het lijkt onmogelijk dat ze zich daaraan nog kunnen ontworstelen.

Met indolentie is een sleutelwoord gevallen. Ze doet eigenlijk helemaal niets, die regering van ons. Niks. Nada. Noppes. Ze lopen rond als gebraden hanen, gooien geregeld een interessant klinkend plannetje de media in (die dat gretig weg slobberen), en als er een probleem ontstaat, kijken ze moeilijk, mompelen ze iets over moeilijk, en uiteindelijk doen ze ook moeilijk. Waarna een commissie de schone taak krijgt er eens lang en goed over na te denken. Wat er vervolgens gebeurt? Niets dus.

Het alternatief is dat de Kamer het kabinet, maar meestal een minister, opdraagt met een beleidsvoorstel te komen. De bevolking lijkt dat namelijk belangwekkend te vinden. Dan stelt die bewindspersoon op zijn ministerie een werkgroep van ambtenaren samen, die dan in commissie gaan prakkiseren wat nu eens een goede oplossing van het probleem zou kunnen zijn. En U raadt het al: men besluit niets te doen.

Analyse
Bovenstaande klinkt allemaal erg flauw, maar er zit meer waarheid in dan u gemeenlijk denkt. Sinds begin jaren zeventig is de focus van de diverse kabinetten vrijwel zonder uitzondering economisch gericht geweest. De economische problemen van het land schreeuwden om aandacht – dat vond men althans – en daar moest iets aan worden gedaan. En het geheim van het oplossen van economische problemen is eenvoudig: niets doen. Aan de economie sleutelen is moeilijker dan het klinkt, de praktijk wijst uit dat economisch herstel zich beter laat voorspellen met behulp van een kalender dan met andere instrumenten, zodat kabinetten hebben geleerd moeilijk te kijken, moeilijk te doen, en niets te ondernemen. Dat werkte vrijwel altijd prima.

Ter vergelijking: kabinetten van voor 1970 werden vooral bevolkt door mensen van vrij verschillende signatuur, die vooral principes hadden maar geen manager waren. De tijd van de verzuiling vereiste namelijk een geheel ander soort management van de problemen die men op moest lossen, want dat was eigenlijk van een andere orde dan puur financieel. Dat vereiste allemaal staatsmanschap, onderhandelingskunst en inlevingsvermogen.

Politiek derhalve.

Niet het weglachen van problemen zoals onze huidige premier bij voorkeur doet. Maar hij is slechts een tragische overgangsfiguur. Rutte denkt niet in oplossingen, maar voert braaf uit wat men hem geleerd heeft: verschuif iets aan de belastingdruk, geef wat aftrek op populaire dossiers en verhoog de indirecte belastingen omdat bijna niemand dat doorheeft. Rutte weet: regeren is vooruitschuiven. En dat doet hij letterlijk met alles dat op zijn bordje komt.

Het is jammer voor Rutte – puur jammer – dat de huidige problematiek een gevolg is van ongeveer veertig jaar vooruitschuiven van een moeilijk probleem. Een oplossing die ooit met een sterke ruggengraat en een paar passagiersschepen had kunnen worden doorgevoerd is mettertijd volstrekt onmogelijk geworden. Wat nu vereist is, zijn staatsmanschap, onderhandelingskunst en inlevingsvermogen. Maar aangezien Rutte daarop niet is voorbereid en nog minder is toegerust, verzandt het regeringsbeleid automatisch in vage plannetjes met een laag realiteitsgehalte. De pers wordt er soms enthousiast van, maar de ervaringsdeskundigen weten beter: er zijn problemen die niet verdwijnen door er geen aandacht aan te schenken. Die groeien alleen maar door, tot onhandelbare proporties.