Israël bestaat – Lieglasteren over de Palmaffia’s
Victor Onrust heeft bedenkingen bij de bespreking van “Israël bestáát” vorige week door Kees Broer. Met deze bespreking hoopt hij het boek meer recht te doen.
Nut en absolute noodzaak van Israël Bestáát wordt door Wim van Rooy in zijn voorwoord goed samengevat:
Het narratief over Israël is zo verwrongen en bevooroordeeld en de modale kijker van het tv-journaal dermate eenzijdig geïnformeerd -als het werkwoord informeren hier nog van toepassing is – dat hij of zij zich bijna verplicht voelt partij te trekken voor de door zijn strot geramde ‘underdog’, wiens leugenachtige verhaal larmoyant in de verf wordt gezet. Altijd weer opnieuw het verhaal van de Palestijnse vluchtelingen, en de meer dan honderd resoluties erover in de VN sinds 1949, maar nooit dat van de negenhonderdduizend Joden die vanaf 1947 uit Irak, Egypte en Syrië moesten vluchten, met achterlating van have en goed, als ze al niet in een pogrom vermoord werden, en die zich in Israël en in andere landen settelden, zonder compensaties. Het is maar een voorbeeld.
Het boek staat ook online – overigens moeizaam navigeerbaar – dus u kunt daar verder lezen. De auteur kondigt aan veel in Multatuliaanse herhaling te vallen en daar is geen woord van gelogen. Gelukkig gebeurt dit met enige zelfspot waardoor het nog net verteerbaar is.
In dit boek worden twee termen van eigen maaksel veel gebruikt. Lieglasteren lijkt duidelijk genoeg. Palmaffia(‘s) behoeft enige toelichting. De auteur toont op veel plaatsen aan dat “het Palestijnse Volk” ofwel de “Palestijnen” zoals dat permanent in het “Palestijns-Israëlisch” “conflict” ten tonele wordt gevoerd een fictie is. Een andere aanduiding voor deze verzameling individuen is daarmee geboden en aangezien ze zich vooral kenmerken door een permanente misdadige terreur tegen Israël en de Joden is de associatie met maffia niet vreemd. Toch wringt het, aangezien de maffia niet uit is op omverwerping van de staat of verovering daarvan, maar in het belang van de eigen groep uit is op illegaal gewin. Ik geef toe dat iets als Palterrors of Terreurpally’s minder lekker bekt.
H(oofdstuk) 1. Wie is toch de auteur van dit prachtboek?, is een sympathieke en ook wel humoristische autobiografie, die overigens beter aan het eind had kunnen staan als beloning voor degenen die de eindstreep van dit prachtige maar ook wel taaie boek gehaald hebben.
H 3-8 geven een goed en gedetailleerd overzicht over ontstaan, bestaan en legitimiteit van Israël van 1880 tot en met 2020. Vooral de belangrijke periode 1920-1950 wordt goed gedocumenteerd en uitgebreid behandeld. Behandeling van De Jom Kippoer oorlog van 1973 ontbreekt. H 9 is geheel gewijd aan het weerleggen van de beschuldiging van apartheid. H 10 aan de weerlegging van de beschuldiging van “genocide” in 1948 in het dorp “Deir Yassin”, misschien wat overdreven voor een apart hoofdstuk.
In H 2 wordt het “lieglasteren” van de media kort beschreven. Wat te kort zelfs, gezien de vele blogs die Pennings daar terecht aan gewijd heeft, bijvoorbeeld de achtdelige serie Raoul Heertje gaat namens de NPO kritisch naar Israël kijken. Gelukkig! Eindelijk eens een ander geluid! . In H 11-13 worden de “intellectuelen” waar de media op steunen aangepakt. Zeer uitgebreid in de vorm van een filering van “Mijn Beloofde Land” van Ari Shavit (2013) in H 11-12 en “Israël – een onherstelbare vergissing” van Chris van der Heijden (2008) in H 13. Dit laatste wordt door Pennings in de inleiding als volgt aangekondigd:
Heel veel woorden zijn bijvoorbeeld gewijd aan een kritiek op het lieglasterboekje van Chris van der Heijden: “ISRAËL – een onherstelbare vergissing” (2008) dat een belangrijk hoofdstuk van mijn boek vormt. Zonder die close-read-filering van deze Israël-irrationalist zou dit boek vele pagina’s minder hebben kunnen tellen. Het voordeel van die filering is overigens dat de lezer een tweede keer een soort korte geschiedenis van Israël krijgt voorgeschoteld maar dan via het chronologisch weerleggen van die lieglaster. Een topdeskundige inzake Israël als ikzelf vond het zelfs heel leerzaam. Dat het boek van Van der Heijden een juiste keus was, blijkt uit het feit dat nu in de meidagen van 2021 de terreur van Hamas weer voluit op Israël neerdaalt en Israël gedwongen is te antwoorden, de centrale stelling ervan steeds meer als ondertoon in de nee-mainstream-pers weerklinkt: Israël heeft eigenlijk geen recht van bestaan.
Prachtig allemaal, maar dit had wel een onsje of twee korter gekund zonder al te veel schade aan de inhoud. Ik moet toegeven dat ik, moe van de vele herhalingen en reeds bekend met het schrijven van Pennings, hier en daar wat heb overgeslagen.
Antisemitisme
Wat Van der Heijden betreft vraagt Pennings zich aan het begin van dit hoofdstuk af of die een antisemiet is. Aan het eind volgt geen antwoord op deze vraag. Ik ben zo vrij om deze vraag bevestigend te beantwoorden. Het antizionisme is dé (post)moderne vorm van antisemitisme en daarmee is van der Heijden een antisemiet. Ook op veel andere plaatsen wordt er terecht van antisemitisme gesproken.
