Michel Houellebecq – In aanwezigheid van Schopenhauer
Er zijn weinig schrijvers die hogere verwachtingen wekken dan Michel Houellebecq. Dat heeft alles te maken met zijn pessimistische levensvisie en zijn hevige gebruik van drank en sigaretten.
Het ligt in de lijn der verwachtingen dat Houellebecq plots komt te overlijden, dankzij zelfmoord, longkanker of acuut leverfalen. Maar om de zoveel jaar blijkt gelukkig dat hij én nog leeft, én nog op hoog niveau kan vertellen. Omdat zijn levenseinde om de hoek staat, leidt de aankondiging van een nieuwe publicatie bij Houellebecq-volgers immer tot euforie en in hoofdletters geschreven onderlinge communicatie.
De aankondiging van de recentste Nederlandse publicatie van Houellebecq, In aanwezigheid van Schopenhauer (Arbeiderspers 2018, vertaald en ingeleid door Martin de Haan), werd al snel door drie kleine teleurstellingen gevolgd. De eerste toen bekend werd dat het boekje minder dan 100 pagina’s heeft, de tweede toen bekend werd dat het werkje ook een essay van de vertaler bevat, en de derde toen bekend werd dat het om oud materiaal gaat.
Kleine teleurstellingen
Dat zijn alle drie nadrukkelijk kleine teleurstellingen. Ten eerste zijn 100 pagina’s Houellebecq meer dan elk lager aantal pagina’s tekst van Houellebecq en al helemaal meer dan géén nieuwe pagina’s Houellebecq. Ten tweede kan De Haan uitstekend schrijven. Hij heeft Houellebecq meerdere malen geïnterviewd en ál zijn boeken vertaald, wat geen enkele andere vertaler hem kan nazeggen. Alles wat hij over Houellebecq schrijft is voor elke liefhebber verplichte kost (lees dus zeker zijn essaybundel Aan de rand van de wereld: Michel Houellebecq uit 2015, dat tegelijk met Onderworpen verscheen). Gelukkig zijn liefhebbers allesbehalve dom en snappen ze best dat dat essay hierin is opgenomen omdat het boek anders onpubliceerbaar kort zou zijn geweest, wat bewaarheid bleek toen de inhoudsopgave bekend werd (het boek bestaat uit 23 pagina’s De Haan en 64 pagina’s tekst van de meester zelf). De derde teleurstelling was slechts een kleine teleurstelling omdat oud materiaal dat nu pas wordt gepubliceerd meer materiaal is dan geen oud materiaal dat nu pas wordt gepubliceerd.
De Haan maakte onlangs op Twitter het terechte punt dat vertalen een secuur werkje is dat stelselmatig wordt onderbetaald omdat vertaalde boeken anders te duur worden. Los van de vraag naar deze vermeende onterechte aansluiting van vraag en aanbod (kan de markt het ‘fout’ hebben?) is de eerste ingeving dat elke nieuw boek van Houellebecq ongeacht de prijs sowieso door de liefhebbers wordt aangeschaft. Toch is €15 voor krap 100 pagina’s paperback een pittige prijs-dikte verhouding.
Vormgeving
Helaas besloot de Arbeiderspers in 2011 om totaal onbegrijpelijke redenen om met de vormgeving van De kaart en het gebied, dat een rode stoffen rug met kleine witte tekst kreeg, te breken met de zeven eerder verschenen publicaties die een prachtige zwarte stoffen rug met grote zilveren tekst hadden. Waarschijnlijk omdat het hek daarmee toch al van de dam was, besloten ze het in 2015 verschenen Onderworpen nóg stijlbreukeriger met een beige stofomslag uit te rusten. Deze trend zet zich helaas voort in deze piepklein uitgegeven grijze paperback. Ter vergelijking: Lanzarote uit 2001 had maar 88 pagina’s en is toentertijd geheel in lijn met de andere delen prachtig vormgegeven. Los van deze inconsequente wanstaltigheid, is het een perfect in de borstzak passende paperback geworden. Wie het kleine niet eert…
Onaangename verrassing
“Ah, wat een leuke verrassing,” is de eerste gedachte nadat de ogen in de inhoudsopgave registreren dat het boekje naast de essays van De Haan en Houellebecq ook een beknopte biografie bevat! Terstond bladert de liefhebber naar pagina 95 om daar helaas een beknopte bibliografie aan te treffen
Dit misschien even aanpassen voor de 2e druk 🙂 @arbeiderspers pic.twitter.com/lmYeXJWN2L
— Mattijs Glas (@MattijsGlas) August 28, 2018
Pakkend noch interessant
Het essay van De Haan is bevlogen geschreven, helder, grappig en bevat leuke anekdotes. Daarna wordt het snel minder. Wat Houellebecq als geen ander kan, is filosofische en maatschappelijke thema’s mengen en in literatuur omzetten. Het droogjes becommentariëren van filosofische passages is toch iets heel anders en hij is er beduidend minder goed in, eigenlijk slecht. Let wel: Houellebecq kan prima essayeren, zoals we in diverse stukken in De Koude Revolutie (2004) hebben gezien. Dit is helaas geen essay maar een onaf boek, zoals we op de een-na-laatste pagina van de overigens leuke inleiding kunnen constateren. Daar heeft Houellebecq het namelijk over ‘dit boek.’ Hij maakt daarna nog enkele interessante opmerkingen, bijvoorbeeld dat Schopenhauer’s filosofie begint waar die van Wittgenstein (die overigens ook flink van Schopenhauer was gecharmeerd) eindigt, maar zijn woorden weigeren te inspireren of te confronteren, interessant of pakkend wordt het nergens.
Dit is dus een boekje louter om de verzameling mee te completeren. Het essay van De Haan en Houellebecq’s beschrijving van zijn ontdekking van Schopenhauer in zijn inleiding zijn de twee enige stukken die beklijven.
Laten we hopen dat Houellebecq het voortaan bij essays en romans houdt, en natuurlijk dat er überhaupt nog iets van zijn hand verschijnt.
Michel Houellebecq – In aanwezigheid van Schopenhauer
- Uitgever: De Arbeiderspers
- 1e druk
- ISBN – 9789029525619
- augustus 2018
- Paperback
- 96 pagina’s
- €15,–
- E-boek €8,99
- ook 2e-hands beschikbaar
- Bestellen kan hier