DE WERELD NU

Onrechtmatige vervolging

Onrechtmatige vervolging

Oficier van Justitie Joost Tonino meende dat een veroordeling te verkrijgen is voor handel met voorkennis wanneer vaststaat dat iemand gehandeld heeft in effecten, terwijl hij niet kan aantonen waarom hij dat gedaan zou hebben als hij niet over voorkennis zou hebben beschikt.

Dat is een novum, niet alleen voor het strafrecht maar het zou dat ook zijn in een vergelijkbare civiele zaak. Wie stelt bewijst is de algemene regel van bewijsrecht. In het belastingrecht en bestuursrecht wil een rechter of de wetgever nog wel eens de bewijslast omdraaien, zoals dat heet, maar in het echte recht kan dat niet.

We moeten afwachten, maar als de rechter in zo ’n zaak weigert te veroordelen op vermoedens en wettig en overtuigend bewijs vraagt zoals dat gebruikelijk is, dan dient toch de vraag aan de orde te komen, of zoiets nu een geval van onrechtmatige vervolging is, zoals dat ook met de twee strafzaken tegen Wilders het geval is.

Een officier dient een ruime marge gelaten te worden bij vervolgingen. Men kan niet van hem vragen dat hij al zijn zaken wint. Staat van te voren vast dat iemand geen zaak heeft en vervolgt hij toch, dan berokkent hij de betrokkene, van wie hij weet dat hij onschuldig is aan het hem ten laste gelegde feit, buitensporig veel leed en schade. Hij handelt dan onrechtmatig. De staat der Nederlanden kan voor de schade worden aangesproken, maar tot nog toe is het niet mogelijk gebleken de officier zelf met het door hem begane onrecht te confronteren[1]. De wetgever gaat er van uit dat uitsluitend per ongeluk zaken worden vervolgd waarvan in redelijkheid van te voren vaststaat dat zij geen veroordeling kunnen opleveren en inderdaad is zoiets in de praktijk zelden echt te bewijzen.

In het geval Boonstra waren er weinig Nederlanders bij wie spontaan medelijden opkwam. Iedereen is wel van mening dat, als die niet schuldig was aan een misdrijf, hij zich toch op zijn minst onbehoorlijk had gedragen tegenover zijn vriendin door profijtelijke handel in aandelen van een zaak waar zij commissaris was. Haar positie tegenover haar medecommissarissen en de aandeelhouders werd onmogelijk en dat was een bewust door Boonstra genomen risico. Een officier kan zich onder zulke omstandigheden gesteund voelen door de publieke opinie, maar dat maakt zijn positie juridisch niet echt beter. Iemand een douw geven door hem publiekelijk voor de kadi te slepen en zijn positie in de samenleving te ondermijnen zonder een redelijke kans op veroordeling blijft onrechtmatig.

Het is in civiele zin détournement de pouvoir en in strafrechtelijke zin het delict van artikel 365 Sr[2]. Hiervoor is zelden iemand veroordeeld want quis custodiet ipsos custodias. Maar onrechtmatig blijft het.


Tonino is later wel gedwongen om ontslag te nemen als officier maar dat had met deze zaak niets te maken. Dat kwam omdat er kinderporno gevonden werd op een computer die hij bij het oud vuil had gezet.

De ambtenaar die door misbruik van gezag iemand dwingt iets te doen, niet te doen of te dulden, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.


Dit artikel verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp

2 reacties

  1. carthago schreef:

    De regel van openbare orde, toepasbaar op gedrag van een rechter, is echter wel eenvoudig te toetsen bij rechters, maar zit bij de zaak wilders ook al op een glijdende baan naar beneden.

  2. Bennie schreef:

    Pedofiel Tonino, Pedofiel Demmink, pedofiel Salomonson, wat is dat toch bij justitie?.