Hilhorst over ontwikkelingshulp
Pieter Hilhorst noemde Rutte in een column[1] een politicus met een rubberen ruggengraat. Dat is geen erg zinnige opmerking, omdat hij daarmee Rutte verweet dat hij in een compromis met de Kunduzcoalitie andere standpunten innam dan in het gedoogakkoord met Wilders. Het is alsof in al die jaren bij de krant Hilhorst nog nooit van politiek had gehoord en was een voorloper als het ware van zijn mislukking later in Amsterdam.
Hij schreef zijn artikeltje niet naar aanleiding van de val van het kabinet, maar vanwege het “wilderiaanse” standpunt dat de VVD innam t.a.v. de ontwikkelingshulp. Ik schreef daar toen een stukje over onder de titel Ontwikkelingshulp, een Keizer zonder Kleren.
U kunt daaruit afleiden dat ik met het standpunt van de VVD wel eens was en daarom nu aan U kwijt wil waarom ik vind dat de kritiek van Hilhorst niet erg gefundeerd was.
Hij formuleerde de bezwaren van de VVD in de eerste plaats als een rationele reactie op een vorm van seculiere religie. Het geven van 0.7% van het nationaal inkomen noemt hij een ‘seculiere vorm van aflaat’. Aflaten die met geld werden gekocht waren zoals U weet een praktijk van de christelijke kerk waar Maarten Luther zulke grote bezwaren tegen had. Ik vind dat een voortreffelijke formulering, de spijker op zijn kop eigenlijk, maar Hilhorst bedoelde het juist ironisch.
Daarbij is het irrelevant of het schuldgevoel waar de ontwikkelingshulp uit voortkomt terecht is of misplaatst. Schuld is een verkeerde reden om hulp te geven. Hulp hoort in de eerste plaats om te helpen en als het dat niet doet, zoals nu zo langzamerhand afdoende is aangetoond, dan moet je er mee stoppen. Dat wil niet zeggen dat er geen enkele vorm van hulp denkbaar is die wel kan helpen, maar 0.7% van het nationaal inkomen door de strot van de derde wereld duwen is in elk geval een averechtse manier.
Mensen helpen om zich zelf te helpen; het kan, maar het is niet gemakkelijk. Ministeries voor ontwikkelingshulp en instituten als Oxfam Novib hebben een uitzonderlijk slechte trackrecord, zoals U onder meer in het proefschrift van Wiet Janssen kunt lezen aan de TU Enschede en in het bekende boek van Dambisa Moyo Dead Aid.
De VVD doet in het artikel dat Hilhorst bekritiseerde nog een ander voorstel, dat de laatste onvermeld laat. De Caluwé en Blok wilden giften in dit kader voor 125% aftrekbaar maken in de inkomstenbelasting. Dit betekent dat iemand met een belastingtarief van 50% van een gift aan een ontwikkelingsproject nog steeds ruim een derde zelf betaalt en dat de rest wordt betaald via een verminderde belastingafdracht. De overheid verschaft zich langs deze weg goedkoop de diensten van een burger met een belang om op de goede besteding van ontwikkelingsgelden toe te zien. Dat lijkt me een slimme move van de VVD.
Misschien dat Hilhorst niet begrepen heeft hoe dit werkt, want hij is iemand voor wie bedoelingen tellen en niet resultaten. Hij legt nog eens uit dat het schuldgevoel niet zozeer voortkomt uit de koloniale tijd maar uit de toevallige omstandigheid dat hij, U en ik in Nederland geboren zijn en anderen in Tsjaad. Dat is inderdaad een meer relevante omstandigheid, maar het blijft geven uit schuld en het blijft dus ook een verkeerde reden.
Het gevolg van het geven van de 0,7% zou volgens Hilhorst zijn dat de internationale ongelijkheid vermindert en wie er even bij stilstaat ziet meteen dat dit een onzinredenering is. Zelfs al hielp de hulp wel, dan is 0.7% niet is staat om een deuk te slaan in een pakje boter. Mensen denken alleen dat het anders is omdat het meteen om zulke hoge bedragen gaat, maar dat is schijn. Van een reële herverdeling is geen sprake.
