Revoluties en de sociale en familiale verbanden
Of het u bekend is weet ik niet, maar revoluties zijn slecht voor de familiebanden. Ook dat is een reden dat revolutionairen er hun eigen mores op na houden.
Het is een van de meest pregnante (pun intended) verschillen tussen revoluties van links en van rechts. Rechtse revoluties (hoewel echte relatief zeldzaam zijn) neigen er toe de maatschappelijke banden te willen versterken. Voor linkse revoluties zijn familiebanden juist echter vaak een belemmering voor de sociale hervormingen die men beoogt. Een breuk in de familiebanden dient derhalve het doel dat men nastreeft. Het wordt ook kenbaar in de iconografie van revoluties:
Met als hilarische voetnoot wat ik aantrof tijdens het selecteren voor het plaatje van de Marianne: een gekuiste EU-versie, waarbij het beroemde schilderij van Delacroix wreed werd verkracht:
Daarmee onbewust óók illustrerend hoezeer de EU een verkalkt denkend instituut geworden is. Er zal wel een feministisch of islamitisch argument voor gevonden zijn, en ze zal binnenkort dus ook wel een ander kleurtje krijgen. Maar dit verder terzijde.
Minder bekend is dat ook de eerste jaren na de Russische revolutie ietwat losbandig waren. Naarmate de communistische staat echter dieper wortelde, werden ook de sociale normen weer strakker. In haar laatste jaren was de Sovjet-Unie juist berucht om haar puritanisme; onder het communisme zou er geen reden meer bestaan voor prostitutie, zodat die papieren werkelijkheid ook in de praktijk werd afgedwongen – dat probeerde men althans.
Over de seksuele vrijheden die met name studenten zich veroorloofden in de periode van ’68 wordt nog steeds gemonkeld. het illustreert dat ook al leek een omwenteling niet plaats te hebben (we zitten nu met de uitgestelde effecten er van, dus is de constatering dat ze niet slaagde aanvechtbaar), een te strakke moraal door een revolutionair elan ook onder druk komt te staan.
Maar omgekeerd werkt het echter óók! Als de maatschappelijke banden losser worden door sociale ontwikkelingen (zoals het mannentekort als gevolg van de vele gaten in de populatie na de Eerste Wereldoorlog) is een grotere losbandigheid eveneens gegarandeerd. Lees daarvoor een aantal boeken van de Amerikaanse journalist Henry Miller uit zijn periode in Parijs (Quiet days in Clichy en Under the roofs of Paris zijn de meest notoire, de Keerkringboeken zijn daarbij vergeleken tamelijk tam.).
Zo ziet u maar dat de huidige revolutiesfeer nauw verbonden is met de drang tot sekseverandering en met wat daarmee samenhangt, aangezien het familiebanden ten minste onder druk zet. Uiteindelijk is dàt de lakmoesproef. Tegelijkertijd zie je terug dat zowel feministen als islamisten feitelijk een conservatieve revolutie nastreven, waarin de seksuele moraal sterker wordt gelimiteerd tot wat zij willen toestaan. Wat uw perspectief op bepaalde revolutionaire uitingen zou moeten wijzigen.
Revoluties en wat daarbij komt kijken zijn echter nooit vrij van dergelijke processen, en het is daarom dienstig ze in de gaten te houden. Wanner de familieband onder druk komen, zitten revoluties in de lucht.