DE WERELD NU

Politiek – zin en waanzin van lijsttrekkersverkiezingen

hoe een parlement de democratie af schaft

Als mijn Twittertijdlijn me vandaag niet had gewaarschuwd dat ook de uitslag van de lijsttrekkersverkiezing van de PvdA vandaag bekend wordt, had ik het volledig kunnen missen. Een politiek non-issue. Toch valt er wat over te zeggen.

Lijsttrekkersverkiezingen – het klinkt mooi. Dat de PvdA het vooral deed om aandacht van de kiezers te krijgen, omdat niemand zich over hun standpunten kan opwinden of zich er mee identificeren, is een bijzonder treurig feit dat te weinig wordt geconstateerd. Want nu we aan het eind van een paar bijzonder vervelende weken eindelijk op de eindstreep afgaan, moet naast een zucht van verlichting tevens een analyse van dit fenomeen zonder geschiedenis en met evenveel toekomst het licht zien. Daar gaan we.

Principieel klinkt het natuurlijk prachtig, lijsttrekkersverkiezingen. Partijleden die inspraak krijgen in wie hun partij aanvoert. Maar om verrassingen uit te sluiten kregen een paar leden die zich aanmeldden te horen dat ze niet aan het profiel voldoen. Exit de mogelijkheid om een soort Corbyneske uitslag te krijgen. Dat is misschien begrijpelijk vanuit de leiding van de partij, maar daarom is het nog niet goed. Doordat Monasch aan zag komen dat hij eigenlijk als ongewenst buitenbeentje en onder strikte begeleiding toch – maar met tegenzin – aan de verkiezing mocht deelnemen, stapte hij met veel misbaar op een publicitair handig moment op. De vraag of hij zelfs echt partijleider van de PvdA had willen worden heeft niemand gesteld, maar was gerechtvaardigd.

Wat resteerde was een interne debattenreeks tussen de straatvechter uit Leiden en de zalf uit Amsterdam, die elkaar weinig toegaven wat betreft standpunten, en – om de keus voor de leden wat makkelijker te maken – begonnen te zeuren over wat afgelopen vier jaar al dan niet beter had gekund. Een beetje alsof er achter de schermen iets gebeurde wat niet van buiten af te raden viel. De zalf zal wel winnen, want dat de Nederlandse bevolking op Samsom uitgekeken is geloof ik zó ook wel. En zoals gewoonlijk is een lijsttrekkersverkiezing gespitst op het uithangen van het meest aantrekkelijke uithangbord. Ook daarom is het curieus dat men het niet gewoon aan Maurice de Hond uitbesteedde.

Er komt nog iets bij. De PvdA heeft plotseling onuitgesproken de draai gemaakt naar een leiderschap met een beperkt mandaat. Een in tijd beperkt mandaat. Want het mandaat van Samsom als leider blijkt nu te zijn beperkt tot de komende verkiezingen. Dat daarmee tevens het principe van een lame duck in het leiderschap wordt geïntroduceerd had niemand zich gerealiseerd, maar gisteren was daar ineens de tot op heden volslagen onbekende Marith Volp, die nu nog acterend partijleider Samsom de pin op de neus zette over de boycot van PVV-voorstellen over een motie die verder door de hele Kamer werd gesteund.

Natuurlijk, het was er politiek het juiste moment voor, ook tactisch. Want niet alleen is Samsoms de gaande man, maar tevens kan de coalitie met nog maar 75 officieel steunende Kamerleden zich echt niet veroorloven formeel nog een Kamerlid te verliezen. Als is zo kort voor de verkiezingen de val van het kabinet vooral een schop tegen de schenen van Rutte, en een sterk kortwieken van de laatste restjes macht van het parlement omdat de regering hoe dan ook nog wel enige tijd demissionair door moet, en dan dus niet meer zo makkelijk door de Kamer kan worden teruggefloten.

Zo’n leiderschap met een beperkt mandaat is in de Nederlandse verhoudingen eigenlijk uniek, en het tekent de verwachting van veel politieke analisten dat daaraan geen aandacht wordt besteed. Het leiderschap van Nederlandse politieke partijen is sowieso troebel, omdat het er vaak op neerkomt dat iemand leider is tot hij via een onduidbaar intern systeem wordt uitgedaagd c.q te horen krijgt dat het tijd wordt te gaan. Je zou bijna denken dat leiderschap binnen de Nederlandse verhoudingen met achterdocht bekeken wordt. De lijsttrekkersverkiezingen van de PvdA lijken geen reclame te zijn daar verandering in te brengen. Zeker niet aangezien het een volgende keer niemand meer zal kunnen schelen wie die margepartij zal moeten aanvoeren.