Economische wetenschap bij Buitenhof
Bij Buitenhof van dertig augustus 2015 was het onderwerp de economische wetenschap en de vraag of men daar al dan niet leed aan een soort tunnelvisie, die blind maakte voor de werkelijkheid.
Een pas afgestudeerde econoom en een wat onduidelijke andere criticus van het systeem, waren door de redactie uitgenodigd om de stelling te verdedigen dat de paradigma’s in die wetenschap te mager waren en dat kwalitatieve benaderingen voorrang hoorden te krijgen boven de kwantitatieve en wiskundige. Een hoogleraar van de VU moest de bestaande technieken van de wetenschap toelichten en verdedigen.
De gespreksleidster Marcia Luyten wilde weten waarom de economie de financiële crisis van zeven jaar eerder niet had kunnen voorspellen. De hoogleraar legde uit dat voorspellen niet goed mogelijk is, omdat de economie in wezen een chaotisch systeem is, waarin kleine oorzaken grote gevolgen kunnen hebben. Achteraf verklaren gaat wel en verbetering aan brengen in systemen gaat ook wel, maar voorspellen kan niet.
Hij wilde van zijn kritische gesprekspartners weten hoe die het probleem van de bankencrisis zouden willen aanpakken. Hij zelf meende dat een hoger eigen vermogen de risico’s voor banken zou vergroten en dat ze daardoor vanzelf voorzichtiger zouden worden, maar een echt antwoord kwam er niet van de andere kant. Meer rekening houden met macht en met politiek, mompelden ze en minder met cijfers.
Wat Buitenhof precies heeft willen bereiken met deze discussie weet ik niet, maar ik geloof niet dat de tv kijker meer begrip heeft gekregen voor de economische wetenschap en vooral ook niet meer hoop dat het bij een volgende crisis wel goed zal aflopen met het geldsysteem.
Op zich toch een interessant probleem, die financiële crisis die als een donderslag bij heldere hemel plaats heeft gevonden, die niet te voorspellen was en waarvan ook de kenners kennelijk menen dat die opnieuw zou kunnen plaats vinden, want de grotere eigen vermogens waar de hoogleraar het over had zijn er vooralsnog niet gekomen.
Het is ook jammer dat de twee critici wel vonden dat andere paradigma’s wenselijk waren, maar er niet bij zeiden welke. Ook zij bleken geen idee te hebben hoe een ineenstorting van het geldstelsel voorkomen zou kunnen worden.
Ik zelf heb het idee dat het probleem zit bij de megabanken die te onoverzichtelijk zijn om nog gecontroleerd te kunnen worden. Een systeem van kleine en transparante minibankjes, ieder bemand met vijftig tot honderd echte bancaire experts voorzien van goed geprogrammeerde computers, die toezien op kredieten en die gecontroleerd worden door een grote en deskundige centrale bank. Dat zou naar mijn mening veel goedkoper kunnen werken dan het bestaande systeem en de risico’s die ze bij hun kredietlening zouden nemen zouden veel beter zijn gespreid, zodat het faillissement van één er van het systeem niet in gevaar zou brengen.
Al het internationale geldverkeer zou naar mijn mening via de centrale banken moeten lopen zodat het toezicht maximaal effectief zou blijven. In elk geval had ik een debat over zo’n systeemverandering wel interessant gevonden, maar hier kwam eigenlijk niets uit.
Dat het de onoverzichtelijkheid is van het bestaande systeem is geweest dat de belangrijkste oorzaak was van de crisis blijkt mijns inziens uit het feit dat een dag na het faillissement van Lehman Brothers een Duitse bank nog vijf honderd miljoen dollar naar ze overmaakte. Daar konden dus kennelijk grootschalige beslissingen worden genomen zonder dat iemand zich afvroeg waar hij mee bezig was.
Dat de mensen in de financiële wereld weer weten wat ze doen is volgens mij de eerste voorwaarde voor een herstel van het systeem.
Dit artikel verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp
Ik ben het in zoverre eens dat het probleem ligt bij de mega-banken. Niet omdat die niet gecontroleerd zouden kunnen worden, het zou niet bijzonder ingewikkeld hoeven zijn om daar wat voor op te zetten, maar omdat ze ‘too big to fail’ zijn geworden waardoor men meent dat omvallen op alle manieren moet worden voorkomen.
Banken die dat weten zijn uiteraard roekelozer aangezien het risico niet voor henzelf is.
Een extra hulp zou kunnen zijn om niet alleen de aandeelhouders maar ook de top en de raad van commissarisen persoonlijk deels aansprakelijk te stellen voor dergelijke incidenten. Hierbij zou best een maximum mogen worden gesteld van bv 2 tot 5 jaarsalarissen (inclusief bonussen), maar indien men weet dat men zelf een behoorlijk risico loopt is men niet meer zo bereid om rare stunts uit te halen.
De top van de grote banken heeft geen idee van wat zich op de werkvloer afspeelt. Zolang dat zo is mag U er vanuit gaan dat de organisatie op die werkvloer chaotisch en dus ook oncontroleerbaar is.
Grote banken zullen minder bereid zijn om risico ’s te lopen als ze niet meer zeker van zijn altijd door de overheid gesteund te worden.
Maar dat kan de overheid zich alleen permitteren als er voldoende alternatieven zijn voor het geldverkeer en voor de financiering van het MKB. Dat alternatief zou gevonden kunnen worden in de oprichting van voldoende nieuwe kleine banken die met weinig personeel werken en hun zaken regelen via de computer. Omdat die kleine banken goedkoper kunnen werken zou dat het leven erg lastig maken voor de grote