Oostenrijk kiest Groene of FPÖ-president
Enige ontsteltenis in Oostenrijk gisteravond. Na telling van alle stemmen bij de eerste ronde van de presidentsverkiezingen bleek de kandidaat van de rechtspopulistische FPÖ met 36,4% te hebben gewonnen. Met op de de tweede plek de voormalige leider van de Groenen met circa 20%.
Op 22 mei is de eindronde tussen de kandidaten die zondag het beste scoorden. Dat betekent dat voor het eerst sinds 1945 geen der beide traditionele volkspartijen de president zal leveren. De kandidaten van ÖVP en SPÖ behaalden elk slechts zo’n 11%, en kwamen daarmee pas op de vierde en vijfde plek. Er was nog een onafhankelijke kandidate, die op 18,5% eindigde.
Niemand in Oostenrijk had dit zien aankomen – het klinkt steeds bekender. Het samenwerken van traditionele volkspartijen die bekend stonden als eeuwige tegenpolen – zoals ÖVP en SPÖ – roept nu eenmaal veel terechte achterdocht op bij het electoraat. Gemeenschappelijke programma’s van dergelijke partijen roepen hun eigen oppositie op, zodanig zelfs, dat ze daarmee hun eigen krimp versnellen. Het is een proces dat door geheel Europa al enige tientallen jaren gaande is, maar in Oostenrijk noemt men het nu ‘onverwacht’.
Dat wordt vanzelfsprekend een vieze campagne, de komende vier weken. Nu al klinken kreten dat de FPÖ de afkeer van vluchtelingen uitbuit. De naam Kurt Waldheim zal vaak vallen in verband met de isolatie die Oostenrijk ten deel viel gedurende diens presidentschap. Het roept de vraag op in hoeverre het staatspresidentschap van politiek belang is, en het nuchtere antwoord kan alleen luiden: nauwelijks. Maar aangezien een staatshoofd een visitekaartje is, een uithangbord, zal er altijd naar de nieuwe president worden gekeken op en manier waarop de kiezers dat wellicht niet bedoelden.
Die kiezers namen gewoon de eerste de beste gelegenheid te baat om aan te geven dat de stroom asielmigranten die Oostenrijk passeert hen zorgen baart. Dat kan politici niet bevallen, maar er is wel meer dat politici niet bevalt aan wat het electoraat wil. Maar wie zich niet schikt naar duidelijke uitspraken van de bevolking kun je echt geen democraat noemen. Heel ingewikkeld is dat niet. Wie het beter wil uitleggen dient daar de eerstvolgende gelegenheid maar voor te baat te nemen.
Een groene socialist of een nationaal-socialist: lood om oud ijzer.
“Niemand in Oostenrijk had dit zien aankomen”.
Tja de gelIjkgeschkelde media zijn de dood in de pot voor de democratie, ze houden zelfs de opdrachtgevers en de uitvoerende inktkoelies voor de gek.
Best een eigenaardig fenomeen, als je de leugens maar vaak genoeg herhaald, ga je er toch ook zelf in geloven.