Levenslang, dubbel en dwars verdiend
De Let Roberts Miķelsons is door mijn vroegere kantoorgenoot Frans Bauduin tot 18 jaar veroordeeld net als eerder Volkert van der Graaf. Maar praktisch gezien kwam het neer op levenslang.
Anders dan op het politieke moord die door Van der Graaf werd gepleegd staat op de kinderverkrachting van Miķelsons geen levenslang[1]. Dat lijkt de enige reden te zijn waarom de rechtbank hem die niet gegeven heeft. De president legde er de nadruk op dat het de wens was van de rechtbank dat twee derden van de straf eerst zou worden uitgezeten en dat daarna de dwangverpleging zou beginnen, die mogelijk in een long stay zou uitmonden zodat de samenleving de verpleegde nooit meer terug zou zien. Levenslang dus via een omweg.
Is hier sprake van een gehoor geven door de rechtbank aan een roep uit de samenleving? Heeft Frans Bauduin gedacht dat een misser als in het geval van Van der Graaf hem niet nog een keer moest overkomen? Of dat bedreigingen als na de lichte straf voor Van der Graaf hem en zijn gezin niet nog een keer moesten overkomen? Waarom bedankte hij dan niet voor de eer om de Miķelsons zaak voor te zitten? Hij was toch feitelijk al met pensioen? Daar zou iedereen toch begrip voor gehad hebben, nog los van het feit dat het recht er mee gediend zou zijn geweest.
Uit de manier waarop hij zich tegenover de verdachte Miķelsons gedroeg op de zitting viel af te leiden dat hij de laatste in elk geval geen klassieke overtuigingsdader vond, zoals Van der Graaf. Dat de man bekend had en met de vervolging had meegewerkt werd hem om onduidelijke redenen niet in zijn voordeel aangerekend.
Toen de verdachte door kreeg welke kant het op ging met de uitspraak, gooide hij de president een glas water in het gezicht. Die negeerde dat in mijn ogen volkomen ten onrechte en vervolgde zijn relaas, dat eindigde in een veroordeling tot 18 jaar. De verdediging ging in hoger beroep, waarin de veroordeling nog met een jaar werd verhoogd. Men ging ook in cassatie, maar uitsluitend om er nog even over na te kunnen denken. Van cassatie is naderhand toch maar afgezien.
Afzien van hoger beroep had de verdediging alleen kunnen doen om de appelrechters niet in de problemen te brengen. Als die een lichtere straf zouden hebben gegeven dan Bauduin c.s. zouden ze wel eens met soortgelijke bedreigingen te maken kunnen krijgen als na het vonnis tegen Van der Graaf en dat wil je als verdediging natuurlijk rechters niet aandoen. Maar de appelrechters daagden het publiek niet uit. Blij zijn met deze gang van zaken kan eigenlijk niemand.
Ik vond dat Van der Graaf een levenslang dubbel en dwars zou hebben verdiend en dat hij een overtuigingsdader was vond ik een strafverzwarende omstandigheid. Maar aan de ander kant vind ik ook dat een bedreiging van rechters niet zwaar genoeg gestraft kan worden. Tenslotte vind ik dat als je wijkt voor bedreigingen je liever geen rechter had moeten worden.
In elk geval zou ik een rechter, die zijn oren zo overduidelijk naar een progressieve publieke opinie laat hangen niet benoemd hebben in een commissie die een oordeel moet heven over een affaire waar de NRC al lang van te voren een uitspraak over heeft gedaan.
- Verkrachting is iemand dwingen tot het ondergaan van handelingen die (mede) bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam door middel van (bedreiging met) geweld of door middel van (bedreiging met) een andere feitelijkheid. Voor een veroordeling voor verkrachting moet het seksueel binnendringen van het lichaam worden bewezen, terwijl dat bij aanranding niet nodig is: daarvoor is bewijs van ontuchtige handelingen genoeg. Op verkrachting staat twaalf jaar. Op verkrachting van een minderjarige onder de daders verzorging en/of gezag staat 16 jaar; in casu was er sprake van meerdaadse samenloop.
Dit artikel verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp