“Pedoprofeet” in een coffeeshop
Sinds een jaar heb ik weer contact met een oude schoolgenoot van me, Mick Tollens. Hij bleek al heel lang een regelmatige bezoeker van een coffeeshop te zijn.
Ik herinnerde me hem als een beslist niet sullige maar wel àltijd vriendelijke jongen. Hij zit inmiddels in de AOW en tegenwoordig neemt hij steeds vaker echt geen enkel blad voor de mond. De coffeeshop die hij frequenteert, trekt jaar in jaar uit steeds weer nieuwe bezoekers. Daaronder behoorlijk veel allochtonen. De laatste tijd wordt er af en toe behoorlijk pittig gediscussieerd op een manier die beslist niet doet denken aan dronkenmanspraat. Ik was verbaasd over – eigenlijk ook wel onder de indruk van – zijn verhaal over de wonderlijke aanvaring die hij vorige week had in die horeca-gelegenheid die nauwelijks koffie schenkt.
Als enige autochtoon zat hij aan een tafeltje met vijf allochtonen: een pittige jongedame van Turkse afkomst, een Surinamer van tegen de vijftig en een drietal twintigers: alle drie met Marokkaanse roots. Ik noem ze voor het gemak Ahmed, Ali en Mohammed [1]. Ahmed en Ali zeiden maar weinig. Jason en Simge zeiden ook niet zo veel, maar wat ze zeiden had wel impact. Mick en Mohammed deden dus vooral het woord en het werd spannend.
Het begon ermee dat Mohammed – plagerig richting Simge – erover doorzeurde dat mannen alles beter kunnen dan vrouwen. Zelfs in de top-tien van kappers, koks en visagistes vind je meer mannen dan vrouwen. Over de seksuele voorkeur van die mannen werd overigens niet gerept. Mohammed, goedopgeleid, baan in de ICT, haalde er Koranverzen bij om zijn punt te maken. Mick heeft echter de laatste jaren flink wat kennis opgedaan over het gedachtegoed van Mohammed en diens volgelingen. Hier heb ik het natuurlijk over die andere Mohammed, die van vele eeuwen geleden.
Nadat hij eerst op kalme toon wat weerwoord had geleverd en vragen had gesteld, legde Mick – nog steeds even kalm – een verbale handgranaat op de tafel en verwijderde de pin: “Maar die profeet was toch gewoon een pedofiel die een meisje van negen verkrachtte?” De granaat ontplofte, maar Mohammed niet. In ieder geval niet goed zichtbaar. Hij stond op, pakte zijn mobiel en schoof die over de tafel in Micks richting: “Als jij zulke beweringen doet, kom dan maar eens met bewijs. Laat maar eens een onderbouwing zien. Waar haal je dat vandaan?“. Mick schoof het ding weer terug. “Zoek zelf maar. Je weet dat ik gelijk heb“. Even was de spanning om te snijden, maar Jason had Mohammeds ontploffing wel waargenomen. Hij loste de spanning op door op te merken dat hij de haat had gezien in de ogen van Mohammed, toen die het mobieltje in Micks richting schoof.
Wat volgde klinkt ongelooflijk, maar ik geloof Mick hierin voor 100%. Mohammed maakte excuses. Niet halfhartig, maar uitgebreid en gemeend. Dat laatste bleek uit het verdere verloop. Tegen anderen zei hij over Mick een paar minuten later iets in de trant van “Dit is een grappig mannetje“, maar realiseerde zich dat dit denigrerend kon overkomen en maakte vervolgens dáár weer excuses voor: “Dit kan verkeerd overkomen, sorry, een beetje straattaal“.
Er vloeiden weliswaar geen tranen maar eigenlijk was er sprake van een soort catharsis. Er werd uitgebreid doorgesproken. Mohammed wilde vaker over dit en andere onderwerpen spreken met Mick. Om te voorkomen dat het al te sentimenteel zou worden, gooide Ahmed of Ali er tussendoor: “Je hebt natuurlijk wel kans dat we je straks buiten met z’n drieën in elkaar slaan.” Uit alles bleek dat dit niet gemeend was.
Ik had Mick al een exemplaar gegeven van mijn boek en hij vroeg me nu of ik hem wat nummers van Koran-verzen aan de hand kon doen om te bespreken met Mohammed. De vraag kon ik heel gemakkelijk beantwoorden: door een linkje te geven naar mijn stuk van 12 augustus jongstleden. De Koran: een spiernaakte keizer. Ik schreef dat stuk eigenlijk met onbevreesde mensen zoals Mick in het achterhoofd.
- Uit het lied van de Vliegende Panters. Op YouTube tot mijn verbazing in vijf jaar tijd minder dan honderdduizend keer bekeken.