Politiek – PvdA & democratie: een schijnvertoning
Nu de verkiezingen toch verloren zijn, komt er ook uit de hoek van de PvdA meer informatie hoe het nu allemaal liep binnen het huishouden van de PvdA. Daar wordt je niet vrolijk van. Politiek met een kleine p.
Allereerst de basis van het verhaal.
Dat de geschiedenis Samsom gelijk heeft gegeven is een te sterke constatering, maar dat Asscher de PvdA geen goed heeft gedaan valt desalniettemin moeilijk te ontkennen.
Maar interessanter is het gewriemel achter de schermen. Dat het al lang niet meer om de standpunten maar steeds meer om de poppetjes gaat was al langer duidelijk – iets waar men in progressieve kringen dertig jaar geleden nog laatdunkend over naar Amerika wees. Zo’n Reagan, dat moest je toch niet willen. DE achterkamertjes hadden het er maar weer druk mee:
In de aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen van vorige maand speelde zich een machtsstrijd af binnen de PvdA, schrijft NRC. Lodewijk Asscher, partijvoorzitter Hans Spekman en minister Jeroen Dijsselbloem bespraken samen met Samsom of hij lijsttrekker kon blijven (vet van Hannibal).
De PvdA-leider was op dat moment niet populair bij de achterban. Hij wilde wel graag door en was daarom voorstander van interne verkiezingen. Daar kwam hij later van terug. Hij dacht dat een strijd tegen Asscher schadelijk zou zijn voor de partij. Samsom vroeg Spekman af te zien van verkiezingen, maar die hield voet bij stuk.
Wie ooit een onderzoek zou willen doen waarom een lijsttrekker vijftig jaar terug verkiezingen kon verliezen zonder er door zijn partij te worden uit gegooid, ziet hier het antwoord. Wie door de kiezer besmet is verklaard hoeft tegenwoordig nooit meer terug te komen, en zal in de coulissen en de portrettengalerij worden bijgezet. En erger, getuige dit citaat uit het betreffende NOS-artikel, de partijtop zal wel bepalen wanneer het moment om te vertrekken daar is. Tweede kansen? Dat is iets voor criminelen. Een moderne partijtop koerst op de peilingen – wat partijleiders verder ook beweren:
Samsom wilde graag lijsttrekker blijven en was in eerste instantie voorstander van een lijsttrekkerschapsverkiezing. Maar na de zomer begon hij terug te krabbelen. Volgens hem zou een strijd met Asscher schadelijk uitpakken voor de partij. Hij vroeg Spekman om af te zien van nieuwe verkiezingen. Toen hij daarvoor geen steun kreeg, kondigde Samsom zijn kandidaatschap aan, tot grote irritatie van Asscher, Spekman en Dijsselbloem. Zij zouden van mening zijn dat Samsom zich daarmee niet aan de afspraken hield.
Dat beeld van een broedermoord door Asscher, zoals het Teletext-berichtje hierboven probeert te ontkrachten, wordt echter dus eenvoudig bevestigd. Maar ook als Asscher aan Samsoms verzoek gehoor gegeven had, was het allemaal achterkamertjesgekonkel gebleven. Want zoiets komt maar al te vaak neer op de deal dat Samsom op zijn beurt Asscher zou steunen als zijn tijd ‘echt’ gekomen was. Wie dit spel in de gaten houden wil kan op dit moment terecht bij de Amsterdamse PvdA, zo ongeveer de laatste partijafdeling waar een dergelijk gevecht nog ergens over gaat tegenwoordig.
Waarom de PvdA echt dood is? Joost Niemöller schreef er gisteren een dodelijk stuk over, dat des te dodelijker was door de illustratie met uitingen van drie wegvallende Kamerleden die klip en klaar maakten dat ze geen idee hebben wat hen getroffen heeft. Ik leen van Joost een citaat van Jeroen Recourt:
Mensen vinden ons best sympathiek, maar ze weten niet waarom ze juist op de PvdA zouden stemmen. Wij hebben als PvdA-fractie de afgelopen jaren onvoldoende laten zien waarom we ook voor de toekomst relevant zijn.
Best sympathiek!! Is dat een basis om politieke keuzes op te maken? Dit valt in de categorie ‘U lacht zo lief’ en ‘hij heeft een lekker kontje/koppie’. Dat mensen er besluiten mee nemen is ernstig genoeg, dat een Kamerlid verbaasd is dat het geen criterium bleek is dramatisch.
Dat Ahmed Marcouch een ingestudeerde riedel afdraait is kenmerkend voor de man (en zou zeer te denken moeten geven over wat hij nog meer te berde brengt), en het gemekker van Mei Li Vos is nooit serieus te nemen geweest (je krijgt wel eens het gevoel dat men haar vooral behouden heeft om Wouter Bos bij gelegenheid mee om de oren te slaan – hij was verantwoordelijk voor haar rekrutering). Maar van Recourt zou je beter mogen verwachten – de bubbel van PvdA-hoopvolheid op betere tijden en banen heeft hem echter al geconsumeerd.
Bovenstaande laat zien dat het aanblijven van Asscher mogelijk de laatste grote strategische fout is die de PvdA maken kon. En met volle overtuiging… enfin, business as usual daarom.