DE WERELD NU

Bestuurders van openbare organisaties – Noordzij

bestuurders

De perikelen met bestuurders bij de mammoethogeschool InHolland hebben indertijd breed aandacht getrokken. Maar dat had weinig gevolgen van algemeen belang.

Het waren vooral twee leden van een eerder bestuur, Elbers en Labruyere, die het voor hun kiezen kregen en niet ten onrechte, leek het. Geert Dales, de burgemeester van Leeuwarden en eerder wethouder van Amsterdam, heeft drie jaar zonder succes geprobeerd wat lijn te brengen in de bestuurlijke chaos die hij daar aantrof en heeft vervolgens de aftocht geblazen.

Wie in de publiciteit zo goed als buiten schot bleef, was de voorzitter van de raad van toezicht, Karel Noordzij. Onder zijn verantwoordelijkheid en die van de overige leden van deze raad is de onverkwikkelijke situatie kunnen ontstaan. Hij heeft de omstreden bestuurders de hand boven het hoofd gehouden, ondanks alle signalen die hem over hun disfunctioneren moeten hebben bereikt. Hij heeft later Dales onvoldoende gesteund om diens optreden bij InHolland tot een succes te maken.

Karel Noordzij is een van die bekende Nederlanders die vooral carrière maken door hun aangename persoonlijkheid en uitgebreide netwerk. Zoals U bekend zal zijn, zijn er twee soorten commissarissen en toezichthouders. De ene soort verstaat het bestuurders vak, meestal omdat hij het elders of eerder in zijn carrière in hetzelfde bedrijf heeft bekleed. De ander is een goede vergaderaar en brengt het instituut of bedrijf waar hij toezicht houdt in contact met belangrijke andere organisaties in de samenleving.

Een voorzitter van de tweede soort is een risico voor de organisatie in kwestie. Hoe beter hij in zijn vak is, hoe groter het aantal opdrachten dat hij krijgt en hoe minder tijd hij voor ieder van zijn functies overhoudt. Het is duidelijk dat Noordzij tot deze tweede categorie behoort. Als prins carnaval van Den Bosch is dat nog wel aanvaardbaar maar als voorzitter van de raad van toezicht van een zo groot maatschappelijk instituut als InHolland kan het eigenlijk niet. Het lijkt me waarschijnlijk dat Noordzij zelf niet heeft mee gedaan met het graaien dat veel bestuurders bij InHolland kenmerkte, maar dat doet niet af aan de verantwoordelijkheid die hij draagt voor de deconfiture van de school.

Het lijkt duidelijk dat er snel een wettelijk controle instituut moet komen voor alle organisaties die met publiek geld opereren. Niet alleen een financiële maar ook een bestuurlijke controle. Misschien dat die voorlopig door een van de grote accountantskantoren kan worden uitgevoerd, maar op den duur hoort het een overheidsinstantie te zijn die dat doet, een soort Rekenkamer nieuwe stijl. De gedachte dat de markt wel voor de controle zal zorgen omdat dit soort instituten officieel niet ambtelijk meer zijn, is nergens op gebaseerd. ‘Op afstand zetten’ is niet hetzelfde als marktwerking introduceren en de ervaring leert dat controle op oligopolisten nodig is.


Dit artikel verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp