Het CPB is een propagandamiddel
Ooit was het CPB voor de regering een handig instituut dat meerekende aan de voorspellingen die ministers deden over de economische toekomst van Nederland.
Bovenstaande is nog steeds zo. Ondanks dat de wereld (ook in Nederland) sinds de oprichting van het CPB oneindig veel complexer geworden is, is het CPB in stand gebleven, en heeft zelfs haar modellen verder verfijnd. Daarin zit al een tegenstrijdigheid, maar dat is niet mijn belangrijkste probleem met wat het CPB doet. Het hangt er wel mee samen. Die verdergaande modelbouw heeft politici de gedachte aan de hand gedaan dat het woord van het CPB een goed alternatief is voor Gods zegen op een verkiezingsprogramma.
Ergens in de jaren zeventig of tachtig ontstond de gewoonte dé ‘andere partij’ (het was de tijd van het grote links-rechts paradigma) tijdens verkiezingscampagnes om de oren te slaan met de berekeningen van het CPB. En wee het gebeente van de lijsttrekker voor wie het sommetje slecht uitpakte, een miljoentje meer of minder werd een halszaak.
Wat men vervolgens als minister allemaal aan financiële en maatschappelijke schade aanrichtte was maar zelden belangrijk – daar kraaide geen haan meer naar. Tijdens iedere verkiezingscampagne luisterde het kiesvolk blij en gelukkig naar de voorspellingen van de economische wichelaars – zonder zich ooit nog om de gevolgen te bekommeren. Dat laatste kwam immers bij de volgende verkiezingen wel weer.
Deze korte schets is ook de basis van de agitprop die gisteren over de Nederlandse kiezer-in-spé werd uitgestort. En ook de reden waarom ik het vanmorgen direct vertaalde naar een campagne die de NPO zelf voert. Met betekenisloze cijfers, maar geruststellend dat ze klinken!!
Anders is het dan ook niet. In een campagne waarin minstens twaalf partijen serieus kans maken op zetels – en voor meer moet worden gevreesd – hebben die cijfers al helemaal geen betekenis meer. Buiten de algemene betrekkelijkheid er van, ook nog eens omdat het systeem van berekening impliceert dat een partij in haar eentje in staat zou zijn te regeren. Zo werkt het in Nederland niet, en het heeft ook nooit zo gewerkt. Ewald Engelen (zag ik vanmorgen pas) legde de betrekkelijkheid van CPB-cijfers eerder deze week al uitstekend uit, al kun je het beslist oneens zijn over de belangrijkste reden van zijn bezwaren.
Wat belangrijk is om in het achterhoofd te houden, is dat het CPB een knoppenmodel levert. Door aan verschillende knoppen te draaien kun je uitkomsten krijgen die ‘kloppen’, maar met de werkelijkheid niets van doen hebben. Als controlemechanisme is het bij voorgenomen beleid voor de overheid wel degelijk nuttig, omdat je ongeveer een idee krijgt van wat je doen gaat. Maar zoals een bloem geen roos is, is het ook zinloos om toe te redeneren naar een gewenste uitkomst door die als eerste in te voeren, en daarna vervolgens net zo lang knopjes te manipuleren tot het ‘klopt’. Bovendien weet je vooraf dat het coalitieoverleg alle cijfers op slag zinloos maken zal. Engelen:
Maanden voor de partijprogramma’s worden vastgesteld, lopen de partijen de deur van het CPB plat om samen met de rekenmeesters hun plannen zo in te richten dat ze zo hoog mogelijk scoren. De modellen zijn bij vrijwel alle partijen leidend geworden. Het CPB bepaalt wat politiek haalbaar is en drukt daarmee een enorme stempel op het politieke landschap.
Geen wonder dat de directeur van het CPB gisteren glunderend antwoordde dat er heel wat te kiezen valt. Maar dat is alleen waar als een partij in staat zou blijken een meerderheid te halen. Wat het CPB levert is een fixatie om kiezers zich blind op te laten staren. En daarom vooral en eigenlijk alleen voor journalisten interessant.
Deze cijfers zijn dus vooral geschikt als agitprop, en dat lijkt nu nog de enige functie die het doorrekenen van de ideeën van partijen heeft. In plaats van het herijken van de verschillende verkiezingsprogramma’s wordt het hoog tijd het CPB te verbieden met dit soort exercities het politieke debat te beïnvloeden. Dat zou het bovendien kunnen stimuleren hun rekenmodellen eens tegen het licht te houden, want dit systeem begint destructief te worden.
Ja volgens het CPB is Nederland joepiejoepieland. Ook volgens Barbera Baarsma zoals gisteren in de wereld draait door te zien is Nederland joepiejoepieland. Ja voor de grachtengordel wel natuurlijk. Kom maar eens met deze holle frasen en statistiekjes bij een zich uit de naadwerkende zzper, bij een ontslagen 50-plusser, bij een boer, visser, winkelier die met beknellende treiterregels te maken heeft, of een bejaarde die steeds slechter wordt verzorgd. Met de verkiezingen in aantocht doet men even net alsof men naar voornoemde groepen luistert maar eigenlijk vind de grachtengordel dat men maar zanikt. Zo is het toch schijnheilige grachtengordelhuichelaars ? ! Wij plebs zij toch eigenlijk zeikerds omdat we niet zo succesvol zijn als jullie !?
Donder alsjeblieft op met je arrogante huichelarij. Bah bah.
Het CPB en CBS en andere corporatieve organen van de regering, zijn het gevolg van een compromis tussen de PvdA en de KVP.
Model stond het fascistische corporatieve model van Mussolini om middels overlegorganen de klassenvrede op te leggen en zo de klassenstrijd te blokkeren.
Het komt dus niet voort uit socialistische of communistische idealen, maar uit de wens deze te blokkeren, het is dus vanaf het begin een doel geweest de loonstrijd van de arbeidersklasse te frustreren, middels propaganda cijfers.
Nu is dat niet anders, en is het gericht op het afdwingen van een politiek die gunstig is voor de EU en de globalisten.
En het grootkapitaanatuurlijk!!!