Humanisme en slavernij
Kenmerkend voor het humanisme zijn de mensenrechten. Een fenomeen dat daar in geen enkel opzicht in past is de slavernij.
Maar in de oudheid was slavernij heel gewoon. In Rome bestond op enig moment meer dan de helft van de bevolking uit slaven. Tussen slaven en personeel was er eigenlijk geen verschil. Het Latijnse woord servus is te vertalen door slaaf en door personeelslid. De islam is in dat opzicht de voortzetting geweest van de klassieke oudheid. Moslims zijn slaven van Allah en de gebedshouding van de moslim is die van onderworpenheid van een slaaf aan zijn meester.
Het oude christendom had onder de slaven veel aanhang en in de christelijke middeleeuwen was het bevrijden (vrijkopen) van slaven een God welgevallige activiteit. Van een tegenstelling op dit punt tussen christendom en humanisme kan niet gesproken worden maar er is wel een verschil in nadruk. In de klassieke wereld gold slavernij als een onderdeel van de condition humaine en zo wordt het verschijnsel onder meer in de werken van Aristoteles behandeld. Slavernij was een noodzakelijk onderdeel van de economie. Een beschaafde wereld zonder slaven was niet denkbaar. Men moet daarbij in aanmerking nemen dat er geen zorgende overheid was in de oudheid en dat mensen die niet voor zich zelf konden zorgen en geen kind of slaaf waren weinig kans hadden op overleven. Het christendom met zijn armenzorg heeft daar verandering in gebracht. De populariteit van die godsdienst onder slaven en vrijgelatenen is mede om die reden wel verklaarbaar.
Toen de Whigs het in de Victoriaanse tijd voor het zeggen kregen in de Britse politiek, maakten zij een einde aan de slavenhandel. Dat konden ze doen omdat de Engelse marine de wereldzeeën beheerste. Maar in Noord en Zuid Amerika bleef slavernij als instituut voorlopig bestaan. In Engeland zelf bestond slavernij al sinds de vroege middeleeuwen niet meer. In de meeste landen van Noord Europa was zij in die zelfde tijd verdwenen. Maar men erkende wel overal in Europa het Romeinse recht. Dat recht had regels voor de slavernij en de eerbied voor het eigendomsrecht gekoppeld aan de gebruiken van de internationale handel hielden de slavernij in stand in de Europese koloniën. In Europa zelf bleef het een exotisch fenomeen. Oosterse reizigers hadden slaven bij zich en kolonisten uit de tropen brachten soms huisslaven mee als ze terugkwamen.
In Noord Amerika waren het de Republikeinen van president Lincoln die aan deze misstand een einde hebben gemaakt. Dat gebeurde aan het einde van een burgeroorlog tussen de noordelijke en de zuidelijke staten en die oorlog telde een aantal doden dat we pas weer hebben meegemaakt tijdens de eerste wereldoorlog. Maar de Amerikanen kunnen er trots op zijn dat ze er zelf een einde aan gemaakt hebben en er niet zoals de moslims toe gedwongen hoefden te worden.
In landen waar de westerse invloed beperkt was, in het Turkse rijk en in het algemeen overal waar andere godsdiensten dan het Latijnse christendom de overhand behielden, hield ook de slavernij langer stand. Dat was niet omdat in de koran of de oosterse vormen van het christendom de slavernij gepropageerd werd. Dat kwam omdat de slavernij er al lang was voor die godsdiensten ontstonden. De Bijbel en de koran spreken erover als iets dat er nu eenmaal is en voor God zijn we allemaal slaven.
Slaven waren de mensen die in de economisch primitieve samenlevingen het werk deden dat tegenwoordig door betaald personeel wordt gedaan of door machines. Tussen het Latijnse woord voor slaaf of knecht en tussen slavin of dienstmeisje bestaat geen verschil. Hun positie was aan de onderkant van de maatschappelijke ladder, maar in het latere Romeinse recht werden aan slaven wel degelijk rechten toegekend. Ze hadden wel geen burgerrechten maar die hadden vrouwen en kinderen ook niet.
