Salafisme verbieden?
Het kan vreemd lopen bij de kuiperijen tussen gelovige scherpslijpers. Nu wil Ahmed Marcouch het salafisme verbieden.
Want laten we hier geen misverstand over laten bestaan: Ahmed Marcouch heeft ondanks zijn schaapachtig lachen en vriendelijke manieren wel degelijk een islamitische agenda. Dat is wel gebleken toen hij stadsdeelvoorzitter was in Amsterdam-West, waar zijn oplossing voor alle problemen immer was, een islamitisch gerelateerde constructie te bedenken. Tot op de dag van vandaag zie je dat dat zijn doel en manier van werken is. Het podium veranderde, de man bleef hetzelfde.
Dat was dan ook een van de eerste dingen die me opviel aan het betoog om het salafisme te verbieden, omdat het een politieke ideologie zou zijn. Een retorische klassieker, en bij Elsevier trapte men er in. Want de islam is een politieke ideologie, al heeft zij zich uitstekend gecamoufleerd als godsdienst. Zo ongeveer op dezelfde wijze als het postmoderne progressivisme een geloof is, dat zich vermomde als ideologie. De ware gelovigen snappen dat, en de rest hobbelt er content achteraan. Content, omdat er voor hen wordt gedacht. Dat zelfstandig denken kost namelijk gemeenlijk enorme hoofdbrekens.
Dat dan juist de PvdA weer komt met het voorstel voor een verbod is karakteristiek voor de denkwijze bij deze partij. Wat niet bevalt moet je verbieden – de uitwerking is een kwestie die ambtenaren maar moeten oplossen. Maar daar zit de kern van het toekomstig probleem van deze oplossing: netzomin als je postmodern progressivisme verbieden kunt, omdat niemand er keihard op kan worden vastgepind, kun je dat met salafisme.
Salafisme willen verbieden is een opmaat tot een definitie-oorlog tussen politieke stromingen die in grote lijnen de ballen verstand hebben van de kwestie. Met uitzondering van de PVV, waarvan ik toevallig weet dat de vertegenwoordigende leden vrij kort na hun aantreden worden onderwezen in de ins en outs van deze zaak als onderdeel van hun politieke make-up. En zoals bekend willen politici niets weten van wat de PVV op dit onderwerp te melden heeft, ook (en soms vooral) niet als men kennis van zaken etaleert die niet lekker ligt bij het duttend deel der natie (=2e Kamer).
Een verbod op het salafisme kan daarom nergens toe leiden dan een hoop tweespalt en politieke verwarring. Bovendien is het een non-discussie, want als men zich plotsklaps fundamentalist zou noemen, mag het volgens de methode-Marcouch ineens wel. Alsof de verschillen tussen salafisme, fundamentalisme en de leerselen van de Moslimbroederschap meer verschillen dan een enkele punt of komma. Hetgeen Marcouch als erkend fundamentalist maar al te goed weet.
De enige reden waarom hierover nu gesproken wordt, is omdat het salafisme als term in de mode is gekomen. En sinds het herkend wordt als onderdeel van de achtergrond van IS, kun je dat dan maar beter verbieden, lijkt men te denken. Dan heeft men er in ieder geval optisch iets aan gedaan. Zoiets heette altijd symboolpolitiek, maar dat dat woord uit de mode raakte sinds de EU ons regeert is niet heel vreemd. Enfin, het is een totaal zinloze exercitie dus.
Waar het me altijd weer aan denken doet, is die anekdote van een wetenschapper die vijftig jaar besteedde aan de bewijsvoering dat de Ilias niet werd geschreven door Homerus, maar door een andere Griek, die net zó heette.
Als je het probleem van het islamitisch fundamentalisme en haar directe gevolgen serieus bestrijden wilt, zul je uit een ander vaatje moeten tappen. Maar aangezien zelfs een gedachte in die richting door onze moderne politici als een ongewenste stap wordt beschouwd, hoeven we hiervan geen heil te verwachten. Laten we het dan in ’s hemelsnaam liever hebben over vierkante komkommers, en de voordelen daarvan.