DE WERELD NU

Wat moet de PVV buiten het parlement?

Gistermiddag beschreef Joost Niemöller op DDS in een schets hoe de PVV eigenlijk in elkaar zit, en welk karakter er aan moet worden toegekend. Ik vond het een verhelderend stuk, maar op één punt ben ik een fundamenteel andere mening toegedaan.

Wat heeft een partij als de PVV eigenlijk buiten het parlement te zoeken? Het is een essentiële vraag, die in beginsel de afgelopen jaren wel is beantwoord, maar dat antwoord is niet als zodanig herkend.

De belangrijkste programmapunten van de PVV zijn ongetwijfeld de strijd tegen de voortgang van de islam in Nederland, de nauwelijks beheersbare immigratie, en de afkeer van de steeds nadrukkelijker gevoelde opmars van de EU afgelopen jaren. Typisch zaken die op nationaal niveau en hoger worden aangepakt. Of niet, natuurlijk. De PVV vertolkt het ongenoegen van mensen die steeds minder voeling kregen met de werkelijkheid zoals die onder de Haagse kaasstolp wordt beleefd. In de woorden van Joost:

In deze sterke woedegevoelens ligt het potentieel voor de beweging van Wilders.

Dit is precies waar het voor veel PVV-stemmers om draait: de PVV is hun uitlaatklep tegen alles dat hen verder verwijdert van alles dat hen van oorsprong zo dierbaar was aan Nederland. Een belangrijk onderdeel daarvan is de steeds minder overzichtelijke regelgeving waarin een gemiddelde burger die iets wil doen of veranderen aan zijn huis – om één voorbeeld uit vele te noemen – kansloos in verdrinkt. Hierbij gaat het vooral om zaken waarmee het Nederlandse parlement zich nauwelijks bemoeit, omdat het gaat om lokale regelgeving. Toch is dit een heel belangrijke en terechte bron van ongenoegen.

Joost besloot met:

En een partijstructuur, met allerlei lokale afdelingen, wethoudertjes en bestuurbelangetjes, dat is niet in het voordeel van Wilders, en ook niet in het voordeel van het land.

Op dit punt verschillen wij van mening. Niet dat ik uitzie naar een roedel PVV-wethouders die op allerlei puntjes hun eigen gevechten aangaan langs de lijnen die de parlementaire PVV zo nadrukkelijk over het voetlicht brengt. Dat is de traditionele PvdA/GL-aanpak, en daar moet de PVV inderdaad verre van blijven. Echter, de PVV in de Staten van Gelderland heeft in de affaire-Verdaas laten zien hoe het óók kan. In principe is de functie van gemeenteraads- of Statenlid er een van controleur namens het electoraat. Dat die functie door de gevestigde regentenpartijen door verwevenheid en verstrengeling met het gezag is uitgehold, betekent niet dat er geen behoefte aan is. Integendeel.

Waar de PVV naar toe moet is naar vertegenwoordiging in vooral de grotere gemeenten. Gemeenten, waar de ambtelijke staf tezamen met de wethouders, onder de vlijtige leiding van via het old-boys-circuit van de regentenpartijen benoemde burgemeesters, in een eigen werkelijkheid leeft. Daar gebeurt veel te veel dat het daglicht nauwelijks verdragen kan. Daar is grote behoefte aan mensen met weinig ambitie richting het pluche, maar des te meer gericht op een beter functionerende lokale overheid.

Een overheid ook, die nu maar zelden echt het eerlijke verhaal vertelt, en vaak weinig meer lijkt te zijn dan een opstapje voor de verdere carrière. En dan laat ik de mensen die de juiste carrière-voortzetting hebben gemist, en zich nu bezighouden met wat wordt genoemd de welig tierende ‘kleine corruptie’, eigenlijk volkomen onterecht buiten beschouwing.

Waar de mensen – die namens de PVV de gemeenteraden in gaan – zich in geen geval mee bezig zouden mogen houden, zijn de punten die de PVV in het parlement aansnijdt. Geen raadsleden of wethouders die een lokale eigen anti-islam-agenda proberen aan de orde te stellen. Geen traineren van moskeebouwvergunningen omdat het een moskee betreft. Puur en alleen aandacht besteden aan de zuiverheid van het openbaar bestuur, en hoe dat de burger raakt. De aanpak van een wereldpolitiek vanuit de gemeenteraad, die het progressieve voetvolk zo graag voert omdat het hen zo’n goed gevoel geeft, moet ten koste van alles worden vermeden.

We zijn het een beetje verleerd in Nederland, maar elk bestuursniveau heeft zo zijn eigen punten waarop zij competenties heeft. Dat de gemeente Amsterdam poogt een eigen buitenlandse politiek te voeren, zou eerder reden voor meewarigheid moeten zijn, dan dat zij terechte woede oproept. Het zijn dit soort zaken die uiterst belangrijk zijn voor het rechtvaardigheidsgevoel van het Nederlandse electoraat, en ze kunnen alleen effectief worden aangepakt via de juiste gremia. Tegelijkertijd dient de PVV in de Tweede Kamer ook meer aandacht te gaan besteden aan de manier waarop bestuurscompetenties verknoopt zijn geraakt onder druk van profileringsgeile progressieve wethouders met carrièredrang.

Dát is het belang van PVV’ers in gemeenteraden, en dat is waarom ik vind dat er bij de komende gemeenteraadsverkiezingen grote behoefte is aan meer mensen die kandidaat willen zijn. Snijd de binding met de landelijke fractie op punten van landelijk belang volledig door. Niet alleen zal dat de kans op de bekende verdachtmakingen richting mensen met hart voor de goede zaak verminderen, en het daardoor makkelijker maken goede mensen te vinden. Maar ook is het hoogstnoodzakelijk de politieke maffia die nu in de gemeenten vrijwel ongestoord haar gang kan gaan het gras voor de voeten weg te maaien, en te zorgen dat dit voortwoekerend onkruid in toom gehouden wordt.

Er is grote behoefte aan.

 

 

Eerder verschenen op Dagelijkse Standaard.