Immigratie – Verschillen New York en Amsterdam
In het Parool stond ooit een interview met de socioloog en antropoloog Roth, over een onderzoek dat hij in samenwerking met Amerikanen had uitgevoerd over de immigratie in twee steden, New York en Amsterdam.
Het grote verschil was volgens hem dat men zich in New York minder druk maakte over de integratie van de nieuwkomers maar dat men er meer aandacht had voor hun kleur dan in Nederland. Wat kleur of rassenonderscheid is in New York dat zijn afwijkende leefgewoonten in Amsterdam, meent Roth.
Amsterdam en New York zijn beiden vanouds immigratiesteden, ging hij verder, maar in Amsterdam is daar in de eerste helft van de twintigste eeuw een tijdelijke stop op gekomen, zodat we er niet meer mee om wisten te gaan toen het proces zich in de tweede helft van de eeuw herstelde.
Die laatste zin is natuurlijk onzin. De nieuwe bewoners van Amsterdam in de negentiende eeuw kwamen uit eigen land of uit Westfalen en het waren er lang zoveel niet als de laatste decennia. De Marokkanen hebben bovendien niet alleen maar andere leefgewoonten, hun jongeren zijn voor een belachelijk hoog percentage crimineel.
Voor een oordeel over de sociologie als wetenschap verwijs ik naar YouTube naar de site ‘R. P. Feynman on social sciences’ . Feynman is een natuurkundige van het niveau van Einstein en hij weet waar hij het over heeft. Hij rekent daar kort af met onderzoeken als die van Roth.
New York is in de ogen van de Amerikanen helemaal geen Amerikaanse stad. Het is een wereldstad, een conglomeraat van steden eigenlijk. Om die stad met Amsterdam te vergelijken ligt niet erg voor de hand. Je kunt NY vergelijken met Londen, Parijs of met Singapore, maar niet met Amsterdam. Boston in Massachusetts is vergelijkbaar met Amsterdam of Portland in Oregon misschien, maar niet NY, NY.
Dan die tijdelijke stop op de immigratie in Amsterdam tussen 1900 en 1950. Iedere grote stad heeft vóór 1900 zijn bestaan te danken gehad aan een voortdurende toestroom van bewoners uit het omringende platte land. Door een gebrekkige hygiëne was iedere stad anders tot uitsterven veroordeeld geweest. Pa na 1900 is dat veranderd. Als Roth meer wil weten over dat onderwerp zou hij er de Franse historicus en antropoloog Jacques Le Goff op na kunnen slaan.
Wat Amsterdam betreft kwam zoals gezegd veel van de instroom in de negentiende eeuw uit onze eigen noordelijk provincies en uit Duitsland. Daarvóór kwam die ook op grote schaal uit Brabant en Vlaanderen, maar altijd uit de buurlanden, waar men er soortelijke leefgewoonten op na hield als bij ons.
Een miljoenen immigratie uit een totaal vreemde en vijandige cultuur met leefgewoontes die aan een bestaan in de woestijn zijn ontleend, is voor Nederland en Amsterdam een nieuwe ervaring. In verhouding tot het aantal oorspronkelijke bewoners is de instroom van vreemden in Amsterdam bovendien veel groter dan in New York. Amsterdam is altijd een stad met een uitgesproken eigen leefstijl geweest. Daarin zijn vreemden welkom, maar er wordt van ze verwacht dat ze hun leefwijze aanpassen en niet proberen om met schelden en geweld de zaken naar hun hand te zetten als iets hun niet bevalt.
Roth zegt ook nog ergens dat de integratiepogingen van de stedelijke en landelijke overheden de schok van de instroom wat verzacht hebben. Hij bedoelt daar waarschijnlijk mee dat de Nederlandse overheden alles hebben gedaan om de vreemde en vijandige cultuur van de nieuwkomers tegemoet te komen en daarmee in stand te houden. Onder meer door ze in staat te stellen hele wijken te absorberen en de oorspronkelijke bewoners daar te verdrijven of te dwingen volgens de nieuwe normen te gaan leven.
