DE WERELD NU

Taboes

taboes

Mag dat of gaat het in tegen de vrijheid van meningsuiting wanneer iemand een discussie vermijdt, enkel om de reden dat die ‘onprettig’ is of in strijd met de goede smaak?

Ik vind dat niemand zich verplicht hoeft te voelen aan een discussie mee te doen als hij of zij het onderwerp als onaangenaam ervaart. Ik beschouw dat niet als in strijd met de vrijheid van meningsuiting of als anderszins onbehoorlijk. Dat wordt het pas als je ook anderen zou willen verbieden mee te doen. Ik het aan de andere kant wel betreuren als iedereen van discussies zou afzien met het argument dat hij er nu eenmaal geen zin in heeft.

Neem een onderwerp dat een paar maal aan de orde is geweest de laatste jaren en dat relevant is voor de overlevenden van vliegrampen in de jungle. Het was al veel langer relevant voor schipbreukelingen. Is het onder zulke omstandigheden geoorloofd om mensenvlees te eten? Ik meen dat dit geoorloofd is als dat zonder het plegen van een misdrijf kan en er geen alternatieven zijn om in leven te blijven. De praktijk leert dat de betrokken overlevenden zeggen dat zij deze opvatting delen, al zullen zij er zich mogelijk niet altijd strikt aan de genoemde beperking gehouden hebben.

Ik kan me goed voorstellen dat iemand zich bij een dergelijke discussie afzijdig houdt. Wat ik me niet kan voorstellen is dat iemand die er zich overigens op beroept een rationeel mens te zijn kan ontkennen dat zij voor dit standpunt kiest omdat het een taboe onderwerp betreft. Wat is taboe anders dan dat men zich van een onderwerp afzijdig houdt omdat het strijdig is met de goede smaak, of de goede zeden? De weerzin om dat toe te geven moet zijn gelegen in de moderne gedachte dat er geen taboe’s horen te zijn en dat het op een paradoxale manier taboe is om te erkennen dat taboegedrag hoort tot de condition humaine. Ik doel hier op Marjolijn, tegenwoordig Maxime Februari, filosofe en stukjesschrijfster, voor wie ik verder nogal respect had.

De discussie ging in dit geval niet over kannibalisme, maar over de herinvoering van de doodstraf. Patrick van Schie heeft een tijd geleden een poging gedaan in het Liberaal Reveil van de Teldersstichting om de discussie over de doodstraf aan te zwengelen en kreeg toen de goegemeente over zich heen, inclusief zijn eigen partij.

De discussie over herinvoering van de doodstraf maakte onderdeel uit van een andere discussie, namelijk de gebleken onmacht van ons justitiële systeem om de stijgende criminaliteit in de samenleving binnen redelijke proporties te houden. De achterliggende gedachte is dat alleen de doodstraf voldoende normstellend is om een overigens goed gesocialiseerde draaideurcrimineel te weerhouden van een gemakkelijke manier om aan zijn geld te komen. Dat komt onder meer omdat dezelfde mensenrechtentheorieën die de doodstraf verbieden ook de inrichting van strafgevangenissen niet onaangenaam genoeg maken om geharde criminelen af te schrikken. Die wegen de straf en de pakkans af tegen de opbrengst van hun manier van leven en lachen om de humanistische zielzorgers van de reclassering.

Iedereen weet dat er malicieuze leden van de samenleving zijn die door niets worden weerhouden bij het plegen van de meest gruwelijke misdrijven, ook niet door de doodstraf. Dat blijkt uit een reeks Amerikaanse onderzoeken. Maar in Amerika staat op draaideurcriminaliteit helemaal geen doodstraf. De doodstraf is daar gericht tegen het soort misdrijven dat het meeste gepleegd wordt door mensen aan wie een steekje los is. Bovendien brengt het felle verzet van democratische zijde tegen de doodstraf mee dat veroordeelden soms tien jaar en langer in de dodencel moeten doorbrengen. Dat ondergraaft de afschrikwekkende werking van de straf behoorlijk. Iedere criminoloog kan U vertellen dat het de pakkans zijn en de snelheid waarmee een straf volgt op het misdrijf die de effectiviteit ervan bepalen. Die Amerikaanse statistieken zeggen dus niet zo veel.

Ik vond dat Van Schie gelijk had met het onderwerp aan de orde te stellen en de goegemeente ongelijk door zo over hem heen te vallen. De samenleving kan zich geen blijvend groeiende criminaliteit veroorloven als middel voor substantiële delen ervan om in het eigen levensonderhoud te voorzien. Als de doodstraf een effectief middel zou kunnen zijn, dan hoort zij besproken te worden. Al was het alleen maar omdat anders Wilders of – als die vermoord wordt – zijn nog veel rechtsere opvolger – de doodstraf invoert zonder dat men gediscussieerd heeft over de mogelijke ernstige gevolgen die dat hebben kan. Het argument dat dit niet kan omdat het in strijd met de grondwet en de verdragen is, gaat uit van de onjuiste gedachte dat wetten en verdragen voor de eeuwigheid zijn. We hebben in de twintigste eeuw wel anders geleerd.

