Het structureel falen van EU-missies
Dertig wetenschappers uit tien landen onderzochten – gesubsidieerd door de EU – drie jaar lang de impact van de militaire EU-missies in zes landen: Afghanistan, Mali, Irak, Libië, Kosovo en de Oekraïne.
Conclusie: eigenlijk ging overal zo’n beetje hetzelfde verkeerd en bleek er ook geen begin van verbetering.
EUNPACK onderzocht niet de militaire activiteiten, maar wat er op de EU-burelen gebeurde en de perceptie van gewone mensen in de zes genoemde landen.
Volgens de onderzoekers ontbreekt elk lerend vermogen en is er geen institutioneel geheugen aanwezig – noch in Brussel, noch op de hoofdkwartieren in de diverse landen. En wordt daar ook niet aan gewerkt. Men moet dus iedere keer het wiel opnieuw uitvinden. Als gevolg daarvan zijn EU-ambtenaren en officieren de eerste tijd van hun verblijf ter plekke niet productief. Mede daardoor heerst de mentaliteit van ‘peace for our/my time’.
Daar bovenop komt dat men veel te oppervlakkig is qua beoordeling van de lokale politieke machtsverhoudingen. Men kijkt vooral naar het heden en zeer recente verleden, en niet naar feitelijke of ingebeelde historische oorzaken. Regelmatig blijkt men met de verkeerde machthebbers samen te werken. Bovendien dient men de noden van de bevolking veel meer op micro-niveau in kaart te brengen, in plaats van ‘one size fits all’. Er is meer:
- De buitenlandse dienst van de EU, EEAS zou niet de gebruikelijke diplomatieke generalisten moeten uitzenden, doch vooral specialisten.
- Überhaupt moet de EU zelf veel beter communiceren wat men daar eigenlijk komt doen. En zich realiseren dat de strijd tegen terrorisme en het indammen van migrerenden, vaak niet samen valt met de belangen van alle segmenten van de locals, die willen bijvoorbeeld vaak geen grenscontrole.
- De EU moet ook korte en lange termijn doelstellingen beter uit elkaar plukken, zeker in landen waar overheidsadministratie ontbreekt, en de regerende elite geen steun van het volk heeft.
Het valt op dat de EU minder normatief is, en dus praktischer, naar mate landen verder weg liggen. Voorts is een betere coördinatie nodig met andere (westerse) actoren, zodat dubbel werk wordt vermeden en bij de doelgroep geen ‘trainings-moeheid’ optreedt. Die anderen moeten zich er van bewust zijn dat de EU géén internationale organisatie is, doch een politieke wereldspeler. In het algemeen is de EU meer bekend wegens humanitaire hulp dan van ontwikkelingshulp of het herstellen c.q. creëren van een rechtsstaat.
Het tweede onderdeel van het onderzoek betrof de perceptie van gewone mensen en ‘stakeholders’ in die landen. Hieronder een rijtje losse bevindingen:
- In Mali bleek een giga-democratisch deficit: slechts de helft van de mensen die beroepsmatig met de EU van doen hadden èn van de mensen die werden geholpen, kon onder woorden brengen wat het nut van de EU daar was. Ook krijgt de EU de fouten van de Fransen in de schoenen geschoven. De mensen zeggen dat ze geen militairen, maar goed onderwijs willen, ze bedoelen LBO/MBO en jobs in landbouw en veeteelt. Vergelijk ook met de evaluatie van de NL militaire missie in Mali.
- In Libië is de insteek het tegengaan van illegale immigratie. Het opzetten van detentiecentra werd uitbesteed aan Libische autoriteiten; dit heeft flink bijgedragen aan de illegale economie en mensenhandel.
- In Irak gooide de EU de eigen ruiten in door te doen alsof het één land is zonder grote regionale (machts) verschillen.
- In Afghanistan was bij het opleiden van politieagenten het normale politiewerk geen onderdeel van het curriculum.
- In Kosovo en Servië organiseerde de EU een dialoog met lieden die volgens de bevolking in het cachot horen. De mensen daar vinden het niet juist dat de EU zich daar meer bezig houdt met stabiliteit dan met democratie, omdat dat ook een voorwaarde is voor het (vooralsnog door hun gewenste) lidmaatschap van de EU.
