Boerkaverbod? Herstel het recht op discrimineren -1-
Het recht op discrimineren is ons door de overheid ontnomen om minderheden te beschermen. De consequenties – zoals voor het boerkaverbod – werden te weinig gerealiseerd.
Op 16 januari 2019 vond een rechtszaak plaats vanwege discriminatie. Een oudere man die bij een kassa stond die ging sluiten werd verwezen naar een kassa met een gehoofddoekte moslima. Dat wilde hij niet. “Nee natuurlijk ga ik niet bij haar afrekenen, zij is buitenlander, en ik heb recht om bij een Nederlander af te rekenen”, zou hij gezegd hebben. Omstanders hadden hem van discriminatie beticht. De caissière met hoofddoek deed aangifte vanwege discriminatie. Hij werd voorwaardelijk veroordeeld. De rechter wond er geen doekjes om: “ik heb daar geen woorden voor zo om te gaan met een medemens. Hoofddoek of geen hoofddoek, iedereen is gelijk. U hebt zich schuldig gemaakt aan belediging door de aangever als minderwaardig weg te zetten. En dat kan niet.”
Aan dit voorval moest ik denken bij het lezen van het betoog van de filosoof Ger Groot in de NRC van 2 augustus 2019. Onder de titel: ‘Maatschappelijke vrijheid vereist een neutrale staat’, wijst hij er op dat de staat zich meer en meer als zedenmeester gedraagt. De kernzin uit dit artikel: “De wonderlijke interpretatie van het eerste artikel van de grondwet waarbij het discriminatieverbod niet alleen als een vermaan aan de staat maar ook als fundament voor de samenleving wordt opgevat, is daar een symptoom van: het discriminatieverbod dat formeel gold voor de staat jegens de burger wordt opgevat als materiële opdracht aan de burger zelf”.
Ger Groot wijt de nieuwe rolopvatting van de staat aan het wegvallen van de zuilen, en vreest dat de staat op deze weg verdergaand een totalitaire staat zal worden: “Uit naam van de vrijheid verliest de burger (op termijn iedere burger) zijn maatschappelijke vrijheid aan de staat”.
In feite zet Ger Groot zich met zijn redenering af tegen het verbod op het dragen van de boerka. Hoe verhoudt zich dat nu met de vrijheid van de oudere man om aan de kassa geholpen te worden door wie hij wenst. Die bestaat niet volgens de rechter die gedragingen toetst aan de wetgeving.
In zijn betoog slaat Groot een aantal evidente ontwikkelingen over. De zuilen verloren niet zo maar hun ideologische veren. Dat proces zette zich in vanaf 1948 toen de ‘Universele Rechten van de Mens’, toen nog een streefnorm, allengs werden verabsoluteerd en als een nieuw soort ‘Tien Geboden’ ging functioneren. Even later, in 1950, werd ook het ‘Europees Verdrag van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM)’ vastgesteld en werd een ‘Europees Hof voor de Rechten van de Mens’ opgericht om die vrijheden en rechten te bewaken. Beide kunnen worden gezien als een reactie op alle gruwelen die de Tweede Wereldoorlog hadden voortgebracht in zowel Europa als Azië. Nieuwe universele regels moesten voorkomen dat zoiets nog eens kon gebeuren.
Internationale en Europese regelgeving dwongen de staat de richting op te gaan die Groot betreurt. De taak van zedenmeester die de staat door internationale colleges kreeg opgelegd verdrong die van de kerken en zuilen. Onder invloed van de instroom van allochtonen en de nieuwe opvattingen over genderdifferentiatie zag de Nederlandse staat zich genoodzaakt de wetgeving in 1994 (Algemene wet gelijke behandeling) aan te scherpen. Daarmee werd zij de hoeder van minderheidsgroeperingen en hun rechten.
In de islamitische wereld ging men de andere kant op. De ‘Caïro-verklaring van de mensenrechten in de islam’ (1990) verklaart de mensenrechten geheel onderdgeschikt aan de sharia, beperkt de vrijheid van meningsuiting en kent geen vrijheid van godsdienst.
Het was de filosoof John Stuart Mill die in zijn baanbrekend werk ‘On Liberty’ een pleidooi hield voor een onbelemmerde vrijheid van meningsuiting die slechts werd beperkt als iemands goed of leven in gevaar kwam. In het Amerikaanse recht geldt die opvatting nog steeds. ‘Haatzaaien’ en ‘racisme’ zijn daar niet verboden zo lang die geen duidelijk gevaar voor een individu betekenen. Wat ongewenst is moet uit de discussie in de samenleving blijken. De Amerikaanse overheid is geen hoeder van de zeden.
