DE WERELD NU

Waarom de markten hebben gefaald – voorlopig

Eigenlijk is het tamelijk bizar, de manier waarop de officieel beleden ideologie van het handelsblok EU in botsing kwam met de werkelijkheid. Want officieel zijn vrijhandel en de dictatuur van de (financiële) markten de leidende principes voor de economische basis onder de Europese Unie. Toch is er welbeschouwd weinig meer van over.

De onderliggende ideologie van de Europese Economische Gemeenschap was immers vooral de geest van vrije handel. Helaas bleek deze in de praktijk echter onverenigbaar met de door de EC-leiding nagestreefde federalisering van Europa, en aangezien dit vooraf eenvoudig voorspelbaar was (iets dat door meerdere economen dan ook inderdaad is gedaan), valt niet te ontkennen dat de politieke strategie van de EC-leiding de afgelopen twintig jaar haaks stond op de formele doelstellingen waarop de toekomstige federatie zou worden gegrondvest.

Sleutel
De sleutel is andermaal de ongelijkmatige economische ontwikkeling van de lidstaten, alsmede de verschillen in politieke cultuur tussen grofweg Noord en Zuid. Deze hadden na de instelling van de gemeenschappelijke munt tot gevolg, dat de politieke elite in de zuidelijke lidstaten het zichzelf makkelijk maakte door goedkoper dan voorheen de staatsschuld te financieren met de lage rente die door de garanderende aanwezigheid binnen de EU van de noordelijke lidstaten mogelijk werd gemaakt. En daardoor werden de verschillen groter.

Doordat de staten volgens de oorspronkelijke afspraken primair verantwoordelijk bleven voor de door henzelf aangegane schulden, was het onvermijdelijk dat na verloop van tijd de zwakste staat in de problemen zou komen. Erger was, dat deze problemen zich onvermijdelijk plaats zouden moeten ontwikkelen in de staat die zich het minst had ingespannen economisch aan te haken bij de gemiddelde economische ontwikkeling van de unie. Ergo, dat Griekenland uiteindelijk de lont in het kruitvat zou worden had een historische onvermijdelijkheid, die we in retrospectief eenvoudig kunnen vaststellen. In hoeverre deze logica ten tijde van de invoering van de euro ook te voorzien was, vast staat dat de leiding der EU er niet de minste belangstelling voor had.

Aarzelende aanpak
De aarzelende aanpak van de crisis door de regeringen van de Eurozone illustreert dat men zich in geen enkel opzicht bewust was van de krachten die men had ontketend. Wel werd men al snel gewaar, dat de marktwerking bij het uitventen van staatsschuldpapieren een steeds grotere hindernis werd bij de pogingen greep op de crisis te krijgen. Dit kan eenvoudig worden gedemonstreerd aan de hand van het EU-gejammer over de invloed van kredietratingbureau’s zoals S&P, Fitch en Moody’s. De halfslachtige pogingen om deze bureaus het werken onmogelijk te maken, of te confronteren met een Europese tegenhanger die kneedbaarder was dan deze van origine Amerikaanse instellingen, leden geruisloos schipbreuk, en de snel verschuivende financiële werkelijkheid maakte de Eurocrisis langzamerhand onhanteerbaar.

In die situatie kozen de centrale banken een vlucht naar voren die rampzalige gevolgen zal hebben. In een poging het onvermijdelijke uit te stellen, werden de programma’s van geldverruiming opgestart. Dat dit een weinig intelligente aanpak was, is zowel door theoretische economen als marktpartijen geregeld aangegeven. Bovendien was daar het afschrikwekkende voorbeeld Japan, een gedegen analyse van welks situatie eenvoudig had aangetoond dat het op de markt smijten van extra geld niet meer dan tijdelijke verlichting geeft, en geen uitzicht biedt op een structurele oplossing. Waar USA en EU ondertussen zijn aangeland bij fase 4 van de geldverruimingen, staat in Japan de teller al op tien. Japan stevent gaf op een financiële meltdown van ongekende proporties. En de westerse economieën zullen volgen.

