In Spanje staat een groot bedrijf in renewable energy op omvallen. Slechts 9 miljard is de schuldenlast, en als het reeds voor de verkiezingen van 20 december tot een faillissement komt, kan niets een aantal Spaanse banken redden van een enorm financieel fiasco. Eerder deze week werd al surseance aangevraagd.

Dat uitstel van betaling dat Abengoa aanvroeg, was dan ook hoognodig. Afgelopen week daalden zowel de aandelen als andere waardepapieren in het bedrijf met ruim 70% in waarde – iets wat weinig bedrijven kunnen verdragen. De grootste slachtoffers zullen de Spaanse banken zijn:

Santander, is at the top of the pile with €1.56 billion of exposure, followed by publicly owned Bankia (€582 million), Catalonia’s biggest bank, Caixabank (€570 million), Catalonia’s second biggest bank Banco Sabadell (€387 million), Banco Popular (€334 million), Bankinter (€210 million) and the state-owned Institute of Official Credit (ICO, €161 million). The list goes on and includes many of Spain’s bailed out saving banks.

De rekening voor Spanje kan oplopen tot €4,6 miljard.

Het is niet waarschijnlijk dat de regering vóór de verkiezingen van 20 december het bedrijf te hulp zal snellen, en daarna is het mogelijk te laat. Dat kan rampzalig uitpakken voor de bankensector, die volgens eerder onderzoek door de European Banking Association (EBA) al tot de slechtst gekapitaliseerde van Europa behoort.

Het bedrijf heeft haar verplichtingen zo breed over de wereld verdeeld, dat het moeilijk zal blijken overeenstemming over een sanering te bereiken. Anderzijds: met 7000 werknemers in een regio die al een werkloosheidscijfer van 31% heeft (Andalusië) heeft de Spaanse reegring er alle belang bij het bedrijf in ieder geval gaande te houden. Ook met het oog op de klimaatconferentie vanaf maandag in Parijs is de ondergang van dit paradepaardje van hernieuwbare energie voor Rajoy c.s. hoogst onwenselijk.