Gelijkheid en een ongelijke distributie
Ik las in het Parool dat de strijd om de gelijkheid van de seksen weer springlevend is. Wat daar mee bedoeld wordt ontgaat me.
De seksen zijn helemaal niet gelijk en dat is maar goed ook. Ik bedoel daarmee niet alleen dat de beide seksen ieder hun eigen functie hebben in het leven. Dat zullen die jonge lesbiennes, over wie het Parool het had, ook wel vinden. Maar ze zijn ook niet gelijkwaardig en om dan een strijd aan te gaan voor een gelijkwaardigheid die er niet is, dat is een treurige affaire.
Al een paar generaties bestaat de meerderheid van studenten en scholieren in het westen uit vrouwen. Bovendien hebben we intussen een tweede en derde feministische golf achter de rug. Daarom zou je verwachten dat we zo langzamerhand een evenredig percentage vrouwelijke sterren zouden hebben in de academische wereld. Meer vrouwelijk Nobelprijswinnaars dan mannen bijvoorbeeld. Maar neem je de belangrijkste Nobelprijzen, die voor Natuur- en Scheikunde, dan blijken er tot 2015 maar zes vrouwelijke winnaars te zijn geweest. Dat is een verwaarloosbaar percentage, waarvan de helft bovendien uit de eerste helft van de vorige eeuw stamt en is toegekend aan leden van de familie Curie.
Verreweg de meeste vrouwelijke laureaten zijn Nobelprijswinnaars voor de Vrede. Ook de literatuur scoort nogal wat vrouwen. Er zijn natuurlijk ook veel meer vrouwelijke auteurs dan vrouwelijke natuur- of scheikundigen. In feite zijn er veel meer vrouwelijke dan mannelijke romanschrijvers, maar toch blijven de mannelijke Nobelprijswinnaars ook daar in de meerderheid. Hoe komt dat?
Feministen, zoals professor Tonkens, zeggen dan meestal dat het komt omdat de meeste zittende hoogleraren en laureaten nog steeds mannen zijn en dat die elkaar een kontje geven. Het is moeilijk om dat te geloven. De meeste mannen zijn meer op vrouwen gesteld dan op andere mannen en geven in elk geval de voorkeur aan vrouwen in hun omgeving.
Wie de moeite neemt om een gelijk aantal top publicaties van vrouwen en mannen op een willekeurig wetenschappelijk terrein te lezen komt er niet omheen om te constateren dat die 12% vrouwelijke hoogleraren, die we in Nederland hebben, behoorlijk aan de te hoge kant is.
Toch is in de lagere regionen van de wetenschap, net als in het bedrijfsleven, het aantal vrouwen de laatste decennia disproportioneel toegenomen. Het komt alleen niet tot uitdrukking aan de top.
Ik heb daar een theorietje over, waar ik, als ik sociobioloog zou zijn, eens onderzoek naar zou doen. Die theorie luidt dat tussen mannen de intellectuele begaafdheid veel minder egaal is verdeeld dan tussen vrouwen. Dat heeft tot gevolg dat er meer slimme vrouwen zijn dan slimme mannen, maar meer superslimme mannen dan superslimme vrouwen.
Iets dergelijks doet zich voor bij de Bantoes. Gemiddeld zijn die minder begaafd dan Europeanen maar de verdeling van de begaafdheid binnen de groep lijkt extremer. Dat zou betekenen dat er meer kans is op een Nelson Mandela in Afrika dan in Europa, maar dat je ook meer kans hebt op een ordelijke en goed georganiseerde samenleving in een Europees land. Omdat Bantoes gemiddeld over meer testosteron beschikken dan Europeanen zou ik mijn onderzoek richten op het verband tussen de statistische verdeling van testosteron en van intelligentie en andere competenties.
Dit artikel over gelijkheid verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp
Meer artikelen over gelijkheid vindt u hier op Veren of Lood.
Hij is weer leuk!!!
Oei wat een verboden onderwerp weer.
Is allang bewezen dat er heel veel meer superintelligente mannen zijn dan vrouwrn, stip je dit aan dan valt iedereen over je heen, haal je aan dat er veel meer superdomme mannen zijn dan vrouwen dan blijft het oorverdovend stil. Dit schijnt volledig met evolutie te maken en de natuurlijke creatie van hiërarchie. Daar waar vrouwen in groepen vaak samenleefden, taken verdeeld ene alles in overleg deden in een vooral veilige omgeving, daar waar de mannen vaak op jacht gingen of de gemeenschap moesten verdedigen, alwaar je niet alles in overleg kan maar gewoon opdrachten uitgevoerd dienen te worden.
Ik identificeer mij als een gender neutrale stealth bommenwerper. En ik voel mij benadeeld