Nationale partijen Europa: verbreding en verdieping nodig
Inmiddels heb ik de tijd gehad mijn gedachten te laten gaan over de voor Front National teleurstellend verlopen tweede ronde van de Franse regionale verkiezingen. De gehoopte doorbraak van een nationaal denkende partij in een groot Europees land is uitgebleven. Geen reden om bij de pakken neer te zitten, maar wel een aanleiding om nog eens goed na te denken over doel, strategie en middelen.
In de Franse media is inmiddels het één en ander doorgekomen aan cijfers en analyses. Het blijkt dat de FN-stemmenmachine ernstig haperde tussen de eerste en de tweede ronde. Terwijl de FN-kandidaten bij de tweede ronde 800.000 stemmen meer kregen dan in de eerste ronde, kregen Les Républicains van Sarkozy er (update 17.12) ruim drie miljoen bij. De Parti Socialiste groeide minder, maar deed in twee districten niet mee ten faveure van Les Républicains. Daardoor werd een groot gat geslagen met de FN-kandidaten; zelfs Marine Le Pen verloor met een verschil van meer dan 10 procentpunten. Hoewel de totaalscore van FN geweldig was (een record van ca. 6,8 miljoen kiezers) werden ze dus in de tweede ronde ruim verslagen door de kongsi van linkse en rechtse “systeempartijen”.
Hoe kwam dit grote verschil tot stand? Is het de invloed van de media, wisten de gevestigde partijen de thuisblijvers beter te motiveren, speelde de allochtone bevolking een rol door massaal tegen anti-immigratiepartij FN te stemmen? Deze nadere uitwerking, voor zover mogelijk, heb ik nog niet gelezen maar zou interessant zijn. Overigens, op basis van de laatste peiling zal de tweede ronde van de presidentsverkiezingen in 2017 gaan tussen Marine Le Pen en een rechtse kandidaat (Sarkozy of Juppé), Hollande zou al sneuvelen in de eerste ronde . De tweede ronde wordt dan, volgens dezelfde peiling, ruim gewonnen door de rechtse kandidaat (Sarkozy of Juppé) van Marine Le Pen.
De grote vraag voor FN is nu hoe zij dit grote verschil met traditioneelrechts in de tweede ronde in de komende anderhalf jaar dusdanig kunnen verkleinen, dat zij een reële kanshebber worden. In deze analyse op de site van Le Monde wordt de positie van FN vergeleken met die van de communisten na de oorlog, die ook altijd sterk waren in de eerste ronde maar afgeschoten werden in de tweede, waardoor een analist toen sprak van “force solitaire mais partie inutile, car elle n’arrive pas au pouvoir” (vrij vertaald: eenzame krachtpatser maar nutteloze partij, die niet aan de macht komt).
Vervolgens worden in het stuk een aantal strategische opties bekeken. Zo zou de samenwerking met kleinere partijen verbeterd kunnen worden, zoals de onafhankelijke beweging van Philippe de Viliers, of met kritische intellectuelen als Eric Zemmour. Zodoende kan een breed nationaal front gevormd worden. Verder wordt aangegeven dat de politieke lijn van FN mogelijk ter discussie zal komen te staan.
De huidige lijn van het duo Marine Le Pen/Florian Philippot is hard op immigratie en veiligheid, maar verder vrij sociaal, eerder links (sociaal en protectionistisch) dan rechtsliberaal. Een andere stroming binnen FN wordt belichaamd door de jonge (26 jaar) Marion Maréchal-Le Pen. Zij zou meer staan voor een rechts-identitaire stroming en beter aansluiten bij het oude FN van Jean-Marie. Zo is Marion bijvoorbeeld tegenstander van het homo-huwelijk. Vanuit Nederlands perspectief gezien denk ik niet dat een dergelijke lijn ondersteuning zou verdienen. De meer gematigde, homo-vriendelijke en sociale lijn van Marine Le Pen en Florian Philippot (zelf gay) heeft in ieder geval mijn steun en voorkeur.
Rest de vraag, hoe deze politieke lijn dusdanig verbreed en verdiept kan worden, dat de partij wint aan geloofwaardigheid en aan steun in alle geledingen van de maatschappij. Andere nationale, eurosceptische en/of anti massa-immigratie partijen in Europa, zoals UKIP, AfD of PVV bij ons, worstelen met vergelijkbare vragen, waarbij de tactiek zal verschillen gezien ook de grote onderlinge verschillen in de kiesstelsels. Een gemene deler (waarbij het woord gemeen ook letterlijk genomen kan worden) is wel de constante agressie en demonisering waar deze partijen onder lijden.
Zo bleek deze week dat AfD voorzitter Frauke Petry (een zeer gematigde, rationele vrouw) zo bedreigd wordt dat ze geen woning meer kan huren, terwijl AfD de grootste moeite heeft om nog vergaderlocaties te regelen. Geweldsincidenten tegen de leden stapelen zich op.