Discriminatie is ook op te vatten als een uitnodiging om er bij te horen en is te zien als een afwijzing van alles wat niet in de gebruikelijke orde van de samenleving past. In die zin is discriminatie verankerd in ieder mens om alles wat niet duidelijk is en of gevaar kan opleveren te weren. Spinoza benoemde het eigenbelang als belangrijkste streven van de mens en meende dat die alleen getemperd kon worden door een orde brengende wederzijdsheid.
In het rekening houden met elkaar (ons!!) blinken de Boerka-draagsters niet uit. Ze beroepen zich op hun individuele vrijheid, die eigenlijk een verabsolutering is van het vrijheidsbegrip. Het helpt ook al niet dat de islam een intolerante religie/staatsinrichting is die in ernstige mate de vrijheid beperkt en andersgelovigen principieel discrimineert.
Alleen een Vrijheid van Meningsuiting zoals bedoeld door Mill en overwegend gepraktiseerd in Amerika kan helpen. De islam vormt een bedreiging waarbij de oproep tot tolerantie niet helpt. Er is een andere aanpak nodig, waarin discriminatie in de vorm van duidelijk maken dat bepaalde gedragingen niet worden geaccepteerd toegestaan is. Dat geldt voor autochtonen en allochtonen. Bij autochtonen gebeurt dat dagelijks. Zij beschikken niet over een kleur of religie om een recht op te eisen dat niet verdiend is.
De oude man die veroordeeld werd voor ‘belediging’ had in principe gelijk. De wederzijdsheid in Nederland houdt onder meer in dat religieuze overtuigingen niet op individueel niveau publiekelijk worden uitgedragen. Om tolerantie (of rechten) vragen gaat dan te ver.
Dat een verbod op boerka’s of hoofddoeken niet echt nodig is, ben ik wel met Gert Groot eens. Maar laat dan de samenleving haar werk doen en leg haar geen belemmeringen bij de afwijzing van bepaalde gedragingen op.
Dit artikel verscheen eerder vandaag ook op Harde Woorden
Meer over het boerkaverbod op Veren of Lood vindt u hier.
Het anti discriminatie artikel is nooit bedoeld geweest voor een horizontale werking, tussen burgers onderling, maar uitsluitend verticaal, tussen de staat en de individuele burger.
Als je weet wat voor gewelddadige en intolerante ideologie de islam is, dan krijg je de neiging om daar op eenzelfde manier op te reageren als je zou doen als je te maken krijgt met volgelingen van Hitler of Stalin, Pol Pot, Mao, enzovoort. Maar ja, voor de overheid is de islam net zoiets als de Nederlands Hervormde Kerk. En elke moskee krijgt automatisch de ANBI-status.
“De oude man die veroordeeld werd voor ‘belediging’ had in principe gelijk. De wederzijdsheid in Nederland houdt onder meer in dat religieuze overtuigingen niet op individueel niveau publiekelijk worden uitgedragen.” Religieuze overtuigingen mogen best op individueel niveau publiekelijk worden uitgedragen. Eeuwenlang liepen Joden met keppels en nonnen met kappen. Het gaat om de ideologie die achter de hoofddoek zit: de islam die de democratie wil vernietigen en die moslimvrouwen beschermt tegen lastigvallen door moslims en dus niet-moslimvrouwen vogelvrij verklaart. De hoofddoek is een symbool van ongelijkwaardigheid. De oude man had dus wel gelijk, maar niet om de aangegeven reden.
Ik sta verbaasd dat de oude man veroordeeld werd. Het woord discriminatie wordt niet gebruikt wanneer een moslima een vrouwelijke arts wenst.
Hoofdbedekking (doekje, keppeltje of petje) mag geen strafbaar feit zijn als iemand dit wil ontwijken. Net zoals een bedrijf het recht moet hebben bepaalde uiterlijkheden te verbieden. Of dit nu gaat om hoofdbedekking, een gezicht vol met piercings of wat dan ook.
De rechter vertelt de oude man nu wie zijn vrienden moeten zijn of met wie hij contact moet hebben. Ik kan mij niet voorstellen dat als de oude man geweigerd had zich te laten helpen door een onverzorgde puber, ook veroordeeld zou zijn.
Links is hysterisch als het om de islam gaat. Elk soort van redelijkheid ontbreekt dan, totaal onbewust van hun positieve discriminatie.
