Italiaanse banken – de geschiedenis die zich herhalen moest
De twee Italiaanse banken – Banca Popolare di Vicenza en Veneto Banca – die afgelopen week van de ECB hun doodvonnis te horen kregen worden via een omweg door de Italiaanse overheid gesaneerd en verkocht, iets waartegen de EU nu juist met de BankenUnie dacht te ageren.
Hoe waar ook, dat dit in Italië gebeuren zou lag eigenlijk voor de hand. Het is ongelukkig voor de gelovigen in de EU en haar BankenUnie, maar dit was een voorspelbaar gevolg van de specifieke situatie in het Italiaanse bankwezen, waar de aandelen zich vooral bevinden bij grote hoeveelheden kleine spaarders. Het gaat om 40% van het uitstaande aandelenkapitaal, en zoals ik vorig jaar al schreef: wie een volkopstand wil ontketenen gaat eerst achter hùn geld aan. Dit maakt een bail-in volgens de BankenUnie-regels een voor de Italiaanse overheid bijzonder onappetijtelijke optie.
De Volkskrant gebruikte echter deskundigen die hiervan niet op de hoogte schijnen:
Het idee achter de nieuwe bankenunie was dat de rekening voortaan naar de directe belanghebbenden van een probleembank gaat. Dit mechanisme staat bekend als de bail in. Anders dan bij een bail out betalen niet de gewone burgers, maar aandeelhouders, schuldeisers en grote spaarders.
Linksom of rechtsom, het is de Italiaanse belastingbetaler die mee bloedt met het lot van zijn banken. Dat de overheid door de belastingbetaler onderhouden wordt beseffen te weinig mensen, zodat dit een klassiek geval van hemd en rok wordt. En de nu gekozen aanpak om €17 miljard te gebruiken om de sanering van deze banken mogelijk te maken helpt maskeren dat er hoe dan ook een offer van de belastingbetaler wordt gevraagd.
Dat in Spanje vorige maand een bank volgens de regels van de BankenUnie werd geëxecuteerd wordt eerder veroorzaakt doordat de bankencrisis in Spanje al langer en veel dieper heeft ingegrepen bij het bankwezen dan in Italië, waar de overheid met veel pappen en nathouden de sector de schijn van een herkansing gaf. Ergo, in Spanje was de rek er al lang uit, ook in de publieke opinie. Uiteindelijk is het redden of executeren van banken door de kosten die er aan verbonden zijn een politiek probleem, en overheden zullen daarom altijd proberen zo lang mogelijk kool en geit te sparen om te voorkomen dat de regerende partij(en) politiek worden uitgerangeerd. Bovendien hebben de Spaanse banken relatief weinig kleine spaarders onder hun aandeelhouders.
Met het opruimen van het probleem van de twee kleine noordelijke banken lijkt Italië ook het water te testen voor toekomstige ingrepen. Want de grote etterbuil van het Italiaanse bankwezen, Monte dei Paschi de Siena, moet ooit ook nog naar de slachtbank. En dat is de Italiaanse overheid op dit moment veel te duur, en er lijken dit najaar verkiezingen aan te komen. Maar dat die oudste bank ter wereld ooit via een bail in wordt opgedoekt lijkt me geen serieuze optie voor de Italiaanse regering. Er wordt met het opdoeken van Banca Popolare di Vicenza en Veneto Banca nu ook en bad bank gesticht met de restjes waarvan het behulpzame Intesa Sao Paolo – Italië’s tweede bank die de goede delen van beide banken voor €1 krijgt – liever af ziet. Daar kan dan te zijner tijd het verrotte deel van Monte dei Pachi de Siena ook in, als de tijd politiek rijp is. Voorlopig is men al blij als de ondergang van de twee bankjes (gezamenlijk balanstotaal €60 miljard) geen domino-effect veroorzaakt.
Dat de eurozone nu wordt opgezadeld met een ernstig geloofwaardigheidsprobleem zal de Italiaanse publieke opinie weinig kunnen schelen: er is al tijden een ondergrondse beweging waarneembaar die de euro graag lozen zou ten faveure van de terugkeer van de lira. De Vijfsterrenbeweging van Beppe Grillo pleit al lange tijd voor een referendum over het Italiaanse lidmaatschap van de euro – al schijnt Grillo zelf geen voorstander van het verlaten van de eurozone te zijn. Desalniettemin zal een Italiaans referendum over de euro voldoende zijn om de eurozone uiteen te doen spatten. Niet alleen omdat niemand op de financiële markten de kiezers nog vertrouwt als die een kans zien de regerende elite pijnlijk tussen de testikels te raken, maar omdat het an sich al voldoende motie van wantrouwen aan het adres van de gehele EU is zo’n referendum te houden.
Vooral Duitsland zal de kunstmatige devaluatie van de Italiaanse euro een doorn in het oog zijn. Italië als derde economie gaat nu met verdampte banken schulden concureren met de Duitse eerste economie, die nb de leningen verstrekt heeft. Dat heet een Italiaanse plofkraak van Duitse banken.