Groepsbelediging – Wildersproces2
Groepsbelediging als vergrijp is minder breed toepasbaar dan men vaak denkt.
Kurt Westergaard had gemerkt dat mensen niet mee wilden werken aan een geïllustreerd boek over de islam omdat ze bang waren door moslims te worden aangevallen. Het maken van afbeeldingen van de profeet is aan moslims verboden en ook aan ieder ander, menen zij. Die onzin wilde hij aan de kaak stellen, want hij vond het gevoel door moslims bedreigd te worden wanneer hij iets wilde doen dat wettelijk is toegestaan een ernstige aanslag op zijn vrijheid van meningsuiting. Hij vond daarnaast dat hij niet beledigde en zelfs dat, wanneer wat hij deed als beledigend werd ervaren, dit geen reden kon zijn om hem of een ander met de dood te bedreigen. Daarin had hij gelijk.
Wilders ziet in het soort bedreiging al Westergaard onderging een gevaar voor de Nederlandse en de westerse samenleving. Ziet hij dat terecht ? Dat is misschien niet de relevante vraag. De juiste vraag is, meent hij dat oprecht? Zo ja, dan heeft hij het recht en de plicht als Kamerlid om zijn kiezers en andere Nederlanders voor dat gevaar te waarschuwen. Iets anders kun je niet doen als Kamerlid. Dan is zo ‘n waarschuwing geen groepsbelediging, ook al voelen de moslims als groep zich door zijn uitlatingen beledigd. Een uiting is alleen een belediging als zij opzettelijk wordt gedaan en met het oogmerk tot belediging. Het feit dat iemand zich door een uiting beledigd voelt is niet voldoende. Of de getroffene een individu is of een groep maakt daarbij in principe geen verschil.
Belediging is een opzetdelict. Dat wil zeggen het is afhankelijk van de intenties van de dader. Iemand kan pas vervolgd worden als hij opzettelijk kwetst. Onder opzettelijk moet verstaan worden dat de dader zich van het feit van de belediging bewust is en het gewild heeft. Ook wel dat hij zich van het feit bewust had kunnen zijn maar zich door een laakbare onverschilligheid niet op de hoogte heeft gesteld. Dat laatste heet voorwaardelijk opzet en is in de regel te zien als een handigheid om de moeilijke bewijslast te vermijden die een officier heeft als hij de intenties van een verdachte aan moet tonen.
Wij kennen in Nederland het voorwaardelijk opzet in het strafrecht sinds het arrest van de Hoornse taart. Daarbij werd iemand veroordeeld omdat van een vergiftigde taart werd gegeten – met dodelijk gevolg – door iemand anders dan degene aan wie het gebak was toegestuurd. Bij de Hoornse taart werd voorwaardelijk opzet gebruikt door de strafrechter om een leemte in de wet te dichten. Bewust het risico lopen dat iemand om het leven komt, terwijl je het op iemand anders gemunt hebt, stond niet als opzetdelict in de wet. De Hoge Raad vond niettemin dat het als opzet gestraft moest worden, iets wat de meeste mensen wel met hem eens zullen zijn geweest. Maar juridisch fraai is het niet, natuurlijk.
Als Wilders ergens bang voor had moeten zijn dan is het voor een veroordeling wegens voorwaardelijk opzet tot groepsbelediging. Het aanzetten tot haat was – met permissie – een weinig bewonderenswaardig verzinsel van de eerste strafkamer van het Amsterdamse gerechtshof[1].
Dat Wilders niet bedoeld had individuen, al dan niet in groepsverband, te kwetsen, maar uitsluitend om hun onethisch geloof aan de kaak te stellen, dat lijkt wel duidelijk. Maar de rechter zou kunnen menen dat ieder redelijk mens had moeten zien dat dit voor moslims als groep beledigend was.
