De doolhof van de Nederlandse zorginstituten
Nederlandse zorginstituten zijn een kluwen organisaties waarin je zonder een ervaren gids geen weg vinden zult.
Het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) is een voormalig bestuursorgaan van de overheid met een aantal belangrijke taken binnen het Nederlandse ziekenfondsstelsel. Het CVZ is sinds 1 april 2014 van naam veranderd en heet nu Zorginstituut Nederland. Het Zorginstituut is sinds 1999 een ZBO. Het is de opvolger van de Ziekenfondsraad. U zoudt ook kunnen zeggen dat Zorginstituut de nieuwe naam is voor het ziekenfonds.
Het ZI maakt het volgens haar eigen mededeling aan Wikipedia mogelijk dat het basispakket van de zorgverzekeringen voorziet in alle gezondheidszorg die noodzakelijk is. Zij garandeert dat die zorg toegankelijk en betaalbaar blijft. Daarmee waarborgt het college dat iedereen van zorg is verzekerd. Het ZI neemt een onafhankelijke positie in tussen het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de zorgverzekeraars, de zorgaanbieders en de patiëntenorganisaties.
Zijn werkterrein is de Zorgverzekeringswet en de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). De taken van het ZI zijn:
- Advies geven aan de minister over de samenstelling van het basispakket. Het verduidelijken wat tot het basispakket behoort. Als onderdeel van deze taak geeft het CZI het F.K. uit[1].
- Verdelen van premiegeld van de volksverzekeringen onder de zorgverzekeraars (risicoverevening), zodat verzekeraars iedereen kunnen accepteren voor de verzekering, ongeacht zijn of haar gezondheidstoestand
- Uitvoeren van voorzieningen en regelingen voor bijzondere groepen, zoals verzekerden in het buitenland, wanbetalers en gemoedsbezwaarden.
Dit college heeft aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport geadviseerd om de in 2001 ontwikkelde enzymvervanger Alglucosidase alfa (Myozyme) uit het pakket te halen. Dit medicijn is door de EMEA[2] in 2008 toegelaten voor de behandeling van de ziekte van Pompe. De effectiviteit wanneer het gebruikt wordt bij zeer jonge kinderen is hoog. Patiënten die de ziekte op latere leeftijd krijgen hebben een veel beperkter baat bij het middel.
Hoe dan ook, het ZI raadt aan het middel voor oudere patiënten uit het pakket te halen omdat de kostenvergoedingen, 500.000 – 700.000 euro per jaar per patiënt bij dit soort patiënten een slechte opbrengst/kostenverhouding te zien geven.
Wie de berichtgeving in het hoofdartikel van de NRC heeft gelezen heeft deze laatste nuance gemist. Het gaat dus om de groep die nauwelijks baat heeft bij het medicijn en in beginsel is het een redelijke eis dat een medicijn pas in het pakket komt als het iets doet voor de doelgroep.
Maar hoe dan ook. Dat heeft niets te maken met de bezuinigingen die noodzakelijk zijn in de zorg, zoals voorzitter Meijerink van de Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving [3] ons dat via de TV heeft uitgelegd. Weinig effectieve medicijnen horen niet in het pakket thuis ongeacht wat ze kosten. Het is bovendien een totaal verkeerde benadering van het probleem. We zullen de kosten niet onder controle krijgen door hier en daar medicijnen of behandelingsvormen uit het pakket te halen.
Wil de zorg weer betaalbaar worden dan dienen bepaalde vormen van zorg van overheidswege gratis verstrekt te worden in speciaal daarvoor opgezette klinieken en moet alle andere zorg gewoon door de patiënt zelf worden betaald. Die overheidszorg betreft dan aandoeningen die levensbedreigend of debiliterend zijn dan wel ondraaglijke pijn veroorzaken. Het medicijn tegen de Pompeziekte zou gratis verstrekt horen te worden aan jonge kinderen die in een daarvoor bestemde kliniek worden behandeld en voor andere mensen is het niet verkrijgbaar want contra geadviseerd door de EMEA.
Wie de poortwachters moeten zijn voor de speciale klinieken en waarin die klinieken moeten zijn gespecialiseerd, daar moeten Meijerink c.s. hun gedachten maar eens laten gaan, want daar gaan straks de problemen liggen. Dat het die kant op moet lijkt onvermijdelijk. Door stukjes en beetjes zorg uit het pakket te halen gaat het probleem niet worden opgelost.
- Het Farmacotherapeutisch Kompas (FK) is een actueel bijgehouden naslagwerk voor medische professionals zoals huisartsen en apothekers met alle in Nederland geregistreerde geneesmiddelen dat via internet te raadplegen is.
- European Agency for the Evaluation of Medicinal Products.
- Vroeger heette dat Raad voor de Volksgezondheid en Zorg. Waarom dit soort namen steeds veranderd moeten worden is een raadsel.
Dit artikel over Nederlandse zorginstituten verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp.
Meer van Toon Kasdorp vindt u hier