Traagheid is een rechtsgebrek
In oktober 2011 was er een partijcongres van het CDA, onder andere over de kwestie Mauro.
Het Nederlandse journaille keek er met grote belangstelling naar uit. Het congres zou zo maar de basis onder het kabinet Rutte I vandaan kunnen halen. Dan kwamen er nieuwe verkiezingen en het was niet ondenkbaar dat het CDA dan als eerste van de voormalige grote partijen van het toneel zou verdwijnen. Dat zou de PvdA even uit de wind houden en dat leek hard nodig.
Willem Aantjes, die ooit door Lou de Jong eigenhandig uit de politiek werd verwijderd, kreeg in de Volkskrant de gelegenheid zich daarover te uiten. Hij bleek een voorstander van een CDA-suïcide.
Wie in die dagen CDA leden aan het woord zag verwonderde zich over twee dingen: hoe kan de NOS als nationale omroep zulke vileine keuzes maken en hoe kunnen CDA-leden zo perfect hun eigen afgang in scène zetten. Het was fascinerende TV, dat wel.
Ulli d’Oliveira, een van de betere juristen van mijn generatie, zette in dezelfde Volkskrant uiteen dat de minister de juridische middelen had gehad als hij dat gewild had om de jongen zijn verblijfsvergunning te geven, maar dat hij die niet heeft willen gebruiken. Er is, zoals U weet een rechtszaak over geweest en de Raad van State heeft marginaal toetsend gezegd dat de minister dat in redelijkheid kon weigeren. Dat hield volgens d’Oliveira in, dat hij in redelijkheid ook anders had kunnen beslissen, te weten de vergunning wel geven.
Hij zag zelf wel meteen de angel onder het gras, dat een dergelijke positieve beslissing precedentwerking zou hebben gehad; maar, zei hij, het gaat daarbij maar om een handvol gevallen, dus dat is zo erg niet.
Juridisch klopt dit wel, maar juridisch is niet politiek. Met de hand over het hard strijken in een kassian geval wordt al vlug strijken in alle kassian gevallen en voor je het weet is er weer een generaal pardon aan de orde, net als een aantal jaren eerder. Dat zoiets aanzuigende werking heeft staat intussen wel vast. Het was in elk geval lijnrecht in strijd met de positie die dat kabinet ten aanzien van de immigratieproblematiek had ingenomen en dat was geen onredelijke positie. Het was onwaarschijnlijk dat het kabinet daar van af wilde wijken ook al zou minister Leers dat persoonlijk wel hebben gewild. Wat het CDA ook op haar congres ook had besloten, het ging dus toch niet gebeuren.
Men had eigenlijk moeten hopen voor het CDA – als men tenminste iets met die partij heeft – dat op het congres iemand het echte probleem aan de orde had gesteld, namelijk dat wij een rechtssysteem hebben dat mensen tien jaar in onzekerheid kan laten over de vraag of ze wel of niet in Nederland mogen blijven. Ook als van te voren vast staat dat de kans op succes minimaal is omdat aan geen van de eisen voldaan lijkt te zijn. Dit soort problemen van summum jus, summa injuria hebben we niet alleen in het vreemdelingenrecht.
Het wordt hoog tijd dat er een nieuwe rechtsregel komt waarbij belanghebbenden, onder wie in dit geval ook de minister, het recht krijgen om af te dwingen dat er binnen een redelijke termijn een eindoordeel komt. In kort geding kan zoiets ook, dus waarom in andere procedures niet? Snel recht is vaak beter dan grondig recht zoals U ook al uit het proefschrift van de grote rechtsgeleerde Meijers had kunnen leren.
Dit artikel verscheen eerder vandaag ook op het Blog van Toon Kasdorp.
Net zoals bij andere maatschappelijke takken van sport geldt ook hier dat juristerij het grote probleem is. En daarmee is gezegd: stupiditeit is het probleem. Want zoals wij allen weten zijn juristen domkoppen. Extraverte domkoppen, veelal met een stropdas om, een nette scheiding in het haar en een brilletje op het hoofd. Dat is om de schijn van intelligentie op te houden. Iets wat bijvoorbeeld een TU Delftenaar niet nodig heeft. Die gaat gewoon met zweetvlekken onder het T-shirt door het leven. Omdat iedereen zo wel weet dat ie slim is.
Maar de jurist moet het hebben van schijn. En dus verschijnen daar de grote horloges, het ‘confrere-geblaat’ en de serieuze blik.
Zoals wij vroeger thuis zeiden: “als je te dom bent om een vak te leren, kun je altijd nog advocaat worden’.
En dat spul heeft het voor het zeggen in politiek en rechtscolleges. Dat gaat dus fout. Dan gaan procedures inderdaad heel erg lang duren. Dan gaat men honderden pagina’s besteden aan iets wat een TU Delftenaar op een A4-tje kwijt kan in een stroomschema.
Ontsla alle juristen, advocaten en rechters en vervang z door lui met hersenen. Dat scheelt gigantisch. Bovendien zal het recht er gigantisch van opknappen.
Daan, ik mis bij jou dat brilletje!