Oudere man wordt beledigd door vrouw met, als ik dit vod niet draag verkracht je me, statement.
Wellicht waar voor de meeste moslim mannen, maar in het westen is een verkrachter een eenzame looser, terwijl in de islam het gaat om statusverhogende groepsverkrachtingen.
De islamitische hoofddoek hoort niet in Nederland. De hoofddoek onder andere wordt gebruikt als eerste inleiding om Nederland te islamiseren. Uiteindelijk zal de shariapolitie controleren of u uw hoofddoek wel op heeft. Zie ook Idonesie/ atjeh. De man bij de kassa verafschuwd de ideologie die achter de hoofddoek staat. Deze ideologie
pakt de vrijheid van mensen af. De rechter is een domme man die niet begrijpt dat hij de vijfde colonne faciliteert. Als hij het wel begrijpt is hij schuldig aan heulen met de vijand.
Het idee van het discriminatie-verbod was gestoeld op een gedachte die nooit in de wet werd verankerd. Waarschijnlijk omdat het niet nodig werd geacht aangezien het vanzelfsprekend zou moeten zijn, namelijk dat er niet ONTERECHT een onderscheid zou worden gemaakt. Oftewel, dat bij gelijke geschiktheid niemand zou worden achtergesteld vanwege sexe, huidskleur, godsdienst etc.
Intussen is het echter volkomen doorgelsagen. Er zijn zeer duidelijke verschillen en die zouden wel degelijk een gegronde reden moeten mogen zijn om onderscheid te maken. En laten we wel zijn, dit verbod wordt alleen maar gehandhaafd tegen de autochtone bevolking. Hoeveel islamitische winkeltjes hebben niet-islamitisch personeel? Of blank personeel? En waarom zou men een groter percentage personen van Marokkaanse komaf bij de politie willen als keer op keer blijkt dat die groep als geheel zwaar oververtegenwoordigd is in de criminaliteit en dat de groep allochtone agenten percentueel zwaar oververtegenwoordigd is in corruptiezaken?
Hoeveel niet-blanken lopen steeds maar te emmeren dat de autochtone bevolking steeds maar meer van de eigen cultuur moet opgeven om inclusief te zijn, maar weigeren die inclusiviteit zelf uit te voeren door zichzelf aan te passen aan hier geldende normen en waarden?
Iedereen discrimineert, dat is menselijk. Het is het maken van onderscheid, op basis van eigen ervaringen en eigen zintuigen. Als iemand een paar kroppen sla gaat halen kiest men ook niet de meest verlepte kroppen, als men appels gaat kopen koopt men ook niet de appels met de meeste rotte plekken. Wanneer slaan we zo ver door dat dat ook de norm gaat worden?
Zelf begrijp ik die oude man zeer goed. Ik heb ook altijd geweigerd af te rekenen bij iemand met een hoofddoek. Als dat de enige optie was dan liet ik mijn volle winkelwagen gewoon staan en ging weg zonder de boodschappen. Want de hoofddoek beledigt mij persoonlijk in heel veel opzichten. De hoofddoek stelt dat ik een verkrachter ben, dat ik minder waard ben, dat ik nooit vrienden kan zijn met die persoon, dat die persoon geloof boven de samenleving stelt en dat die persoon de islamitische waarden aanhangt die stellen dat ik mag worden beroofd, vermoord of tot slaaf gemaakt mag worden.
Ik wens niet af te rekenen bij iemand die een dergelijke boodschap uitdraagt en dat is mijn goed recht.
Vraag.
Rekent u af bij iemand in een nazi uniform?
Het is zo simpel. DIT-IS-NEDERLAND. HIER BEHANDEL JE VROUWEN NIET ALS VEE.
Daarbij; MEER DAN 15 MILJOEN NIET-MUZELMANNEN WILLEN DIT NIET.
GEEN BOERKA DUS.
EINDE VERHAAL. Rot toch op met je niet-Europese achterlijke ideologie.
@Erik. Nee, dat zou ik ook niet doen.
Maar ik kan gerust stellen dat ik nog nooit ergens iemand in nazi uniform a hter de kassa heb zien staan. Hoofddoeken daarentegen wel.
En hoewel waarschijnlijk sarcastisch bedoeld is de vraag wel terecht aangezien de beide ideologieen erg veel overeenkomsten vertonen.
