Kabinet capituleert – staatssecretarissen zeggen op
De drie staatssecretarissen die tegelijk lid van de Kamer bleven, hebben op aandrang van het kabinet hun Kamerlidmaatschap opgegeven.
De simultane verklaring vandaag, zo kort na de ophef van de afgelopen weken, illustreert dat nu vanuit het kabinet wordt georkestreerd hoe er wordt gereageerd op de uitspraak die de Raad van State deed over de vraag vanuit de Kamer over het dubbellidmaatschap van de drie van Kamer en regering. De nieuwe Kamervoorzitter Bergkamp had dat aanvankelijk toegedekt, maar krijgt op deze wijze vandaag indirect een vermaning.
De staatssecretarissen Yesilgöz, Wiersma en Van Weyenberg geven hun Kamerzetel op. In een brief aan Kamervoorzitter Bergkamp verwijzen ze naar het advies van de Raad van State van gisteren.
De drie werden in maart alle drie gekozen in de Tweede Kamer. Toen ze later werden benoemd tot staatssecretaris in het demissionaire kabinet, bleven ze die functies combineren.
De essentie van de kwestie was:
Over de vraag of die combinatie grondwettelijk wel mag, ontstond veel discussie. De Kamer vroeg de Raad van State daarop om advies. Die concludeerde gisteren dat er “onvoldoende grond is om te constateren dat er strijd is met de Grondwet”, maar de Raad noemde de gang van zaken ook ongelukkig. Volgens het advies lijken de “grondwettelijke complicaties van de benoemingen niet tijdig en niet voldoende grondig te zijn onderkend’.
Het is een vermaning aan zowel voorzitter Bergkamp als aan het kabinet, dat hiermee te luchthartig is omgegaan, aldus de Raad van State. Dat de RvS dit samengaan van functies omschrijft als ‘ongelukkig’, en niet eenvoudig als ingaand tegen de grondwet, zal er ook mee te maken hebben dat de Kamer formeel de enige bevoegde instantie is om interpretaties van de grondwet te geven in het Nederlandse staatsbestel. Het laat opnieuw zien dat ons land behoefte heeft aan een Constitutioneel Hof, om in zaken als deze eventueel vlot uitsluitsel te geven. De RvS refereerde aan die positie ook in zijn advies aan de Kamer:
De Raad vindt dat het aan de Tweede Kamer en niet aan het kabinet is om hierover te beslissen, “want alleen de Tweede Kamer gaat over het lidmaatschap van de Kamer”.
Dat leidt mogelijk tot complicaties die premier Rutte niet zal zien zitten, zodat herkenbaar (en Ruttiaans) de bewindslieden vriendelijk doch dringend werd verzocht hun boeltje in de Kamer op te doeken.
Yesilgöz, Wiersma en Van Weyenberg schrijven dat het advies hen ertoe brengt hun Kamerzetel per direct op te geven. Ze noemen het stuk van de Raad van State evenwichtig. De Kamer zou dan een debat moeten houden over “de fundamentele vraag over het toetreden van Kamerleden tot een demissionair kabinet” en niet over de individuele benoeming van de drie.
De hoeveelheid tussentijds nieuwe bewindslieden maakt deze aanpak ook eenvoudiger, en voorkomt dat in de kamer een partijpolitiek debat ontstaat, dat volgens kabinetslijnen wordt beslist. Terwijl dit nu juist bij uitnemendheid een zaak is die volgens staatsrechtelijke principes moet worden geregeld. En je hoeft geen diepe denker te zijn om te beseffen dat de gang van zaken zoals die zich ontwikkelde niet zuiver was.
Het was derhalve aan het nog zittende kabinet om in deze zaak te capituleren. Het is wel zo goed dat dat ook is gebeurd.
Je zou dit ook een hard oordeel van de @RaadvanState kunnen noemen, maar de verwachtingen van de politiek zijn inmiddels zo laag dat het al als mooi meegenomen geldt wanneer van een flagrante schending van de grondwet geen sprake is. (Bron: https://t.co/rt0luEFsRj ) 1/3 pic.twitter.com/9zvQKAvF12
— Kustaw Bessems (@KustawBessems) September 1, 2021
Er werden gisteren nog wat meer tikken uitgedeeld (Wim Voermans is hoogleraar staatsrecht in Leiden):
Ik kan redenering #RvS over artikel X3 Kieswet in voorlichting 1/9 over verenigbaarheid Kamerlidmaatschap & staatssecretariaat niet volgen: “ongelukkig” of niet, art. X3 is geldend recht en zonneklaar (en past ook prima bij art. 57 Gw) pic.twitter.com/ZkG5wdcBEe
— Wim Voermans (@wimjmvoermans) September 1, 2021
En, belangrijk:
"De vraag is niet of de democratie aan een zijden draadje hangt. De vraag is of de draad dunner of dikker wordt, en hij is dunner geworden", zegt voormalig informateur Herman Tjeenk Willink. #Nieuwsuur pic.twitter.com/kYXppfBXGE
— Nieuwsuur (@Nieuwsuur) September 1, 2021
Enfin, de formulering van de Raad van State zette een luikje open voor een elegante reactie, en die is vandaag ook gekomen. Bovendien is het een precedent waar men in de toekomst niet omheen zal kunnen.
Zo kennen we de politieke criminelen weer.
Je aan de wet houden is optioneel, alleen als je er geen last van hebt, als het uitkomt of als er ophef ontstaat.
Geen eer, geen moraal en geen geloofwaardigheid, maar dieven en leugenaars.
@ Fran. 2-9-2021 om 11.47 u.
Helemaal met u eens.
“Den Haag” = een grote criminele rotzooi.