DE WERELD NU

Principes

Bedreigingen, eenheid van prijs, een land van deugers, Academisch tuig, Stalinisme, Duitsland, Applestore overval, Olympische Spelen, Rechters, wereldregering, Oekraïne, Therapeutenangst, Qatar, Cultuur en politiek, Onveilig, basis, Politiek, Zwart, Overlast, Vrouwen en kinderen

Ik ben teleurgesteld. Niet eens zozeer in mijn helden (die ik niet heb) als wel in de mensen die ik als redelijke denkers beschouwde, met verstand en hart op de juiste plaats. Dat zijn niet noodzakelijk de mensen met wie ik politieke overtuigingen deel, maar bij wie ik in ieder geval meende te kunnen uitgaan van gezonde principes.

Nu heb ik van nature weinig verwachtingen van mensen: dat voorkomt teleurstellingen. Hoop heb ik vaak wel, maar zoals de nuance tussen die twee woorden al impliceert: van je hoop mag je niet verwachten dat die wordt ingelost. In tegenstelling tot een verwachting.

Afgelopen twee weken heb ik zitten wachten op een stelingname van een aantal commentatoren, die voor het referendum op 6 april haden verklaard met tegenzin JA te zullen stemmen, omdat ze na een lange afweging tot de conclusie waren gekomen dat dat beter is. Op lange termijn, om persoonlijk moverende redenen, in de hoop (!) dat dat Associatieverdrag toch iets voor Oekraïne zou kunnen betekenen, et cetera. Valide redenen die de mijne niet zijn – dat iemand een weloverwogen bewuste keuze maakt is op zich voldoende om dat te respecteren.

De mensen in wie ik nu teleurgesteld ben zijn belangrijke opiniemakers. Slechts één van de vier die ik hierna noemen ga heeft afgelopen weken getoond principes te hebben, en die ook openbaar te verdedigen. Ik heb het over René Cuperus, Martin Sommer, Syp Wynia en Wierd Duk. Allen gerespecteerde columnisten, journalisten en/of politieke commentatoren, uit heel verschillende delen van het politieke spectrum zoals we dat al vijftig jaar kennen. Allen hebben vóór het referendum verklaard met tegenzin JA te zullen stemmen, en ik neem aan dat ze dat ook hebben gedaan.

Van al deze mensen is er maar één die na het referendum openbaar en duidelijk heeft verklaard dat er een keuze is gemaakt, en dat tegenstanders die begonnen te jeremiëren over het electoraat dat niet opkwam en meer van dergelijke VVD-rookgordijnen eens in de spiegel moesten kijken. Wierd Duk deed dat al op de verkiezingsavond bij RTL – niet speciaal nadrukkelijk, maar zowel verbaasd en ferm, toen Rob de Wijk steeds verder uit de bocht vloog. Dàt is wat een democraat in hart en nieren betaamt: er is gekozen, erken het, en werk ermee.

De andere heren die ik hierboven noemde hebben er tot op heden over gezwegen, al maak ik direct het theoretische voorbehoud dat ik het kan hebben gemist. En ik ben zonder meer bereid mijn excuses aan te bieden mocht dat het geval zijn. Maar zoals gezegd, ik hoor en zie ze niet. Geen vermaningen aan andere opiniemakers die op beschamende wijze deze vereiste democratische bocht niet wisten te nemen (AJ Boekestijn en zo), geen verbazing over de regering die hiermee een aanzwellende storm ontketend heeft. Want dat dit een aantasting van vele en diverse democratische principes betreft zullen ook zij beseffen. Of moeten beseffen. Ik neem slechts stilte waar in hun kolommen in De Volkskrant en Elsevier.

Dat stelt me diep teleur. Nog niet eens omdat ik denk dat ze wellicht toch hopen dat de regering de door hen als ongewenst beschouwde uitslag alsnog zal uitwissen, maar door te weigeren moreel leiderschap te eisen op een moment dat dat belangrijk is – ook van politieke vrienden.

Een bekend citaat van E.M. Forster stelt het duidelijk: If I had to choose between betraying my country and betraying my friend, I hope I should have the guts to betray my country.
. Door hierover te zwijgen doen ze nu beiden. Dat is teleurstellend en laf.