In Scheveningen was er een volkswijk die zich tegen dat proces heeft verweerd. Een moslim met vrouwelijke familieleden in woestijndracht is de toegang tot de wijk geweigerd. De mensen wisten wat er in de Schilderswijk, een andere volkswijk uit Den Haag, gebeurde en gebruikten op hun beurt de methoden van de Marokkaanse rotjochies om de nieuwe bewoners buiten hun wijk te houden.
Ik denk dat als Van Aartsen strakker was opgetreden tegen de rotzooi in de Schilderswijk, hij minder moeite zou hebben gehad om soortgelijk wangedrag in Duindorp Scheveningen te bestrijden. De nieuwe Marokkaanse wijkbewoner, die een steen door zijn ruit kreeg, vertelde in het Parool dat hij ‘al’ vijf jaar op een eigen woning had gewacht. Bewoners van Duindorp vertelden bij Pauw en Witteman dat bij hun mensen langer dan tien jaar moesten wachten als ze afhankelijk waren van een toewijzing door Vestia, de grootste woningbouwvereniging uit de streek. Bij Vestia werd steevast voorrang gegeven aan nieuwkomers, die door gemeente en woningbouwverenigingen om onduidelijke redenen als een achtergestelde groep worden beschouwd.
In Amsterdam ging dat net zo. Gemeentelijke autoriteiten en woningbouw verenigingen hebben voorrang gegeven aan nieuwkomers en toegezien hoe de oude bewoners uit volkswijken werden verdreven. In Amsterdam hebben die hun boeltje gepakt en zijn naar de randgemeenten vertrokken. Van georganiseerd verzet als in Duindorp is, voor zover ik weet, hier nergens sprake geweest, maar de woede tegen het optreden van de overheid was er niet minder om. Het wegsmelten van de PvdA als politiek dominante partij komt niet uit de lucht vallen. De mensen hier voelen zich miskend door hun overheden en ze hebben gelijk.
Het onderzoek van Roth mist maatschappelijk relevantie. Er bestaat een groot probleem in Amsterdam dat New York niet heeft. De vergelijking tussen die twee miskent dat probleem en wetenschappelijk schieten we met dat onderzoek dus niets op.
Dit artikel verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp
Meer over immigratie vindt u op Veren of Lood hier.
Roth doet hetzelfde als Leo Lucassen. Het vergelijken van onvergelijkbare grootheden. Appels met peren zogezegd. Een Vlaming uit de 16e of 17e eeuw, in veel gevallen ook nog protestant, die immigreert naar Leiden of Amsterdam is heel iets anders dan een Marokkaan in 20e of 21e eeuw, met een taal en onderwijsachterstand en als klap op de vuurpijl ook nog eens een vijandig geloof. Dat hij dit vijandige geloof in eerste instantie niet heel vijandig uitdraagt doet niets af aan het probleem. Want die vijandschap komt na verloop van tijd toch wel naar buiten. Het kan soms een generatie of 2 duren, maar je kon er op wachten. Alle integratiepogingen ten spijt. Want die lieten dat geloof ongemoeid. Of steunden het zelfs.
Yep, ontevreden over de PvdA liep men weg naar GL en D66.
En zo zakte de stad langzaam verder weg in de linkse blubber.
Nu is het dan met stip het grootste shit-hole van Nederland.
Gefeliciteerd linkse Amsterd(r)ammers…
Amsterdam was in mijn tijd fijne plek om te “zijn”. De plek waar ik mijn gevoel kwijt kon wat betreft muziek, kunst, kennis en cultuur. Ik praat hier over de jaren 80 en 90. De vergelijking met Portland is wel treffend. Later vond ik dit gevoel ook weer in Berlijn.
Laatst heb ik Amsterdam weer bezocht ivm een concert in Paradiso.
Het deed mij denken aan Parijs. Disneyland welteverstaan.
Helaas wordt uit dit artikel niet duidelijk wie de financier en/of opdrachtgever van het onderzoek was. Ik vermoed dat eea duidelijk zou maken in hoeverre men dit als wetenschap, dan wel als opinie zou moeten betitelen.