Kabinetsformatie – een brief van niemand?
Nu Prinsjesdag voorbij is zien we een tamelijk vreemd fenomeen. Normaal begint het politieke leven op het Binnenhof dan weer, maar nu de kabinetsformatie nog gaande is heeft de Tweede Kamer strikt genomen geen aanspreekpunt meer. Wordt dat nu de informateur?
Gisteren eiste de Kamer een brief van informateur Zalm. Want:
De Tweede Kamer wil vandaag een brief van informateur Zalm over wat de onderhandelende partijen volgend jaar willen doen met het eigen risico. Uit de Prinsjesdag-stukken, die het demissionaire kabinet gisteren presenteerde, blijkt dat het eigen risico in 2018 stijgt van 385 naar 400 euro.
Dit is staatkundig een kronkel. De informateur kan uit hoofde van zijn taak niet worden gevraagd namens een nog niet bestaand kabinet te spreken – waarvan het tot leven komen ook nog niet 100% is gegarandeerd (anders zou men het naar het bordes dienen te slepen en beëdigen).
Positie Zalm
Een informateur is strikt genomen niet meer dan een vrijwilliger die door de Kamer is aangezocht en benoemd (hij wordt zelfs niet betaald) om een volgend kabinet aaneen te spijkeren. Staatkundig is zijn positie daarmee curieus, en is hij zeker geen logisch aanspreekpunt. De logica van de eis berust dus niet op staatkundige verhoudingen, maar op het botte feit dat hij er mogelijk iets van weet, en dat de Kamer macht over hem heeft (denkt te hebben).
Wat is de inhoud van een brief van de informateur over het toekomstige beleid van een kabinet in aanbouw waard? Werkelijk niets! Want zoals ik hierboven aangaf: een informateur heeft technisch gezien geen staatkundige status, en men kan zich dus later nooit beroepen op de inhoud van wat hij schrijven zou. De eis om een brief móet zijn gegrond op de gedachte dat een toekomstig kabinet gehouden zou zijn de inhoud van zo’n brief te beschouwen als van haarzelf.
Niemand
Staatkundig is daarvoor geen basis – nog even afgezien van de vraag of wel zeker is dat dat kabinet namens wie de informateur spreken moet er wel komen gaat. Mochten de onderhandelingen alsnog klappen (een kans die ik vrij hoog inschat) dan is er een brief verstuurd over iets waarover niemand nog zeggenschap heeft, waarvoor niemand staatkundige verantwoordelijkheid draagt en waarop niemand ooit nog kan worden aangesproken. Door iemand die staatkundig gezien een niemand is.
Waarom vraagt men de informateur dan om een brief? Omdat de zittende ministers al zo lang demissionair zijn, dat alles wat zij zeggen met politieke inhoud eerder als een gratuite uiting van oppositie dan als verantwoordelijke regeringsopinie moet worden beschouwd. En dat klopt dan ook perfect, want wie eiste mede die brief? Kamerlid/demissionair minister en vice-premier Asscher, die de schizofrenie van zijn eigen positie als steeds ongemakkelijker lijkt te voelen. Klaver daarentegen begrijpt het dilemma duidelijk niet:
De Tweede Kamer houdt vanavond een debat over mensen die vanwege het eigen risico noodzakelijke zorg vermijden. Klaver wil de brief van Zalm voor aanvang van dat debat ontvangen.
Staatkundig zijn Asscher cs nog steeds de meest aangewezen mensen deze brief te schrijven, maar dat gaat weer in tegen alle politieke instincten. Gelukkig hebben de formerende partijen nu toegezegd het eigen risico voor 2018 te handhaven op het niveau waar het al zat. Daarmee is er iets van een basis, al beperkt zich dat tot een belofte van een zeer krappe meerderheid in de Tweede Kamer aan een zeer grote minderheid in diezelfde Tweede Kamer.
Spelletjes
Het laat maar weer eens zien dat een oppositie moeilijk kan bestaan zonder zittende regering om tegen aan te leunen. Want de oude spelletjes los laten is moeilijker dan het lijkt.
Meer over de ins en outs van deze kabinetsformatie vindt u in ons uitgebreide archief er over.