Op het Iberisch schiereiland is slavernij op kleine schaal blijven bestaan, als iets wat uit de Moorse tijd was overgebleven. In de suikerplantages op de Canarische Eilanden, die immers vlak voor de kust van zwart Afrika lagen, was het een normaal verschijnsel. Het is niet onwaarschijnlijk dat die later als model voor de Zuid Amerikaanse koloniën hebben gediend. Het verhaal is bekend hoe de Portugezen en Spanjaarden de slavernij daar hebben ingevoerd en hoe de Noord Amerikanen het later overnamen om hun plantages te voorzien van werkkrachten die tegen de klimatologische omstandigheden waren opgewassen.
De eerste zwarte slaven die hier in Nederland, ik meen in Vlissingen, ontscheept zijn, werden door de plaatselijke autoriteiten prompt vrij gelaten. Dat duurde niet lang want de eigenaren konden wijzen op het Romeinse en het canonieke recht waarin de eigendom van slaven erkend werd. Omdat de landen waar handel mee gedreven werd het instituut erkenden, werden de rechten op slaven in het internationale handelsverkeer gerespecteerd. Maar grote omvang heeft het hier nooit gekend.
De onbekendheid met het instituut van de slavernij in Noord Europa had voor de slaven ook nadelen. Omdat slavernij als zodanig niet bestond waren er voor slaven geen beschermende maatregelen. Slavernij van westerse mensen werd niet toegelaten, omdat het strijdig was met het sinds de vijftiende eeuw opkomende humanisme. Waar het op neer kwam was dat men algemeen vond dat slavernij niet paste in het concept van de menselijke waardigheid. Maar omdat men slavernij om economische redenen niet kon of wilde afschaffen beschouwde men zwarten als niet helemaal menselijk. Dat is wat men een geperverteerd humanisme zou kunnen noemen en het heeft de behandeling van de negerslaven meer geschaad dan de op de wet gebaseerde slavernij in de landen rond de Middellandse Zee.
Dit artikel verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp
Slavernij of horigheid komen steeds voor als er een gebrek aan mensen is. Het is een duur systeem, want het omhelst bewaking, verzorging en een opgelegde taakvervulling. Onwilligen iets laten verrichten biedt veel kansen op mislukking.
In de Oudheid hadden de Romeinen het snel door dat latifundia met slaven zeer moeilijk en zeer kostelijk te beheren waren. De slaven werden dan ook massaal vrij verklaard en konden op het hen toegewezen grondstuk pachter worden. Vrij en pachter verzekerde een constante inkomstenstroom zonder alle beslommeringen verbonden aan de zorg voor de slaven. Anderen met geschikte gaven vonden emplooi in de steden en betaalden hun vroegere eigenaren een vast procentueel bedrag.
Hetzelfde vond plaats in de warmere Middeleeuwen, de bevolking groeide enorm aan en het werd economisch interessanter om handel te drijven. Op de markt werd de kunde van de ene geruild tegen de productie of tegenprestatie van de andere.
Horigheid werd duur en de stadslucht maakte de mensen vrij (o.a. om te handelen). Heel typisch na de verwoestende en zeer dodelijke pestepidemie van midden 14 de eeuw wensten de feodalen de landbouwers weer aan hun leengrond te binden. Dit systeem is tot laat in de 18 de en 19 de eeuw blijven bestaan in de weinig bevolkte Oost-Europese steppen (Rusland).
Midden-Amerika en de Caraïben waren nagenoeg ontvolkt door de ziekten, die de Europese ‘ontdekkers’ aldaar ongezien inbrachten. Deze streek was uitermate geschikt om luxeproducten voort te brengen zoals suiker. Zonder invoer van werkers was dit onmogelijk, daarom ontstond de slavenhandel, die zich om diverse redenen later op Afrika richtte.
De ‘katoen-boom’ in de vroege 19 de eeuw is de verklaring waarom het ook in de Zuidelijke VS nog rendabel was om ondanks de hoge kosten een slavernijsysteem te hebben.
Toen door de uitvinding van de luchtband eind 19 de eeuw en het plots populaire vervoermiddel de fiets de grondstoffen voor rubber een groot tekort vertoonden in het aanbod (vooral Brazilië) kwamen andere latex-producerende planten en regio’s in aanmerking. Zo was dat ook met de Vrijstaat Kongo, die op een 1/5 van haar grondgebied ‘rubberlianen’ had. En de geringe bevolking aldaar, werd gewoon gedwongen latex op te brengen. Dat dit niet met zachte hand gebeurde is genoegzaam bekend. Van een genocide is echter geen sprake. Een dode of gehandicapte inboorling kan geen latex meer produceren.
