Nederlands vergeten oorlogen – de Loonse oorlog (1203-1206)
Voor Nederlands vergeten oorlogen was de Loonse oorlog – om de opvolging van Dirk VII de graaf van Holland, slechts een kortdurend conflict. Toch is het een strijd met internationale bindingen en consequenties geweest.
Het was een voor middeleeuwse begrippen bekend verhaal: de opvolging door dochters werd niet overal geaccepteerd, en Dirk VII had slechts één dochter die hem overleven zou. (zie hier een toelichting van verschillende soorten belening die invloed hadden op de opvolgingsrechten van betrokkenen), en in Holland was de opvolging door vrouwen juridisch niet mogelijk. Complicerende factor was dat Dirk VII een broer – Willem van Friesland – had die hem ging overleven, en een claim legde op het graafschap Holland en Zeeland, dat mettertijd was uitgegroeid tot een sterk vorstendommetje aan de rand van het Duitse rijk.
Maar nog voor graaf Dirk begraven was, stond zijn dochter met haar 15 jaren al met een echtgenoot voor het altaar, die haar rechten op de opvolging mede ondersteunen moest. Dit huwelijk was gearrangeerd door de vrouw van Dirk, Aleid. Bruidegom was graaf Lodewijk II van Loon. Het graafschap Loon lag wel in wat wij nu kennen als de Lage Landen, maar grensde niet aan de gebieden van Dirk VII. Een dergelijke versnippering was gunstig voor de invloed van de Hollandse adel, zodat ook deze ten minste verdeeld was over de opvolging. Maar de strijd was van korte duur, en Ada en Lodewijk dolven uiteindelijk het onderspit.
De Loonse oorlog was een klein onderdeel van de titanenstrijd tussen de Duitse keizershuizen Hohenstaufen en Welfen. De Welfische tegenkeizer Otto IV (die een paar jaar later de veel belangrijker slag bij Bouvines zou verliezen). De Franse koning steunde de Hohenstaufen, de koning van Engeland – de beruchte Jan zonder Land – (tevens de belangrijkste leenman in Frankrijk) steunde de Welfen.
Al vroeg in het conflict belegerden Willems troepen de burcht van Leiden, veroverden deze, namen Ada gevangen en zonden haar via Texel naar Engeland.
Binnen Holland werd graaf Lodewijk als een vreemdeling beschouwd, en de afwezigheid van Ada maakte zijn kansen snel kleiner, maar in 1204 viel hij met een enorm leger Holland binnen en wist Willem naar Zeeland te verdrijven. In de winter van 1203–1204 staken de Kennemers als oorlogstactiek de dijken van Amstel en IJ door tussen Muiden en Breukelen. Vanaf 120 kreeg Willem van Friesland echter steeds meer steun vanuit Holland en Zeeland, zodat Lodewijk ondanks zijn grotere leger in het nauw kwam. Begin 1206 begon hij zijn terugtocht, maar werd in een gevecht aan de Zijl verslagen.
Op 14 oktober 1206 werd er vrede gesloten, waarbij het graafschap formeel tussen beide partijen werd verdeeld. In de praktijk bleek Willem echter de enige te zijn met werkelijke macht in de gebieden van Dirk VII. Lodewijk kreeg zijn vrouw echter pas terug in 1207 (op de nette leeftijd van 19 jaar), maar moest daarvoor afstand doen van zijn rechten die hij volgens het eerdere verdrag had verworven.
Eerdere afleveringen van deze onregelmatig verschijnende serie over Nederlands vergeten oorlogen vindt u hier.