Evolutie – taal en hersenen van de mens
Hersenen van mensen zijn anders dan die van mensapen, zowel in omvang als in bouw. Zes miljoen jaar geleden hadden we een gemeenschappelijke voorvader met de chimpansee en de bonobo.
Drie miljoen jaar geleden had onze voorouder de Australopithecus een brein dat in omvang gelijk was aan dat van een tegenwoordige mensaap. Er was wel een belangrijk ander verschil: de Australopithecus liep recht op en leefde op de savannes, niet in het oerwoud. Dat houdt in dat hij in groepen moet hebben geleefd, groot genoeg en goed genoeg gecoördineerd om zich tegen steppe-roofdieren staande te houden. Bij gebrek aan bomen om in te vluchten of voldoende snelheid om weg te komen, zonder voldoende kracht en lichaamswapens om zich individueel te weren hadden deze voorouders andere middelen nodig om te kunnen overleven.
Een miljoen jaar later ontstond Homo Habilis met een brein dat vijftig procent groter was dan dat van Australopithecus en weer een miljoen jaar later kwam Homo Erectus, die een hersenpan had die twee keer zo groot was als dat van een mensaap of dan Australopithecus. Homo Sapiens heeft ruim drie keer de herseninhoud van een chimpansee en die laatste groeischeut heeft niet meer dan een paar honderd duizend jaar geleden plaats gevonden. Er vindt in de tak van onze afstamming een exponentiële groei van hersenen plaats, wat betekent dat er een sterke evolutionaire druk moet staan op toename van de herseninhoud. Hier moet sprake zijn van een zich zelf versterkend mechanisme: de groei van de hersenen staat de mensen en hun voorouders in staat iets beter te doen en dat betere doen stelt op zijn beurt weer hogere eisen aan de hersenen. Anders gezegd: onder druk van een wijziging van het milieu verandert een orgaan, i.c. de hersenen en met de verandering brengt de mens een verandering in het milieu tot stand die een nadere aanpassing van het orgaan vraagt, een proces dat langs deze weg zich zelf in stand houdt.
Het is een fenomeen dat veel biologen en paleontologen heeft bezig gehouden. Sommigen zoeken de verklaring in het ontstaan en toenemende complexiteit van werktuigen. Anderen denken dat het gebruik van taal de oorzaak is.
Deze laatsten lijken de logica eerder aan hun kant te hebben, want werktuigen zijn in de evolutie lang heel beperkt en primitief gebleven. De toename van het aantal en de complexiteit van stenen werktuigen is veel langzamer gegaan dan de toename van de hersencapaciteit. Zij is eigenlijk pas goed van de grond gekomen sinds het ontstaan van Homo Sapiens. Zij kan daarom onmogelijk de grote hersengroei verklaren van Australopithecus naar Homo Habilis bijvoorbeeld. Het lijkt voor de hand te liggen dat de verandering in leefwijze van de hominiden, het recht oplopen, het leven in betrekkelijk grote groepen op open vlaktes een beslissende rol moet hebben gespeeld in de evolutie van de hersenen. Taal lijkt ook daarom een goede kandidaat omdat door de rechte houding een anatomische aanpassing van het strottenhoofd noodzakelijk werd die voor de ontwikkeling van een gesproken taal een noodzakelijke voorwaarde blijkt te zijn. Het ontbreken van de juiste vorm van het strottenhoofd is immers een van de redenen waarom een gesproken taal de chimpansees niet aan te leren is, terwijl met gebarentaal wel een beperkt resultaat te bereiken is.
De taal is een belangrijke vorm van communicatie binnen een groep, maar ook de chimpansees vormen groepen en ook die groepen hebben een interne communicatie, die voor zover we kunnen zien al miljoenen jaren bevredigend functioneert. Op die vorm van communicatie lijkt geen vergelijkbare evolutionaire druk te staan. Wat is het verschil?
