Vrouwen die klagen
Vanmorgen was er een mevrouw op de TV die zich beklaagde dat er zo weinig topvrouwen zijn in ons land.
Waarschijnlijk bedoelde deze mevrouw dat er zo weinig vrouwen topposities bekleden, en dan met name in het bedrijfsleven. De reden daarvoor is dat er te weinig topvrouwen zijn. Talent is tussen vrouwen anders verdeeld dan tussen mannen, egaler als het ware. Daarnaast zijn veel vrouwen weg uit hun beroep of bedrijf in een periode waarin beslist wordt wie de top haalt en wie niet. In die periode hebben vrouwen kleine kinderen en gaat daar het grootste deel van hun tijd en aandacht naar toe en dat is maar goed ook.
Bij de overheid is de verdeling duidelijk anders dan in het bedrijfsleven maar dat is een kwestie van positieve discriminatie. Bij de overheid zijn er naar verhouding meer vrouwen en allochtonen op hoge posten, maar dat is niet omdat die geschikter zouden zijn dan autochtone mannen.
In het bedrijfsleven zijn ze niet gek. Er is sowieso een gebrek aan talent en iedereen pakt het waar hij het krijgen kan. Juist in het bedrijfsleven wordt er niet gediscrimineerd, maar naar prestaties gekeken. Ondernemers weten heel goed dat het talent van hun personeel hun belangrijkste kapitaal is en daarin investeert de gemiddelde ondernemer naar vermogen. In het bedrijfsleven is het in het algemeen ook beter te meten wat de prestaties van iemand waard zijn. Als onder de leiding van de een de winst van een afdeling hoger is dan onder de leiding van een ander is dat meestal een teken dat die ene ook bekwamer is dan de andere. In de politiek is zo’n simpele maatstaf er niet.
Maar we hebben het bij deze cijfers over gemiddelden en dat sluit natuurlijk niet uit dat er zo nu en dan heel talentvolle vrouwen zijn, ook in de top van het bedrijfsleven. Zo’n opmerking als er in het programma gemaakt werd, dat het wel merkwaardig is dat er wel vrouwen voorzitter zijn in het parlement, slaat dan ook nergens op. In de eerste plaats wordt in de politiek volop positief gediscrimineerd en bovendien praten we in dat geval ook niet over gemiddelden. Ook al zouden er bij wijze van spreken maar drie vrouwen op zeven mannen geschikt zijn voor zo ’n ambt, dan nog is het niet zo moeilijk om er één te vinden.
Dat er over de verdeling van intelligentie en andere bekwaamheden tussen mensen zo weinig bekend is bij het grote publiek, komt omdat men dat in de sociologische wetenschap een heikel onderwerp vindt. Men is veel te bang dat uit onderzoeken gegevens zouden komen die misbruikt zouden kunnen worden voor discriminatie. Daarom doet men die onderzoeken niet of publiceert de resultaten niet op een toegankelijke manier. Dat is jammer, want wat we er nu van weten is al weer betrekkelijk oude koek en het zou zeker interessant zijn als er wat genuanceerder over gesproken zou kunnen worden dan nu het geval is.
Dit artikel verscheen eerder vandaag ook op het Blog van Toon Kasdorp
Sja zo denken vrouwen Als die niet aan de top komen dan ligt het aan de mannen. Als een man niet aan de top komt dan ligt het aan gebrek aan ambitie of te weinig vaardigheden. De man wijst niet naar anderen.
Die onderzoeksgegevens zouden nog wel eens koren op de molen van bepaalde religies kunnen zijn, en we willen natuurlijk geen wetenschappelijke steun aan islamisering geven.
Islamisering is een mannenprobleem!