DE WERELD NU

Nederlands vergeten oorlogen – Gannascus en de Chauci

Nederlands vergeten oorlogen

Nederlands Vergeten oorlogen omvatten vaak bizarre conflicten en betrokkenheid bij grotere verbanden. Ook die tegen Gannascus en de Chauci.

Van de botsingen tussen Romeinen en Germanen is de Slag in het Teutoburgerwoud (9 n. Chr.) wellicht de bekendste, maar zeker de enige niet die in deze contreien werd uitgevochten. Niet over elk conflict dat in de Lage Landen werd beslecht zijn de Romeinse bronnen even gedetailleerd – van kleine militaire strafexpedities die de aangrenzende Germanen weer in het gareel dwongen is over het algemeen weinig bekend.

De oorlog tegen Gannascus is daarop een uitzondering. Deels doordat dit oorlogje viel in een periode dat Romeinse schrijvers nog geïnteresseerd waren in wat er aan de andere zijde van de Rijn gebeurde, deels doordat de oorlog tegen Gannascus ook de opmaat was naar de Bataafse opstand ruim twintig jaar daarna, die onderdeel uitmaakte van de gebeurtenissen in het Vierkeizersjaar 69. Dat werd de eerste grote constitutionele crisis in het Romeinse keizerrijk, waaraan bovendien ‘provincialen’ een belangrijk deel hadden.

De naam Gannascus is een latinisering van een onbekende Germaanse naam, maar men gaat er van uit dat de drager gezag uitoefende over de Chauci en de Friezen. Opmerkelijk genoeg was Gannascus zelf een Kaninefaat – de naam van een stam die in Nederland bekender is dan er buiten. Met troepen van die beide stammen ging hij in 47 n. Chr. per schip op rooftocht langs de huidige Belgische kust en vermoedelijk ook de Rijn op. Dat komt tevens overeen met wat bekend is van de Friezen uit deze periode, waarvan men weet dat ze zeevaarders en handelaren waren. Maar handelaren konden snel piraten worden als de gelegenheid voor hen gunstig was – zoals later de ontwikkeling van de Vikingen demonstreerde.

In AD 47 (and perhaps for some time earlier), the Chauci along with the Frisians were led by a certain Gannascus of the Canninefates. They raided along the then-wealthy coast of Gallia Belgica (i.e., the land south of the Rhine and north of the Rivers Marne and Seine), and the Chauci made inroads into the region that would later become the neighbouring Roman province of Germania Inferior, in the area of the Rhine delta in what is now the southern Netherlands.

.De Romeinse bevelhebber Corbulo – vermoedelijk een legaat van de keizer in Rome die een grensprovincie regeerde met het gezag over een à twee legioenen, maakte er korte metten mee en bezette zelfs Friesland. Zonder overigens Gannascus te weten te vangen.

Corbulo was made the local Roman military commander. He successfully engaged the Germans on both land and water, occupied the Rhine with his triremes and sent his smaller vessels up the estuaries and canals. The Germanic flotilla was destroyed in a naval engagement, Gannascus was driven out, and Frisian territory was forcibly occupied.

Daarna werd traditiegetrouw onderhandeld om aan deze Germaanse poging tot expansie (wat het wel degelijk was) een einde te maken. De Romeinen lieten daarbij Garrascus vermoorden, wat hen grote vijandschap van andere Chauci-stammen kostte, en hen noopte zich weer uit Friesland terug te trekken.

A negotiation between the Romans and Gannascus was arranged under the auspices of the ‘Greater Chauci’, which the Romans used as an opportunity to assassinate their opponent. The Chauci were outraged by the act of bad faith, so the emperor Claudius forbade further attacks on the Germans in an effort to ease tensions, and the Romans withdrew to the Rhine.

Rond deze tijd had men in Rome besloten geen verdere pogingen meer te doen om Germanië ook te bezetten. De reden daarvoor was niet zozeer de krijgshaftigheid van de Germanen, maar het feit dat het agrarische surplus dat de Germaanse stammen realiseerden tekort schoot om ook voldoende bezettingstroepen te kunnen voeden. Bij Romeinse veroveringen bleek dit altijd een doorslaggevend argument – de bevoorrading van troepen van ver weg moest bij  voorkeur vermeden worden.

Het Romeinse verraad van de onderhandelingen leidde niet direct tot de Bataafse opstand van 69-70, maar had wel invloed op de deelname door de Chauci, die tot dan vrij positief tegenover de Romeinen hadden gehandeld.


Eerdere afleveringen van deze onregelmatig verschijnende serie over Nederlands vergeten oorlogen vindt u hier.

3 reacties

  1. Paul schreef:

    Moet de koning niet even opnieuw excuses aanbieden aan de Romeinen? Ze hebben het al zo moeilijk.

  2. Gerrit Joost schreef:

    @ Paul – 🙂

  3. hans schreef:

    Leerzaam!