Catch-as-catch-can
Herkenning kan heel confronterend zijn. Alle herkenning is dat, welbeschouwd. Want herkenning is een erkenning van een deel van je eigen identiteit.
Catch phrases zijn een deel van onze identiteit geworden. Ze dateren ons ook, want weinig catch phrases gaan erg lang mee. Daarmee worden ze ook een titel voor sommige hoofdstukjes in ons leven. En de herkenbaarheid daarvan kan ons soms overvallen. Zoals die vrouw, zwaar geblondeerd en vaak geopereerd, die ik herkende als een vroegere klasgenote. Dat ik haar herkende beviel haar niet erg, zeker niet in het gezelschap waarin wij beiden verkeerden en dat haar twintig jaar jonger schatte dan mij (wat ook aan mij ligt, trouwens).
Dus toen ik vanmorgen iemand op een tweet met Hé hó er in zag reageren met He wants to be sedated, herkende ik van beiden dat ze elkaar aangaven de link met de Ramones te herkennen. Het ontbrak er nog maar aan dat iemand er Gabba Gabba Hey doorheen smeet.
Soms worden catchphrases ook deel van een familiehistorie. Tsjoe Musky (Brigadier Dog) was er een die ik deelde met mijn broer van toen wij klein waren. De tekenfilmpjes voor de kleintjes van een kleine 50 jaar terug, even voor zeven uur bedtijd, zaten wij samen te bekijken. Zijn dood deze zomer heeft ook dat gewist, en soms is dat bevreemdender dan het feit dat we elkaar niet meer spreken kunnen. And now for completely different… (Monty Python) was wat je ’s maandagochtends tegen je klasgenoten zei om te laten weten dat je ook gekeken had. It’sszzzzzz en zo.
Er zijn er veel meer, natuurlijk. En iedereen kent verschillende, heeft verschillende associaties, en dat heeft allemaal ook gevolgen voor de betekenis. Maar deel van onze geschiedenis zijn ze maar al te vaak. En soms wordt je overvallen door de emoties die dat boven brengt.