Front National werd deze week op een grote Tv-zender met ISIS vergeleken en ook in Nederland zijn de Hitler vergelijkingen met Geert Wilders niet van de lucht de laatste tijd. Hieruit zijn twee mogelijke conclusies te trekken: of links leert niet van het verleden (moord op Fortuyn na demonisering door links) of men heeft er juist wél van geleerd en heeft ronduit kwade bedoelingen. De conclusie laat ik maar aan de lezer, maar in ieder geval mag het niet zo zijn dat er geweken wordt voor terreur.
Bovendien zijn de opvattingen van de hier genoemde politici en bewegingen niet extreemrechts of xenofobisch: dat wordt ervan gemaakt door de huidige EU-elite en MSM, die een vreemd samenvoegsel zijn van linkse marxisten en mondiaal georiënteerde neo-liberalen. Deze hele problematiek vraagt om een uitgekiende en professionele mediastrategie waarmee effectief gecounterd kan worden. Boos worden helpt niet, dan trap je alleen maar in de vooropgezette val van de MSM.
In dat klimaat van demonisering en zonder machtsbasis in het bestuur en in de media hebben de nationale bewegingen het buitengewoon zwaar. Ze zullen stap voor stap moeten werken aan een beter alternatief. Ik denk dat het goed zou zijn om onderscheid te maken tussen Plan A en Plan B: Plan A is als zij de meerderheid krijgen (uit de euro, uit de EU etc.); plan B is als ze in coalities gaan regeren (d.w.z. binnen EU-kader blijven, maar maximaal inzetten op immigratiebeperking en het beperken van de gigantische financiële transfers in de eurozone, bijvoorbeeld). Daarnaast, binnen de Plan B optie: concrete alternatieven uitwerken die leiden tot meer werkgelegenheid, behoud van sociale voorzieningen, etc. Daardoor zal het voor de kiezer inzichtelijker worden wat hij kan verwachten van een stem op een nationale partij, ook als deze niet de meerderheid zal krijgen.
Tot slot wil ik vermelden dat Marine Le Pen een interessant initiatief heeft genomen met haar “Comités Bleu Marine”. Dit zijn platformen waar mensen van binnen de partij én buiten de partij samenkomen om bepaalde thema’s uit te werken zoals ecologie, maar ook zijn er dergelijke platforms voor jonge ondernemers, studenten en mensen uit het onderwijs (in Nederland zou je ook aan de zorgsector kunnen denken). Dit zijn goede initiatieven, die goed aansluiten bij de moderne netwerkbenadering en waarbij social media ondersteunend ingezet kunnen worden.
Verder is de topeconoom Philippe Murer die zich vorig jaar aansloot bij FN druk bezig met de eurozone en het uitwerken van allerlei scenario’s voor het herintroduceren van nationale munteenheden waarbij zoals ik vaker heb aangegeven, FN de euro wil behouden als gemeenschappelijke Europese munt. Ook dit punt behoeft nadere uitwerking en moet beter “vermarkt”worden.
Dit zijn positieve voorbeelden van de nationale, eurosceptische partijen waarbij zij verbreden en verdiepen, voorbeelden die denk ik navolging verdienen in andere landen, waarbij de partijen in de diverse landen elkaar kunnen steunen door kennisuitwisseling. De nationale beweging is immers tegen de EU als bureaucratische superstaat, maar niet tegen Europese samenwerking, integendeel. Er is zelfs een bloeiende fractie van nationale bewegingen in het Europese parlement, waar ook de PVV deel van uitmaakt, het Europa van Naties en Vrijheden (ENF). Ook vanuit dit coördinatiepunt kan de hier beschreven verbreding en verdieping van de nationale partijen verder gestimuleerd worden. Er is een slag verloren, maar de oorlog kan nog steeds gewonnen worden!
Het grote verschil in de twee uitslagen valt wel mee, zie Wikipedia:
https://www.wikiwand.com/en/French_regional_elections,_2015
Er hebben ongeveer 10% meer mensen gestemd; het FN kreeg er 11% bij.
Het rechtse blok ging van 6,9 miljoen naar 10,1; dus 3,2 miljoen stemmen er bij.
Het linkse blok ging van 7,8 naar 7,9 miljoen; hier geen 10% er bij, vooral omdat links in twee departementen niet meer meedeed.
Uitstekend artikel. Ikzelf word inderdaad vaak boos. Nu besef ik me dat verdere uitbouw van het politieke gedachtegoed noodzakelijk is.
André dank voor info. Ik heb inderdaad nogal wat verschillende cijfers gezien mbt de tweede ronde. Die ik in het artikel noem heb ik overgenomen uit een artikel in Le Figaro maar zijn dan kennelijk niet correct. Ik zal een update of voetnoot maken.
P. van Lenth: dank voor het compliment!
P.s. André omdat PS niet mee deed in 2 dstricten maar in totaal wel stijgen kunnen we er wel vanuit gaan dat ze in die regio’s waarin ze wel deden een forse stijging hebben ondergaan, percentage is moeilijk in te schatten.