Banken en hun aandeelhouders
Managers van banken liggen vaak onder vuur, in deze moderne tijden. Ook als object om zich tegen af te zetten, maar hoe verdedigbaar is dat?
In De Volkskrant van 7/2/13 stond een artikel over Van Keulen, tot voor kort ervoor de CEO van SNS Reaal. De schrijver nam het voor deze man op, die de dagen ervoor zo door twitteraars op de korrel was genomen en van wie de Telegraaf een foto van zijn woning had gepubliceerd, zodat boze slachtoffers hem zouden weten te vinden.
Ik denk dat je inderdaad voorzichtig moet zijn met het publiceren van gegevens en het opdraaien van boze gevoelens die de verantwoordelijken voor de teloorgang van banken in gevaar kunnen brengen. Eigenrichting is iets wat we niet willen en de levens van familie en buren in gevaar brengen ook niet.
Dat neemt niet weg dat het pleidooi van de journalist in kwestie om Van Keulen geen persoonlijke verantwoordelijkheid toe te schrijven mij verbaasde. Het is waar dat hij opereerde in een omgeving waar het soort fouten die hij gemaakt heeft zich gemakkelijk kan voordoen. Bankiers werden en worden nog steeds afgerekend op hun kwartaalcijfers en op de beurskoersen van hun aandelen. Het is geen toeval dat de Rabobank, die geen beurskoers heeft, het in de crisisperiode beter heeft gedaan dan de beursgenoteerde banken. En terugkijkend geldt dat eigenlijk ook al voor de jaren ervoor.
Maar dat neemt niet weg dat het hoogst onverantwoordelijk was van Van Keulen om een zo grote onroerend goed financieringsportefeuille over te nemen terwijl hij met onroerend goed geen enkele ervaring had en bovendien had kunnen weten dat er met die portefeuille waarschijnlijk van alles mis was. We hebben het over de Bouwfonds-portefeuille, die ooit onder beheer stond van Jan van Vlijmen die daarvoor tot vier jaar gevangenisstraf is veroordeeld. Dat de ABN Amro, die de portefeuille voor een prikje had overgenomen er zo snel weer van af wilde was ook al geen goed teken. Dus dat Van Keulen hier persoonlijk dingen te verwijten vallen lijkt me moeilijk te ontkennen. De man is een cowboy en dat hij daar publiekelijk verantwoordelijk voor wordt gesteld lijkt me terecht.
Maar hij is de enige niet die in de fout gegaan is en hoort ook niet de enige te zijn die nu voor de gevolgen op moet draaien. Om de schade die zo’n man heeft aangericht door hem persoonlijk te laten vergoeden is natuurlijk sowieso niet mogelijk. Maar het is waar dat het vertrouwen in de bankwereld opnieuw ernstig is geschaad en doen alsof er niets gebeurd is zou verkeerd zijn geweest.
Wat ook waar is, is dat iemand als Jelle Brandt Corstius zich beter niet bezig zou kunnen houden met die ene miskleun maar liever de oorzaken zou horen te onderzoeken van al die bank deconfitures die de belastingbetaler in een hele reeks van westerse landen zo veel geld hebben gekost.
Een briljante man als Alan Greenspan heeft het niet zien aankomen. Hij zei bij een verhoor in de Senaat er ten onrechte op te hebben vertrouwd dat de bankiers zelf wel zo wijs zouden zijn om geen onverantwoorde risico’s te nemen. Achteraf gezien was dat onbegrijpelijk omdat het duidelijk moet zijn geweest dat er hypotheken van honderd procent en meer van de o.g. waarde werden gegeven. Dat is per definitie onverantwoord, tenzij men een garantie heeft dat de waardestijging eeuwig door zal blijven gaan of dat in geval van nood iemand anders bij gaat springen.
We denken nu allemaal dat de bankiers zo slim waren om te zien dat de overheden zouden ingrijpen als puntje bij paaltje kwam, maar eerlijk gezegd denk ik dat men ze daarmee te veel intellectueel krediet geeft. Zij gaven die hypotheken omdat iedereen het deed en omdat het goed was voor hun kwartaalcijfers. Men dacht inderdaad dat de waardestijging altijd door zou gaan, met zo nu en dan een klein dipje.
Hoge hypotheken aan mensen met een laag inkomen zijn indertijd door Bill Clinton geïntroduceerd, dus ook de politiek gaat hier niet vrij uit. Ik ben bang dat een kwestie is geweest van een algemeen en ongefundeerd optimisme en dat de multiplier-effecten in het systeem daarbij een belangrijke rol hebben gespeeld. Optimisme versterkt met andere woorden zich zelf, zoals na de dip in de economie ook pessimisme een zich zelf versterkende werking bleek te hebben.
Het lijkt zaak om dat soort effecten zo veel mogelijk uit het systeem te elimineren. Een simpele maatregel zou zijn om alle banken van de beurs te halen. Dat is gezien de grote omvang van de belangrijkste banken geen simpele operatie. Men kan de aandeelhouders niet zonder meer met de gevolgen opzadelen, vooral omdat ook dat weer onoverzienbare repercussies zou hebben.
Maar wat men wel kan doen is het ontstaan van nieuwe kleine banken bevorderen die goed controleerbaar zijn, niet beurs genoteerd en die veel goedkoper kunnen opereren dan de bestaande mammoetbanken. Vervolgens kan men de concurrentie zijn werk laten doen en de overheidssteun aan de systeembanken langzaam afbouwen. Over twintig jaar hebben we dan weer een werkzaam geldsysteem zonder dat de belastingbetaler gegijzeld hoeft te worden voor de fouten van de bankiers.
Dit artikel over Banken en hun aandeelhouders verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp.
Meer van Toon Kasdorp vindt u hier.
Achterhaald.
En oneens ook. Banken zijn al decennialang onverantwoordelijk bezig en worden daar niet op afgerekend. De enige manier om paal en perk te stellen aan dit soort wangedrag is door managers EN toezichthouders in ieder geval gedeeltelijk persoonlijk aansprakelijk te laten zijn voor hun handel en wandel.