- Ook in de Oekraïne klaagt men dat doelstellingen zoals samenwerking en groei werden vervangen door (niet gedefinieerde) ‘stabilisering’. Bovendien had de EU de belangen van Rusland niet in de gaten, waardoor onder andere de strijd in de Donbass ontstond. Daar stelt een derde van de ondervraagden dat de EU geen effect had en de helft dat de EU de crisis heeft versterkt.
De onderzoekers verwijzen naar een eerder onderzoek in Somalië, waar het realiseren van staatsgezag ook niet erg lukt vanwege het voorbijgaan aan wat er lokaal speelt.
Er zijn sinds 1992 inmiddels drie dozijn militaire en civiele EU-missies geweest, zowel tijdens als na crises. De effectiviteit en het lerend vermogen van de EU blijken consequent zeer beperkt. En de gewenste impact ook. Het EUNPACK-onderzoek ging overigens niet over wat er allemaal mis ging op militair gebied.
De conclusie zou dus moeten zijn: stoppen. Maar bij de presentatie van de bevindingen van EUNPACK gedurende een tweedaagse conferentie bij CEPS (een aan de EU gelieerde denktank, waar vaak serieuze wetenschap wordt bedreven): was de ‘verrassende’ conclusie toch: méér militairen, méér geld en méér EU-bemoeizucht. Sterker nog: de EU zou nu ook preventieve militaire acties wensen. Een connectie tussen dit onderzoek en de politieke wenselijkheid was derhalve afwezig.
En dat heeft naar mijn mening te maken met de in andere landen geldende filosofie van het deontologisch deugen, waar noch eindresultaat noch collateral damage relevant zijn, in tegenstelling tot de in ons land vigerende ethiek. En men handelt alsof men nooit heeft gehoord van Kant’s en Weber’s Gesinnungs- en Verantwortungsethik.
Conclusie: de EU doet maar wat.
Dit artikel verscheen eerder op Polderland
Nicolette Geveke is correspondent Brussel voor Veren of Lood.
Een EU leger, net als de in de jaren ‘50 verworpen EDG, zal een faliekante mislukking worden, misschien wel succesvol bij het neerslaan van lokale opstanden met vreemde troepen binnen de tyrannie unie , maar naar buiten als opvolger van de imperialistische avonturen van Napoleon en Hitler, zal het een klucht blijken.
Een vergroot Frans ineffectief vreemdelingenlegioen.
Ik kijk op van de “EU-missies”. Laat ik nu altijd gedacht hebben dat dit soort missies onder de VN-vlag werden georganiseerd? Niet dat dat tot andere conclusies zou leiden, want de VN is, net als de EU, een wanstaltige bureaucratie vol met overbetaalde ambtenaartjes. Noch EU noch VN hebben een eigen leger, gelukkig en dat moet vooral zo blijven.
Titel doet EU eer bewijzen. Had moeten zijn: Het structureel falen van EU; ook bij missies.
Maar welke verwachtring kan je (men) hebben van politici en hooggeplaatste ambtenaren?
Bureaucraten geloven heilig in bureaucratie. Werkt de wet niet; meer wetten. Werkt beleid niet; meer beleidsplannetjes: Werkt militaire interventie niet; meer militairen. Werkt samenwerking niet; meer unificatie. Werkt het volk ons tegen; meer volk. Werkt propaganda niet; meer desinformatie.
Misschien gaat het ooit bij mensen dagen dat een perfecte bureaucratie – uiteindelijk – zichzelf opheft.
1. Dat “EU”-konstrukt is niet democratisch verkozen en niet staatsrechtelijk verantwoord,
tot stand gekomen.
2. Er is geen militair mandaat noch bevels-struktuur in dat konstrukt.
Zgn. “missies” zijn buiten-wettelijk; en in strijd met de wetten van de betrokken landen,
hier ; en elders : inmenging in andere landen.
3. Er is wel een verdrag inzake Nato.
4. V.N. mandaat is zeer twijfelachtig; komt vaak oneigenlijk tot stand.
5. Een door “EU” gesubsidieerd “onderzoek” : de slager wil eigen vlees keuren.
Het geheel is JURIDISCH ONAANVAARDBAAR.
EU-oplossing: meer.