VVD schuifelt rond dividendbelasting
De dividendbelasting lijkt de eerste grote hindernis te zijn die het kabinet in de aanloop naar Prinsjesdag zal moeten zien te nemen. Er ligt een coalitieakkoord, maar de omstandigheden wijzigen zich bijna met het uur.
De ophef over het stoppen met heffen van dividendbelasting is al maanden groot genoeg, en het voorstel is bijzonder impopulair. Dat het de VVD in de peilingen weinig pijn doet is welbeschouwd geen argument: voor velen is de VVD het nieuwe CDA, de laatste peiler van een oude orde waarnaar stiekem terug wordt verlangd. Dat 20% van de Nederlandse bevolking niet eens overweegt nadrukkelijker te kijken naar de politieke strapatsen van Rutte & co is wat dat betreft veelzeggend. Al lijkt het nog niet geheel tot het CDA doorgedrongen, dat als zij de VVD pijn wil doen, zij electoraal naar rechts zal moeten trekken. Op links ligt voor de christendemocraten slechts een electorale woestenij.
Maar andere partijen zijn minder gelukkig gezegend met een kritiekloze aanhang dan de VVD, en daar begint men de pijn te voelen. Ook als de argumenten oneigenlijk zijn, maar voor het publiek redelijk over komen. Het isoleert de positie van de premier, en dat is het enige politieke risico dat Rutte zich op dit moment eigenlijk niet veroorloven kan. Daar voor is het zetelaantal van zowel zijn partij als van zijn coalitie te krap. Afgelopen vrijdag begon Rutte daarom een voorlopig voorzichtige terugtocht met de belofte:
de burger draait niet op voor schrappen dividendbelasting
Dit is een vrij bizarre uitspraak op dit moment, want als het gaat om vervangen van belastingen die direct van het (zogeheten) grootkapitaal worden betrokken, is de burger het enige alternatief. Dat Rutte nu beweert dat de rekening bij aandeelhouders van (kleinere, H.) bedrijven moet komen te liggen is een klucht. Niet alleen zal deze groep de rekening (via die bedrijven) prompt doorschuiven naar ‘de burger’, maar wat het belang is van het vrijstellen van enorme bedrijven als Shell en Unilever ten koste van de er onder zittende segmenten valt niet uit te leggen. Het voordeel voor de Nederlandse natie is in ieder geval minder dan nul.
De argumentatie dat er komend jaar meer dividendbelasting wordt verwacht dan de 1,4 miljard waarover oorspronkelijk gesproken werd is overigens ondeugdelijk. Wie met de opbrengst van belastingen wil rekenen moet uit gaan van langjarige gemiddelden. Het is op dit moment vooral een emotioneel argument, maar daarmee ook iets waarmee de VVD moet oppassen omdat het de suggestie wekt dat et vooral ten koste zal gaan van de rank en file van die partij. Dat de linkse partijen nu de trom van gederfde inkomsten roeren illustreert hoogstens dat Rutte’s poging de dividendbelasting af te schaffen een weinig intelligente was. Nogmaals Elsevier:
De VVD, pleitbezorger van het schrappen van de dividendbelasting, erkent dat het aankondigen van de maatregel ‘dramatisch’ is geweest. Zo kwamen premier Mark Rutte en minister van Economische Zaken Eric Wiebes (beiden VVD) in april onder vuur te liggen toen ze in een ellenlang debat het bestaan van memo’s over de afschaffing – de premier ontkende eerder nog dat die er waren – moesten verdedigen. Ondanks een motie van afkeuring overleefde het kabinet het debat.
Is het echt een terugtocht? Dat moeten we afwachten. Voorlopig is het niet meer dan het openen van een eventueel muizengat:
Vrijdag, tijdens Rutte’s eerste persconferentie sinds het zomerreces, wilde de premier niet antwoorden op vragen over de toegenomen kosten van de afschaffing: ‘Ik vind het netjes dat we op Prinsjesdag (dinsdag 18 september, red.) met het hele beeld komen.’
Want:
… denkt de VVD niet dat er veel ophef over het besluit zal ontstaan. ‘Volgend jaar heeft niemand het er meer over,’ citeert de Telegraaf een (opnieuw anonieme) minister van de partij. Die zou bovendien teleurgesteld zijn dat er in media ‘een Oranjegevoel’ zou ontbreken, terwijl de maatregel de internationale concurrentiepositie van Nederland juist ten goede zou komen.
Maar het probleem van de VVD is dan ook niet haar eigen achterban, maar die van haar coalitiepartners D66 en CDA. Die staan in de peilingen beide op een verlies van een derde van hun aanhang ten op zichte van de verkiezingen van 2017. Zeker voor D66 geldt dat de partij zich nauwelijks veroorloven kan – na eerdere drama’s over de intrekking van de referendumwet en aanverwante zaken – ook dit zo maar te laten passeren.
Waren de kamerleden maar Onder last of ruggespraak gekozen…….
Nu zitten we met apparatsjiks die verkozen zijn opde slippen van de lijsttrekker.
Zonder dus
Hoe is het toch mogelijk dat de met afstand grootste leugenaar van .NL ,zo dichtbij de staatsruif zit.