De consequentie zou dan zijn dat Wilders om die reden van zijn negatieve uitspraken over de islam had moeten afzien. Dat hangt samen met de moeilijk te begrijpen gedachte die men vaker tegen komt, dat alle godsdiensten in ethisch en ander opzicht gelijkwaardig zijn. In de internationale verdragen en ook in onze grondwet genieten zij in de interpretatie van veel linkse liberalen een gelijke bescherming. Men zou menen dat alleen goede religies bescherming horen te genieten en dat de boosaardige religies met alle ter beschikbaar staande middelen bestreden zouden moeten worden. Maar dat denken waarschijnlijk vooral mensen die zelf religieus zijn. Wie dat niet is kan gemakkelijk zo weinig van religies weten dat hij ze allemaal op een grote hoop gooit. De Aztekengodsdienst met haar mensenoffers zo goed als het geloof van Jezus van Nazareth[2] en de islam, waarin meisjes van elf kunnen worden gedwongen te trouwen met mannen die hun opa hadden kunnen zijn.
Wilders heeft bij verschillende gelegenheden duidelijk en in het openbaar laten weten dat hij niet beoogt individuele moslims te beledigen en dat hij vindt dat zij zelf evenzeer slachtoffer zijn van hun abjecte religie als andersdenkenden in hun omgeving. Die andersdenkenden zijn dan bijvoorbeeld de Kopten die in Egypte door moslims werden aangevallen en vermoord.
Een moslima die onder haar geloof lijdt is bijvoorbeeld het jonge meisje dat gedwongen werd te trouwen met een oude man in het verhaal van de getuige Sultan uit het Wildersproces. Als zij bij hem weg vluchtte werd zij door haar vader steeds teruggestuurd omdat zijn geloof dat nu eenmaal voorschrijft. De getuige vertelt dat verhaal en ook hoe zij net als Wilders onder voortdurende doodsbedreiging staat vanwege haar kritiek op de islam.
Het is duidelijk dat de islam een godsdienst is die je niemand toe kunt wensen[3] en dat Wilders gelijk heeft wanneer hij zijn best doet dat geloof uit Nederland weg te houden. Verdragen en grondwetten die dat in de ogen van rechters en anderen verbieden horen te worden aangepast om dat mogelijk te maken. Daarvoor pleiten is op een ordentelijke manier gebruik maken van je recht op vrije meningsuiting. Dat de Volkskrant hier indertijd Fortuijn over aanviel en dat veel van onze notabele medeburgers Wilders om die reden een populist noemen is ondemocratisch. Wie een dergelijke discussie probeert te verbieden schendt zelf de grondwet.
Dat neemt allemaal niet weg dat belediging en ook groepsbelediging terecht strafbaar zijn gesteld. We moeten ons alleen rechters en officieren toewensen die weten wanneer er wel en niet vervolgd dient te worden.
- Zie het lemma strafrecht op mijn site.
- Ik laat in het midden of daarmee het verlichte joodse geloof van de profeet zelf of het christelijk geloof van Constantijn de Grote en diens opvolgers bedoeld wordt.
- Behalve misschien als het minste kwaad, want we horen ons wel te realiseren dat wie in Arabië leefde voor Mohammed daar de islam introduceerde, nog slechter af was dan de tegenwoordige moslims.
Dit artikel verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp
Wat lastig is voor mij is de definitie van ‘groep’. Bijvoorbeeld met de term ‘Marokkaan’, is dat een ras of etniciteit? Dat dacht ik eerst wel, maar eigenlijk is ‘Arabier’ meer een etnische aanduiding, terwijl Marokkaan ook kan duiden op een nationale identiteit of cultuur, misschien zelfs los van genetische structuur van de personen.
Nationale identiteit is een idee, islam is een idee en ideeën moeten vrij bekritiseerd kunnen worden. Was het verwerpen van denkbeelden echter de bedoeling van Wilders en zijn aanhangers, of ging het hen letterlijk om iedereen met een Marokkaanse afkomst wegzetten, ongeacht hun individuele kenmerken puur om wie hun voorouders waren?
Het is een weldoordacht stuk mijnheer Kasdorp. Dank daarvoor, het lezen ervan verrijkt mijn gedachten.
