DE WERELD NU

Valse moraal

vrijheid, Corona, sadistisch universum, regering van Nederland, leugenpremier, mensenrechten

De valse moraal van ‘links’ stuit Caroline Vonhoff al sinds jaar en dag tegen de borst. En dat kan ze uitleggen ook.

In het politieke debat voert ‘links’ moreel de boventoon. Als we het al eens hebben over een kleinere staat of vermindering van de waanzinnige belastingdruk, dan komen al snel de ‘zwakkeren’ boven tafel als reden voor alle interventie. En voor je het weet ben je als tegenstander een immorele egoïst, die slechts voor zichzelf leeft en niets over heeft voor een ander. Althans, veel minder dan mensen die zich ‘links’ noemen, ook als van die mensen vaststaat dat hun roep om ‘eerlijkheid’ niets anders is dan een oproep aan jou, om hen alles te verschaffen wat ze willen hebben, maar dat ze zelf niet kunnen of willen verdienen. De ‘zwakkeren’ zijn niet meer dan het breekijzer dat de ‘eerlijkheidsroepers’ gebruiken om jouw portemonnee leeg te schudden en de inhoud ervan in de eigen zakken te schuiven.

‘There is a lot of money of money to be made of the poor’. Schoten de ‘poor’ daar ook maar iets mee op, zij zouden natuurlijk al lang niet ‘arm’ meer zijn, maar dat lot is alleen de roepers om eerlijkheid beschoren.

Dat ‘links’ de morele opperhand in het debat lijkt te hebben, is een gevolg van het feit dat we allemaal van jongs af aan geleerd hebben dat het in het leven niet alleen om jezelf draait, maar dat anderen het recht hebben op alles wat je met je leven doet, een perversie van het feit dat de mens van nature een sociaal wezen is. Als een mens iets presteert, is het niet omdat die dat gedaan heeft, maar omdat er ‘externe omstandigheden’ zijn die maakte dat hij, zonder enige redelijke rechtvaardiging daarvoor, zomaar ‘sterke schouders’ heeft gekregen. Kortom, hij heeft een verplichting jegens ‘de externe omstandigheden’ waardoor die schouders opeens en zonder enige inspanning van de drager, sterk werden.

Wat die externe omstandigheden zijn, dat verschilt naar gelang de tijd waarin en het collectivistisch systeem waaronder je leeft. God is dood, leven het socialisme, leve de democratie! Het principe van die leren is echter hetzelfde: de mens is in zichzelf niets, de mens heeft geen waarde en kan alleen iets proberen te worden door zijn leven in dienst te stellen van anderen. De mens deugt niet, en mag zijn leven dan ook niet leven zoals hij het zelf wil.

Om boete te doen voor zijn bestaan, moet de mens zijn leven niet zelf leven, maar ten dienste van god, allah, of een ander door mensen bedacht hoger iets, collectief. Dat betekende onder het christendom: ervoor zorgen dat het de zelfverklaarde gezanten van god, het aan niets ontbreekt of wereldlijk gebied; respect en geld in overvloed dus, en een paleis om in te wonen, want minder zou een belediging van het opperwezen zijn. Onder het socialisme betekent het dat je de vertegenwoordigers van de staat (‘de armen’, ‘de naasten’) respect betoont, hun bestaan legitimeert (stemmen), en hun diefstal en plundering tegen je eigen beter weten in, probeert te rechtvaardigen. Je wilt toch niet a-sociaal zijn, niet?

Het behoeft geen betoog dat het de mensen zijn die zelf de moeite niet (willen) nemen om te ‘scheppen’ en te ‘produceren’ , die het meest belang hebben bij de waan dat de mens er is om zijn leven voor anderen te leven, en niet naar eigen inzicht. Dat de mens als mens niets waard is, en zijn leven alleen belang heeft als onderdeel van een collectief.

Zo opgeschreven, valt de immoraliteit van collectivistische ideeën direct op: het zijn niet meer dan sprookjes, verzonnen om een onbeheerste aanslag te kunnen doen op de talenten en inspanningen, en daarmee op het leven, van anderen.