Ik weet niet het waar is dat “de wederzijdsheid in Nederland onder meer inhoudt dat religieuze overtuigingen niet op individueel niveau publiekelijk zouden mogen worden uitgedragen.” Mag een non dan nog in haar habijt over straat? Dat gebeurt al meer dan duizend jaar, dus dat mag geen probleem zijn. Man een non in haar habijt achter de kassa bij Albert Hein? Dat zou wel raar zijn, maar mag het? En stel dat het mag, mag dan een moslima weigeren haar boodschappen door die non te laten afrekenen? Of neem een ‘strenge’ humanist, zou die met een petje met ‘humanisme is beter dan alle godsdiensten’ achter de kassa mogen zitten? En zou dan een Jodin mogen weigeren om haar boodschappen te laten afrekenen? Of moet ze dan haar boodschappen maar in de winkel achterlaten? Betekent een hoofddoek van een moslima niet dat de islam boven alle andere overtuigingen verheven is? Zomaar wat vragen. Jammer dat rechters zich niet over dergelijke hypothetische gevallen hoeven uit te spreken. Louter stelt dat “religieuze overtuigingen niet op individueel niveau publiekelijk [mogen] worden uitgedragen.” Publiekelijk. Dus in een functionele relatie met het publiek. En voor boerka’s dus nu ook in een functionele relatie (als klant) met de overheid. Behalve als het om een speeltuin gaat. Juist daar, zou ik zeggen. Hoe dan ook: er zijn voldoende redenen om te stellen dat de gematigde islam niet bestaat, en de ongematigde islam is een ten diepste bedreigend maatschappelijk probleem, dat vooral niet gefaciliteerd moet worden. De ongematigde islam wordt aangestuurd vanuit fundamentalistische, kalifatistische hoek en maakt misbruik van de vrijheden die godsdiensten hier worden toegekend op grond van nationale en internationale wetgeving. Wat wel eens vergeten wordt is dat de Universele Rechten van de Mens bij hun invoering uiterst omstreden waren. Het was onderdeel van een strijd tegen het totalitarisme waar de islam één van de meest persistente en vreselijke uitwassen is. Het blijkt onmogelijk om een uitzondering te maken voor de islam, ook al ligt dit nog zo voor de hand, dus is het enige alternatief afschaffing van alle nationale en internationale wetgeving die de doorgeschoten bescherming tegen discriminatie van moslims wettelijk afdwingbaar heeft gemaakt. Het alternatief is godsdiensten als de islam in dusdanig algemene termen tot uitzondering te maken als maatregel van wederkerigheid wegens de Caïro-verklaring van de mensenrechten in de islam. Dat zou een vreemde verminging van recht en politiek zijn. Maar toont eens te meer aan dat de islam geen normale godsdienst is.
@erik… Leuke vergelijking. Om hem even door te trekken. Als dat uniform van de hiltlerjugend is: ja. Een geindoctrineerd kind is ook slachtoffer, snap je? Een vrouw die door haar vader, broers, neven gedwongen wordt een hoofddoek te dragen is ook slachtoffer. Wie slachtoffers beschimpt is m.i. een psychopaat of een politicus.
En hoewel ik een godsgruwelijke hekel heb aan de staat mag van mij die hoofddoek (net zo goed als kinderbesnijdenissen) verboden worden. Beter nog zou zijn een door particulieren gefinancierde campagne met als hamvraag: hoofddoek in koran. Waat staat dat dan?
Het is een grote stap naar islamisering toe. Moslims zijn niet tolerant en al helemaal niet gericht op onze democratie. Ze zullen ook nooit integreren. Het gaat hun alleen maar om MACHT. En de overheid?? Horen niet, zien niet, zwijgen erover.
Niet willen afrekenen bij een hoofddoekdraagster is tot daar aan toe, maar als er alcoholhoudende, varkensvlees bevattende of anderszins haram boodschappen bijzitten, vind ik het persoonlijk juist leuk om daarmee naar een hoofddoek dragende cassière te gaan. Niet willen afrekenen bij een “buitenlander” is heel wat anders en bevestigt weer het vooroordeel dat tegen de islam zijn hetzelfde zou zijn als tegen buitenlanders zijn, en dus racistisch.
Overigens zijn werkende vrouwen op zichzelf een dikke middelvinger naar de islamitische vrouwenonderdrukkers.
Die zaak van de man die niet geholpen wil worden door de hoofddoek doet sterk denken aan de zaak in het dorp Oranje: https://renzoverwer.wordpress.com/2018/10/23/discriminatie-ii/
Hier waren het de asielzoekers die discrimineerden.
Nee, die werden niet vervolgd.
Als u echt een ban wilt moet u nog even zo doorgaan als de laatste dagen. Dit is niet leuk meer.