Overigens laat het wel zien in welk een totaal doorgeschoten maatschappij wij eigenlijk leven. Ik ben het dan ook geheel niet eens met de conclusie die u in het slot van het artikel trekt. Belediging hoort helemaal niet in het strafrecht thuis. Ik ben van mening dat een ieder elk ander vrij en naar hartelust zou mogen beledigen. Beledigingen daar kun je ook een kwaliteitsoordeel aan hangen, en een kwalitatief slechte belediging zegt zoveel over de uiter ervan dat de belediging an sich er waardeloos door word. En als de belediging niet waardeloos is dan zou de beledigde het ter harte moeten nemen, in plaats van om geïnstitutioneerd geweld te eisen omdat hem eens de waarheid is gezegd.
Die bewering van u, dat belediging een verdiende plaats heeft in het strafrecht. Dat, mijnheer Kasdorp, dat kweekt een maatschappij van verliezers. Een maatschappij waarin niet rechtschapen mensen vrij zijn, maar een maatschappij waarin schreeuwers om niets het voor het zeggen hebben. Een maatschappij waarin degene met de langste tenen het grootste aanzien verwerft. Een onaangenaam vooruitzicht als u het aan mij vraagt, en voor zover we niet alreeds in een dergelijke situatie zijn beland. Laat mij lekker het staatshoofd beledigen, of een religie, als mij dat aanstaat. Een maatschappij waarin belediging iets is van het strafrecht word een maatschappij van verliezers. Smullen voor degenen die hun brood ermee verdienen, dat wel. Maar een regelrechte hel voor de mensen die erin moeten leven.
Heel nuttig artikel.
Het blijft een feit, dat vele anderen met volstrekt vergelijkbare uitspraken, NIET vervolgd
worden; maar dhr. G. Wilders WEL.
Er zijn in het openbaar:
– door veel mensen, vele uitspraken tegen moslims, de islam en hun nationaliteiten gedaan
– door veel moslims, vele uitspraken tegen Nederlanders, niet-moslims, blanken,
– alle -Westerlingen en hun nationaliteiten, ex-moslims, anders-gelovigen, enz, enz, enz, enz, gedaan
Dit is dan ook een politiek proces; waarin rechter[s] nu al hebben laten blijken bevooroordeeld te zijn, en verdere fundamentele rechts-beginselen niet serieus te nemen.
Dit hele proces is een schande en een aanfluiting voor de rechts-pleging.
Dit soort laffe juristen en hun opdrachtgevers, moet zich schamen ……
Er is slechts 1 zogenaamde godsdienst die oproept niet gelovigen te doden of tot slaaf te maken, en dat is de islam.
Verder houdt dit geloof zich aan geen enkele voorwaarde om de godsdienstvrijheid mogelijk te maken.
Kortom, ze hebben geen recht tot deelname aan de godsdienstvrijheid .
http://www.telegraaf.nl/binnenland/26371425/__Taakstraf_geeist_om__nazitweet___.html
En dan hebben we ook nog het recente arrest waarin iemand veroordeeld is wegens belediging van koning Willem de Overbodige. Nou mijnheer Kasdorp, echt een samenleving waar u trots op kunt zijn, dat we die met-zun-alle aan het maken zijn.
Beledigen is iemand met woorden bewust beschadigen. Dat mag dus niet. Maar dat wil niet zeggen dat beledigen onder alle omstandigheden vervolgd zou moeten worden. Als ik me niet vergis is dat ook het standpunt van onze koning.. De islam en de joodse godsdienst zijn beide van nature gewelddadig, maar de islam is het ook in de praktijk. Ik ben het eens met de stelling dat er onderscheid gemaakt moet worden tussen godsdiensten en met name op het punt hoe gelovigen er in de actualiteit mee omgaan. Tenslotte nog, dat de idee van de islam vrij bekritiseerd mag worden wil nog niet zeggen dat men de aanhangers van die idee collectief zou mogen beledigen.