Dat is het voorwerp van onderzoek van paleontologen, taalkundigen en neurologen, ieder op hun eigen wijze. Voorlopig lijkt de meest belovende hypothese dat de menselijke taal abstracte ideeën produceert, die voor allerlei andere doeleinden kunnen worden aangewend dan voor het communiceren van onmiddellijke behoeften: het is de menselijke samenleving zelf , het nieuwe fenomeen dat als gevolg van de taal op de wereld is verschenen, dat de beslissende evolutionaire voorsprong geeft aan onze soort.
Dit artikel verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp
Citaat: “Zes miljoen jaar geleden hadden we een gemeenschappelijke voorvader met de chimpansee en de bonobo”.
Onze “voorvader” is niemand minder dan God de vader. Het is Hij die ons geschapen heeft.
Genesis 1:26
En God zei laat ons mensen maken naar ons beeld en onze gelijkenis.
@Hans, en Pinikkio was een houten pop die tot leven werd gewekt door een fee, en later in een echt jongentje werd verandert.
Het is opgeschreven dus het moet wel waar zijn.
@Mike Brandenburg 2 oktober 2019 om 16:31
Er zijn nog best veeel mensen die het scheppingsverhaal letterlijk nemen. Dat is niets nieuws. Wel bijzonder, op een vrijplaats als Verenoflood.
Nono bonobo. Evolutie is bewezen een religie te zijn. Ik steek er mijn handen voor in het vuur dat iedere archeologische ontdekking de schepping en een max. Leeftijd van de aarde van 10.000jaar ondersteund. Je dient je redenaties niet op voorgaande aannames te baseren, maar telkens iets te herleiden tot die ene basis.
Hansepans schei ff uit met je God onzin. Toe je weet wel beter, maar je wilt het niet horen omdat het anders je sprookje verstoord. Gebruik je verstand pik en niet een oud boekie met onzinvergaaltjes. Kapppe nah.
@ Lck
U bedoelt dat uw bewijsvoering gedrukt staat?
Dick Swaabs eerste boek voor een breed publiek werd in Nederland 450.000 keer verkocht.
“Ik vraag me weleens af of het ook 450.000 keer is gelezen en begrepen,” aldus Swaab met een ironische verwijzing naar de kritiek op zijn veelgeprezen en tevens fel bekritiseerde ‘Wij Zijn Ons Brein: Van baarmoeder tot alzheimer’, uit 2010.
Terechte vraag volgens mij.
@Hannibal: Nee, het ‘bewijs’ is eenvoudig onder onze neus aanwezig; het design heeft een Designer alsmede ons bewustzijn en geweten het bewijs voeren ‘Onderzoek alles en behoudt het goede’ kan slaan op objectief de Bijbel te lezen en naast de tot nu toe wetenschappenlijke ontdekkingen te leggen. 100% kans dat de Bijbel dit niet tegenspreekt.
We denken dat we ‘omhoog’ zijn geevolueerd, maar in werkelijkheid is de schepping een bad-copy van de oorspronkelijke. Ook na de wereldwijde zondvloed is het leefklimaat verslechterd. Teveel om op te noemen voir hier. Wellicht is het boek ‘de wereldwijde vloed’ van Tjarko Evenboer een luchtige start om er een andere kijk er op te krijgen?
@Lck 2 oktober 2019 om 22:12 Tjarko gebruikt parallellen in volksmythes uit de hele wereld om te suggereren (hij spreekt over ‘duidelijk bevestigen’) dat “genesis wel eens gelijk zou kunnen hebben.” Frappant, OK. Maar het doet toch denken aan bijv. Erich von Däniken (Waren de goden kosmonauten). Persoonlijk vind ik het prima als mensen dit geloven, maar de hellenistische saus van het nieuwe testament is mij liever, bijv. 3 Johannes 1:11 Geliefde broeder, volg niet het kwade na maar het goede. Wie goed doet komt uit God voort; wie kwaad doet heeft God niet gezien. Hoeven we alleen nog maar uit te vissen wat ‘het goede’ is. Daar hebben velen van ons gelukkig wel een aardig idee over.