Zambia, Kaunda, Afrika
Kenneth David Kaunda is geboren in Chinsali op 28 april 1924. Hij was de zoon van een zendeling en werd de eerste Afrikaanse staatsman van betekenis.
Hij heeft een opleiding gevolgd aan de kweekschool en is een tijd lang onderwijzer geweest. In 1953 werd hij secretaris-generaal van het ANC, het African National Congress voor Noord-Rhodesië, het land dat nu Zambia heet. In 1959 verliet hij het ANC en richtte het Zambiaanse Afrikaanse Nationale Congress (ZANC) op. Dat werd echter na korte tijd verboden en Kaunda kwam in de gevangenis terecht.
Tijdens zijn gevangenschap richtten zijn aanhangers de Verenigde Nationale Onafhankelijkheidspartij (de United National Independence Party) , of UNIP op. Toen hij weer werd vrijgelaten werd de UNIP onder zijn voorzitterschap een massabeweging.
In 1961 viel het oude Rhodesië uiteen. Dat heette op dat moment de federatie van Noord- en Zuid-Rhodesië en Nyasaland. De drie delen gingen hun eigen weg, Noord Rhodesië als Zambia en Nyasaland als Malawi. Zuid Rhodesië bleef een tijdlang onder blank bestuur tot het door de grote mogendheden gedwongen werd de macht over te dragen aan de zwarte bevolking. Sindsdien heet het Zimbabwe.
De UNIP van Kaunda werd bij de verkiezingen van januari 1964 de grootste partij. Op 22 januari 1964 verkreeg Noord-Rhodesië officieel zelfbestuur en werd Kaunda de premier. Een half jaar later in oktober 1964 werd Noord-Rhodesië onder de naam Zambia een onafhankelijke republiek. Kaunda werd president en een tijdlang minister van defensie.
In 1972 fuseerden de UNIP en het ANC onder de naam UNIP en werd dit enige erkende politieke partij in Zambia. Kaunda ging voor het zogenaamde Zambiaans humanisme. Dat humanisme was gebaseerd op een soort Afrikaans socialisme, op Afrikaanse tradities en op het christendom. In 1973 en in 1988 werd Kaunda als president herkozen.
Kaunda had als Zambiaans president groot internationaal aanzien. Vooral zijn beleid van geweldloosheid en non-racialiteit genoot bijval. Maar economisch was zijn beleid geen groot succes. Vanaf het einde van de jaren zeventig nam het ongenoegen in het land daarover toe en Kaunda kreeg de schuld in zijn schoenen geschoven.
In 1991 voerde het parlement een wet door die het vormen van partijen naast de UNIP toestond. Bij de verkiezingen van 1992 werd toen Frederick Chiluba van de Beweging voor Meer Partijen Democratie (Movement for Multiparty Democracy of MMD) tot president gekozen. Als persoon was Chiluba veel minder geliefd dan Kaunda. Aanhangers van Kaunda, waaronder Kaunda junior, waren in 1993 betrokken bij een mislukte staatsgreep tegen Chiluba.
Bij de presidentsverkiezingen van 1996 mocht Kaunda niet mee doen, omdat de nieuwe grondwet maar twee termijnen toestond voor een president. Ik denk dat het voor Zambia beter zou zijn geweest als het de westerse democratie had gelaten voor wat het was en gekozen had voor een staatsvorm die wat beter past bij de Afrikaanse tradities. Maar dan gebaseerd op een christelijke ethiek. Kaunda paste daar uitstekend in en misschien had hij op den duur dan betere economische adviseurs kunnen aantrekken die de potenties van het land hadden kunnen ontwikkelen. Onder Chiluba is het teruggekeerd naar een soort Afrikaans gemiddelde en dat is, zoals bekend, niet best.
Dit artikel over Kaunda verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp.
Meer van Toon Kasdorp vindt u hier.