Dat de herinvoering van de doodstraf ongewenste gevolgen zal hebben denk ik overigens zelf wel. Op heel andere terreinen dan het gedrag van tasjesrovers en inbrekers, dat wel. Het is niet voor niets dat de integriteit van het menselijk leven de hoogste waarde is binnen onze samenleving. Die waarde speelt een rol in alle mogelijke manieren waarop mensen met elkaar omgaan. Afbreuk doen aan dat beginsel brengt ons naar alle waarschijnlijkheid naar een ander en minder aangenaam soort samenleving. Dat taboe is er dus niet voor niets. Aan de andere kant kan een samenleving zich niet veroorloven dat maar een deel van de bevolking geweld afzweert als middel om conflicten op te lossen of om zich zelf van een boterham of van een scooter te voorzien. Als de overheid dat geweld van een minderheid niet effectief bestrijdt dan zal de meerderheid het op den duur zelf gaan doen. Dan hebben we ook een andere samenleving en ook een die we niet willen. Het gaat bij de discussie Van Schie dus om het kiezen voor het minste kwaad. Dat is lastig maar het moet wel. Waarmee overigens niet gezegd is dat de herinvoering het minste kwaad is, maar wel dat een discussie over het onderwerp nodig blijkt.

Toen Prometheus de mensen het vuur had gebracht werd hij voor straf door de goden aan de hoogste berg van de Kaukasus vast geklonken waar een adelaar zich iedere dag te goed deed aan zijn lever. De nacht erna kreeg die lever weer de gelegenheid om aan te groeien. Dat is nog een graadje erger dan de doodstraf. Waarom kunnen ethici dat onderwerp zonder bezwaar bediscussiëren en de doodstraf niet? Omdat het abstract is en niets met de eigen samenleving van doen heeft. Waarom weigert men een metajuridisch vraagstuk te bediscussiëren met het argument dat het niet in ons rechtssysteem past? Omdat men de grondslagen van onze samenleving niet ter discussie wil stellen ook als duidelijk is dat die samenleving hoe dan ook niet ongewijzigd door kan gaan. Men gebruikt dan wel het argument dat een dergelijke discussie niet vrijblijvend is, dat het discussiëren zelf het onaangename onderwerp bespreekbaarder maakt en dus de invoering dichterbij brengt, maar dat argument tast wel degelijk de vrijheid van meningsuiting aan.

Aan het begin van de negentiende eeuw leefden er een paar honderd miljoen mensen op de wereld. Nu, twee eeuwen later, zijn het er zeven miljard, meer dan tien keer zo veel en zullen het er nog deze eeuw vijftien miljard worden en dat is twintig keer zo veel. Dat is het gevolg van de Kantiaanse wereldbeschouwing met haar democratie en mensenrechten en die wereldbeschouwing is de meest nabije oorzaak van alle grote problemen waar we nu mee zitten. Klimaatswijziging, milieuverontreiniging, armoede in de ontwikkelingslanden, uitputting van energie en grondstoffen, etnische oorlogen, immigratiestromen, noem maar op. De humanistische levensbeschouwing gaat niet aan haar tekorten maar aan haar succes ten onder, zo lijkt het in elk geval op dit moment.

Werd het acute probleem van de wereldoverbevolking in Kyoto besproken, of in Johannesburg, in Rio of in Kopenhagen? Nee, het staat op geen enkele agenda van het soort mammoetconferenties waarin we tegenwoordig grossieren. Dat is om dezelfde reden waarom men Van Schie niet aan het woord wilde laten en men van de hele commotie nu niets meer terug vindt in de archieven van de Teldersstichting. We zijn struisvogels met zijn allen en steken collectief de koppen in het zand.


Dit essay verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp

1 reactie

  1. Ron schreef:

    ?…Aan het begin van de negentiende eeuw leefden er een paar honderd miljoen mensen op de wereld. Nu, twee eeuwen later, zijn het er zeven miljard, meer dan tien keer zo veel en zullen het er nog deze eeuw vijftien miljard worden en dat is twintig keer zo veel. Dat is het gevolg van de Kantiaanse wereldbeschouwing met haar democratie en mensenrechten en die wereldbeschouwing is de meest nabije oorzaak van alle grote problemen waar we nu mee zitten. Klimaatswijziging, milieuverontreiniging, armoede in de ontwikkelingslanden, uitputting van energie en grondstoffen, etnische oorlogen, immigratiestromen, noem maar op.

    Over het schaakbord bestaat een beroemde legende. Naar verluidt vond een wijze uit India ongeveer 1500 jaar geleden het schaakspel uit. Hij leerde de koning het spel. Deze was zo enthousiast over het spel dat hij besloot dat het als voorbeeld voor het hele volk moest dienen: het schaakspel had hem geleerd dat de boeren (pionnen) en de adel (de stukken) als een eenheid moesten samenwerken.

    De koning beloofde de man een beloning die hij zelf mocht uitkiezen. Deze vroeg de koning om 1 rijstkorrel (of graankorrel) op het eerste veld van het schaakveld, 2 korrels op het tweede veld, 4 korrels op het derde, 8 korrels op het vierde enz. Op ieder veld dus steeds het dubbele aantal rijstkorrels van het vorige veld, totdat alle velden gevuld waren.

    Aanvankelijk was de koning beledigd door de bescheiden vergoeding die er van hem gevraagd werd, maar dat verdween snel toen de rekenmeesters aan het hof hadden uitgerekend om hoeveel rijstkorrels het ging: in totaal zouden er meer dan 18 triljoen (een getal van 20 cijfers) rijstkorrels op het schaakbord gelegd moeten worden: vele malen meer dan de hele wereldproductie bij elkaar.