Hilhorst merkte op dat de Oegandese regering een methode heeft ontdekt om de corruptie bij de door haar ontvangen ontwikkelingshulp te verminderen. De bedragen die elke school daadwerkelijk krijgt worden nu gepubliceerd en het verschil met de geschonken bedragen is corruptie van de autoriteiten die voor de betaling aan de scholen zorg dragen. Het schijnt te helpen, maar wat het vooral doet is laten zien waarom topdown ontwikkelingshulp, die door een lange pijplijn moet en waar men aan het ene einde van de pijp vooral wil geven en men aan het andere uiteinde het standpunt huldigt dat geld geld is, om misbruik vraagt.
Dan spreekt Hilhorst over verraad van de VVD en hij noemde haar een partij die wel de lusten maar niet de lasten wil van een goed geordende samenleving. Tot die lasten hoort naar zijn mening het geven van ontwikkelingshulp. Daarvoor gaf hij, zoals we zagen, eigenlijk geen enkel zinnig argument, maar tegelijkertijd liet hij daarbij een opvatting zien over overheden en samenlevingen waar geen zinnig mens het mee eens kan zijn. Hij zegt hier impliciet dat alles wat een overheid doet welgedaan is en dat iedere cent die een burger betaalt aan belasting goed besteed geld is. Uit die opvatting komen waarschijnlijk zijn bezwaren voort tegen alle kortingen op overheidsuitgaven. Misschien ook die merkwaardige gewoonte bij de Volkskrant om een belastingverhoging een bezuiniging te noemen en de bezwaren tegen een forensenbelasting ‘kortzichtig egoïsme’.
Progressieven als Hilhorst hebben ons een slecht functionerende overheid bezorgd. We zullen het van rechtse partijen als de VVD moeten hebben om haar weer in het rechte spoor te krijgen. Een overheid valt niet samen met de samenleving. Zij is er om de samenleving en haar burgers van dienst te zijn op terreinen waar de burgers dat zelf niet kunnen. Mensen horen in de eerste plaats voor zich zelf te zorgen en de overheid is mijn moeder niet.
————————————————————————————————————-
[1] van 19/6/12
————————————————————————————————————-
Eerder verschenen op het Blog van Toon Kasdorp
“Hij [Hilhorst] legt nog eens uit dat het schuldgevoel niet zozeer voortkomt uit de koloniale tijd maar uit de toevallige omstandigheid dat hij, U en ik in Nederland geboren zijn en anderen in Tsjaad. Dat is inderdaad een meer relevante omstandigheid, maar het blijft geven uit schuld en het blijft dus ook een verkeerde reden.”
Eens, maar Hilhorst maakt hier een nog ergere fout. Met zijn schuldgevoel over het land van zijn geboorte, channelt Hilhorst John Rawls, een filosoof die opmerkelijk veel denkfouten maakt. Het land van je geboorte is een kwestie van pech of geluk, Rawls ziet daar een oneerlijk voordeel van sommigen op anderen in. Maar termen als eerlijk of oneerlijk zijn alleen van toepassing op menselijk handelen, niet op geluk of pech hebben.
In feite gaat het hier om man-made facts vs. metafysische feiten (door de werkelijkheid gegeven). Het negeren van dit verschil verraadt een in wezen religieuze denktrant. Een waarin de werkelijkheid het product is van een scheppende, bewuste entiteit die jou, door een gelukkige geboorte, heeft voorgetrokken t.o.v. een ‘achtergesteld broertje of zusje’.
Om dat goed te maken en zijn schuldige geweten te sussen, wil Hilhorst ontwikkelingshulp geven. Hij gaat z’n gang maar, maar ik heb dat schuldgevoel (en die religieuze denktrant) niet. Ik vind Rawls vooral een gemankeerde filosoof.
Ik heb met U nooit begrepen waar die bewondering voor Rawls vandaan komt.. Ik vindt hem geen filosoof en al helemaal geen jurist