Eenzijdige voorlichting
De Chinezen stuurden schepen naar Libië om hun landgenoten op te halen die daar werkten. Niet omdat zij door Chadaffi bedreigd werden maar zij waren uit hun kampen gevlucht voor de opstandelingen, onder wie zich nogal wat plunderaars bleken te bevinden.
Deze Chinezen wisten niet waar ze naar toe moesten. Daarover lazen we of hoorden we weinig. Het Chinese bericht was klein en stond op de binnenpagina’s van de kranten. Net als Nederlanders en andere Europeanen die de vliegvelden niet konden bereiken, leken ze meer last te hebben van de bevrijders dan van de speciale troepen van Chadaffi waar we zo veel over gelezen hebben. Hoe komt het dat we zo eenzijdig worden voorgelicht over wat er Libië en later in Egypte en Syrië gebeurde?
De progressieve media hadden een standpunt ingenomen, eigenlijk al na de eerste opstand in Tunesië. Dat standpunt luidde: we hebben hier te maken met democratische opstanden tegen onderdrukkende regimes en hier past een duidelijke keuze voor de goeden tegen de slechten.
Dat er in de Arabische landen sprake was en is van onderdrukkende regimes is waar. Maar dat de opstand een gevolg was van een verlangen van de bevolking naar vrijheid en democratie kan worden betwijfeld. Democratie in de zin van je fatsoenlijk gedragen tegen anderen, ook als je het niet met ze eens bent, is een onbekend verschijnsel in de Arabische wereld. Fatsoenlijk gedrag blijft in het Midden Oosten beperkt tot Israël. Voor Arabieren telt alleen de familie in uitgebreide zin, de clan of stam en dat is dat.
Het volk komt in opstand omdat het ontevreden is over de economische prestaties van het land en omdat er overal op de wereld steun blijkt te bestaan voor hun opstand. Dat het gepeupel van de kans gebruik maakt om brand te stichten en te plunderen zou niemand moeten verbazen, die indertijd de bevrijding van Irak op de buis heeft gezien. Toen snel erna de meerderheid van de bevolking weer de voorkeur bleek te geven aan een onderdrukkend regime boven het geweld van de straat had dat ook niemand moeten verbazen.
De regimes waarmee we te maken hadden in Libië, Tunesië en Egypte en die zonder loep niet te onderscheiden waren van de regimes in alle andere Arabische landen zijn er eigenlijk altijd al geweest. Of in elk geval de laatste acht honderd jaar. De Mamelukken en Osmanli waren geen haar beter dan Chadaffi. Moebarak was wel ongeveer het beste wat er in de Arabische wereld te vinden was. De kans dat Egypte met Morsi beter af zou zijn dan met Moebarak was nihil.
Je met moslimlanden bemoeien in de hoop daar orde en vrede te bevorderen is vergeefse moeite. Sinds de val van Bagdad in 1258 is er in geen moslimland meer een vreedzame samenleving geweest en zonder dat de islam verdwijnt zal die er ook niet komen.
Dit artikel verscheen eerder vandaag ook op het Blog van Toon Kasdorp