Slavernij, horigheid, dwangarbeid. Het zijn nuance verschillen. Maar als men het nog iets breder trekt is er niet eens zo veel verschil meer met de moderne ‘loonslaaf’.
Of het principe ingaat tegen het humanisme is ook maar de vraag. Dat is mijns inziens meer een vraag van hoe het systeem is ingericht. Is er een maximumtermijn? Zijn er minimale voorwaarden van behandeling, huisvesting, medische zorg, voedsel die de eigenaar moet verschaffen? wat voor eisen worden er gesteld aan iemand voordat hij een slaaf zou mogen houden?
Stel die vragen iets anders en je hebt het opeens over een ondernemer.
En ja, wijlen de heer Kasdorp heeft gelijk dat er een redenering werd gemaakt dat de zwarte bevolking in Afrika niet geheel menselijk was. Maar als ik nu eens rondkijk naar het gedrag van diezelfde zwarte bevolking, een goede 500 jaar later, met bijna 100 jaar lang enorme bedragen aan ontwikkelingshulp, voedselhulp, medische hulp etc etc, of naar het gedrag van de grote groepen die nu naar het noorden trekken, dan kan ik me toch niet geheel onttrekken aan de conclusie dat er wel degelijk een groot verschil is.
Maakt dat ze minder menselijk? Nee.
Maar sprekend over grote groepen, niet individuen, dan blijkt toch echt dat er een groot verschil is in het IQ, in de manier waarop samenlevingen worden opgebouwd, werkethiek, gewelddadigheid, criminaliteit.
In dat opzicht zou men kunnen spreken van een noodzaak tot constante supervisie in veel gevallen.
Slavernij heeft in bijna de hele menselijke geschiedenis bestaan. Voor de Griekse en de Romeinse maatschappij waren slaven van essentieel belang.Griekse filosoof Aristotel meende dat sommige mensen phusei douloi waren, bestemd om slaaf te zijn. Dit was in strijd met de christelijke visie, dat in Gods plan niemand bestemd was voor slavernij.Toen keizer Constantijn de Kerk in 313 eenmaal had gelegaliseerd, beïnvloedden haar leringen de Romeinse wetten en beleid. Er werden kerkelijke fondsen gebruikt door christenen om slaven te bevrijden, in het bijzonder krijgsgevangenen. Een voormalige slaaf is zelfs opgeklommen tot paus (Callistus I) in de vroege derde eeuw! De opkomst van het Christendom had een positieve invloed op het leven van slaven.De gelijke waardigheid van alle mensen is een christelijke notie.Jezus verzette Zich tegen onderdrukking,slaven en meesters werden broeders en zusters.In Efeze 6:9 staat dat meesters hun slaven als broeders en zusters moesten beschouwen. Dat was een revolutionaire gedachte in die tijd….
Paus Paulus III zich in 1537 niet minder dan drie keer tegen de slavenhandel keerde.En waar Jezus onderwijs gegeven werd, werd het bijzondere van het huwelijk en de rechten van de vrouw erkend. Er zijn scholen en universiteiten gesticht en de slavernij werd afgeschaft.NAASTENLIEFDE is een van de belangrijkste leerstellingen van de Bijbel.De drie centrale wetten in Exodus 21 en Deuteronomium 23 en 24 laten zien dat de Bijbel slavenhandel afwijst.” Het christendom is de enige godsdienst, waar niet alleen zonde als slavernij wordt gezien, uiteindelijk was het ook het christendom dat als enige godsdienst ter wereld slavernij als zonde zag.En het is ironisch dat het christendom vals beschuldigd wordt van slavernij, terwijl het massaal tot slaaf maken van christenen door moslims, in het bijzonder door de Ottomaanse Turken van de zestiende tot de achttiende eeuw, geheel wordt genegeerd. In Afrika een uitgebreid stelsel van slavenhandel bestond, voordat de blanken daar kwamen. Voordat de eerste slaven uit Afrika werden gevoerd door de Europeanen, maakten de Arabieren al gebruik van de Afrikaanse ‘slavenmarkt’.Muhammad, de stichter van de islam, had tijdens zijn leven immers zelf slaven, evenals zijn opvolgers…