Hier lijkt een lacune in het boek. Het islamitische antisemitisme komt aan de orde als een opsomming van kenmerken. Het (post)moderne westerse antisemitisme komt ook aan de orde maar wordt evenmin geanalyseerd. Dat lijkt mij wel van belang, aangezien het een onderdeel van de verklaring is voor het succes van het antizionisme. Ik veroorloof mij een uiteenzetting.
De “wereld” heeft een vijand nodig. En sinds het begin van de 20e eeuw is die wereld-vijand de Jood. Het antisemitisme is met de Protocollen van Zion geëvalueerd van beschuldigingen van eenvoudige slechtheid zoals kindermoord naar een bedreiging van de wereldorde en daarmee een bedreiging van de individuele natiestaat.
Daarmee komt het moderne antisemitisme dicht bij het islamitische antisemitisme, dat in het niet-geloven in Allah een bedreiging ziet voor de gewenste islamitische wereldheerschappij. Een bedreiging die groter is dan die van ongelovige christenen omdat er in het jodendom sprake is van uitverkorenheid en ook wel van oudtestamentische strijdbaarheid in plaats van christelijke weekheid. Misschien zijn die elementen wel door de islam overgenomen.
Hoe de constructie van het moderne antisemitisme met het ontstaan van de Protocollen van Zion plaats heeft gevonden wordt meesterlijk uiteen gezet door Umberto Eco in De Begraafplaats van Praag (2011). De fictieve hoofdpersoon Simonini verzint de “Protocollen van Zion” die gezien kunnen worden als het handboek van het moderne antisemitisme. De Russische geheim agent Rachcovsky die Simonini aanzet tot de voltooiing van de Protocollen geeft op pagina 380 goed aan wat de kern van het moderne antisemitisme is en hoe dat antisemitisme bruikbaar is voor de macht.
… ik kan de brave Russische onderdaan niet vertellen dat de Joden op de Messias wachten, want dat is iets wat noch de moezjick noch de grootgrondbezitter ook maar iets interesseert. Als ze op de Messias wachten, dan moet dat worden verklaard in relatie tot hun portemonnee.
Maar waarom richt u uw pijlen speciaal op de Joden?-
Omdat er in Rusland Joden zijn. Als ik in Turkije was, zou ik mijn pijlen op de Armeniërs richten. …
Ik wil de Joden niet vernietigen, ik zou zelfs durven beweren dat de Joden mijn grootste bondgenoten zijn. Mij gaat het om het moreel van het Russische volk: ik wil niet – of beter, de mensen die ik wil plezieren willen niet – dat het volk zijn ontevredenheid projecteert op de tsaar. Dus heeft het een vijand nodig. Het heeft geen zin naar vijanden te zoeken onder weet ik het, de Mongolen of de Tataren, zoals alleenheersers in het verleden dat deden. Om herkenbaar en schrikwekkend te zijn moet een vijand zich in ons eigen huis bevinden, of op de drempel er van staan. Vandaar dat ik de Joden heb gekozen. De Goddelijke Voorzienigheid heeft ze aan ons gegeven, laten we ze dan goddomme ook gebruiken, en laten we bidden dat er altijd Joden zullen zijn om te vrezen en te haten. Er is een vijand nodig om het volk hoop te geven.
Verderop nog meer uiteenzettingen onder andere de introductie van de wereldwijde macht van het Joodse kapitaal en de ondermijning van de volksgeest die aan de Joden wordt toegeschreven.
In A scary view on the roots of anti-Semitism wordt een algemene visie op de verhouding tussen het idealistische joodse geloof en “het volk” (inclusief Joden) als grondoorzaak gesuggereerd. Een uitgebreide beschouwing van Koen Haegens over het antisemitisme binnen links is te vinden in Antisemitisme, een oude bekende van links.
Het postmoderne antisemitisme dat zich verschuilt onder de vlag van antizionisme is een “terugval” in de zin dat Joden “slechts” als fascisten en racisten en niet meer als bedreiging van de wereldorde worden afgeschilderd. De Palmaffia’s zelf blijven overigens het nieuw-ouderwetse Islamitische antisemitisme aanhangen.
Israël bestáát is een zeer noodzakelijk boek en zou eigenlijk tenminste tien jaar lang voorgeschreven literatuur in het hoger onderwijs in de gammawetenschappen moeten zijn, in ieder geval in de journalistenopleiding. En ook verplichte kost voor alle journalisten en redacteuren van de mainstream media die zich met berichtgeving over Israël bezig houden. Misschien iets voor Martin Bosma om daar een motie over in te dienen. Martien Pennings zou een fatsoenlijke beloning voor zijn nuttige werk moeten krijgen. Van de opbrengsten van dit boek, waarvan hij de uitgave zelf bekostigd heeft, zal hij dankzij de schurkachtige uitgever geen cent terugzien.
Deze recensie verscheen eerder op Wat te doen.
Martien Pennings – Israël bestaat en is de meest legitieme natie ter wereld
EAN – EAN9789464247572
Prijs €19,95
Aantal pagina’s – 284 pagina’s
Bestellen kunt u hier.
1 juli 2021.
De in de inleiding genoemde eerdere recensie van dit boek verscheen eerder hier.
Meer over Israël vindt u hier.
Goede, scherpe recensie.
De hoofdlijnen blijven :
– de Joodse geschiedenis in Israel en regio, is zo’n 4000 jaar oud.
– Israel is een erkende, democratische rechtstaat.
– De Westerse beschaving heeft joods-christelijke wortels.