Vernietiging marktwerking
Wat men echter onvoldoende lijkt te beseffen, is dat de geldverruimingen de marktwerking in steeds hogere mate ondermijnen. De aandelenkoersen hebben de afgelopen twee jaar nauwelijks te lijden gehad van de crisis, terwijl dit tijdens een normale crisis onderdeel van het patroon van achteruitgang zou zijn geweest. De prijzen van edelmetalen worden al minstens 12 jaar gemanipuleerd door de Westerse centrale banken, en insiders gaan er van uit dat ze in stilte vrijwel hun gehele goudvoorraad te gelde hebben gemaakt. Verkocht voor geld, dat steeds minder waard wordt.

Waar de ECB zich tevreden stelt met het opkopen van waardeloze staatsschulden, die onmogelijk nog ooit kunnen worden afgelost, is de Amerikaanse Fed een stap verder gegaan. De Fed koopt ook waardepapieren van beursgenoteerde Amerikaanse bedrijven, zodat hier in zekere zin sprake is van een langzame, sluipende nationalisatie van het Amerikaanse bedrijfsleven. En de enige reden dat deze luchtbel nog niet is geklapt is de rol van de Amerikaanse dollar als wereldreservevaluta. Desalniettemin is een land als China afgelopen jaar op grote schaal – in essentie waardeloze – dollars gaan uitgeven aan het opkopen van goud en zilver op de wereldmarkt. Nu de marktwerking is verstoord, is het opkopen van goud bijzonder goedkoop geworden.

Goudprijs
Goud goedkoop? Welzeker. We hebben de neiging een bedrag van $1250 per ounce goud als stevig te beschouwen, maar dat is alleen waar in relatie tot de dollar uit onze jeugd, waarvoor men heel wat meer meer kon kopen dan voor de huidige dollar. Als deze inflatie in de goudprijs was verdisconteerd, zou een prijs van ruim $2200 per ounce gerechtvaardigd zijn.

De Chinese goudpolitiek van afgelopen jaar toont dat de westerse centrale banken in hun eigen val gelopen zijn. Via de nutteloze dollarreserves financierden veel opkomende economieën de afgelopen jaren de facto de Amerikaanse staatsschuld. Nu kopen de Chinezen het goud op dat zo ongeveer de enige harde reserve van de westerse centrale banken vormde. Iets waar de westerse centrale banken niets tegen kunnen doen, op straffe van ontmaskering van het Ponzi-schema dat zij nu al meer dan twaalf jaar gaande houden. Het heeft een zekere poëtische rechtvaardigheid, dat de verkrachting van de marktwerking door de westerse centrale banken door een land als China wordt gebruikt om zich alsnog een gerechtvaardigd deel van de wereldgoudvoorraad toe te eigenen.

China verscheept aangekocht goud zo snel mogelijk terug naar China, want niemand weet wat kan gebeuren als in de USA het besef doordringt van wat is gebeurd. Dat de Amerikaanse overheid zal proberen de hand te leggen op de in het land aanwezige goudvoorraden van andere landen is verre van denkbeeldig. China probeert dat voor te zijn, en geef ze eens ongelijk.

De terugkeer van de marktwerking
Niemand kan nog voorspellen wat voor ruilmiddelensysteem zal ontstaan na de ineenstorting van het huidige systeem van fiatgeld. Het zou op goud gebaseerd kunnen zijn, maar dat is verre van zeker. Dat die ineenstorting zal komen, staat wèl vast. We zijn al te ver op het pad naar verdoemenis om nog kosteloos op onze schreden te kunnen terugkeren.

Wat ook wel vaststaat, is dat de vrije markt opnieuw zal triomferen. Niet omdat dat vanuit een ideologisch perspectief terecht zou zijn, maar domweg omdat de vrije markt ouder is dan de theorieën die haar bestaan en instandhouding bepleiten. Geleide planeconomieën en aanverwante schijnzekerheidssystemen hebben de afgelopen eeuw overtuigend bewezen niet op zichzelf te kunnen bestaan zonder te eindigen met een grote crash. En dat is precies waar EU en USA met vaste hand op af koersen.

 

 

Eerder verschenen op Dagelijkse Standaard.