Dat alles betekent niet dat iemand zoals ik, avers van collectivisme, niet zoiets kent als solidariteit of het liefhebben van naasten. Ik meen echter dat het aan mij, en aan niemand anders, is te bepalen met wie ik solidair ben (dat is in grote lijnen: degene die dat ook met mij is) en wie ik liefheb, wie de naasten zijn. Voor het liefhebben van vijanden, moet je ook al niet bij mij zijn, want als je die liefhebt bij wijze van gebod, dan is liefhebben niets meer waard. En mijn naasten, dat zijn toch echt alleen degenen die ik als zodanig aanmerk, en niet dus de hele mensheid (waarvan ik ook nog eens het overgrote deel niet ken).

Maar die simpele inzichten, die zijn geperverteerd door de collectivisten, zo erg dat ze nauwelijks nog gedacht worden als de voor de hand liggende waarheid die ze zijn.

Omdat het breekijzer wat bot raakte, de armen raakten op in Nederland, hebben de collectivisten niet alleen de halve wereld hierheen gehaald om hun voortgaande roof te kunnen blijven rechtvaardigen, maar de rest ervan tot onderwerp van onze solidariteit en het ons aangeprate schuldgevoel te maken. We kunnen in het collectivistisch wereldbeeld alleen deugen als radertje, niet als mens. We moeten werken en leven om anderen de maag met cake te vullen, een cake die in de eigen maag gezien moet worden als een volslagen bewijs van egoïsme.

Het klopt niet, dat wereldbeeld’. Vandaar ook dat het geven van de door jou gemaakte cake aan een ander in wetgeving is gegoten. De ander heeft niet zo niet gewoon zin in de door jou gebakken cake, maar een recht erop. En iemand zijn rechten ontzeggen, dat wil een mens dat voor fatsoenlijk wil doorgaan natuurlijk niet. Ziedaar de door de collectivisten uitgehaalde truc om mensen die er anders over denken in de moreel laakbare hoek te zetten. De morele overhand die de collectivisten claimen, berust op niets anders dan een scherpzinnige manier om de eigen roof en het leven op en ten koste van het leven van anderen, te rechtvaardigen. Ze hebben het handig gedaan, en het vergt enig denken om de oneerlijkheid van hun propositie in te zien, maar kijk je eenmaal echt, dan zie je dat hun denken een hypocriete manier is om toch nog slaven te kunnen houden. Wel slaven hebben, maar doen of dat niet zo is, ik kan er geen morele hoogstaandheid in zien.

Ik wil vrijheid voor mezelf, en daarom ook voor alle anderen, want dat zijn in aanleg net zulke mensen als ik (maar dan anders, uiteraard). En ook, omdat als anderen niet vrij zijn maar gevangen in collectivistische drogredenen, ze ook mijn vrijheid, mijn leven, zullen aantasten. En zeg niet dat dat niet het geval is, want het leven -ook in Nederland- leert dat dat de praktijk is.

En als er dan toch in morele termen en begrippen gesproken moet worden, laat dan geboekstaafd zijn dat de morele overwinning toekomt aan de mensen die zichzelf en anderen als complete wezens zien met een zelfstandige waarde, en niet als radertje
slechts als een radertje ten behoeve van een valselijk als collectief geduid eigenbelang.

John Galt roept eigenlijk: ‘Onderdrukten aller landen, verenigt u, gij hebt niets dan uw ketenen te verliezen, en uw vrijheid te winnen’.

Dat klinkt natuurlijk nogal marxistisch, maar als je eenmaal gaat inzien wie er werkelijk onderdrukt worden, dan is het zo gek nog niet.


Dit artikel verscheen eerder op 2 maart 2011 op Artikel7.nu

2 reacties

  1. LT schreef:

    Echte wijsheid, wasdom en vrijheid ligt voor het grijpen, maar slechts weinigen begrijpen en bereiken het.
    Met dit artikel laat jij, Caroline, zien dit wel begrepen en bereikt te hebben.

  2. Cool Pete schreef:

    ‘Links’ = luiheid + schijnheiligheid. Bouwt niets op. Gelijk-schakeling leidt tot afbraak.

    Wat niet wegneemt, dat ‘rechts’ nogal eens, niet genoeg z’n best doet.