Diplomafetisjisme en de papieren werkelijkheid
Het diplomafetisjisme van de overheid kent geen grenzen. Erger nog, ze gaat nu conclusies verbinden aan haar eigen papieren werkelijkheid.
Tegenwoordig zijn we bijna allemaal (minimaal de helft va de bevolking) hoog opgeleid. Betekent dat iets? Nee, niet meer. Het overheidsbeleid is er op gericht dat de helft van de bevolking die nu van school komt minimaal hoog opgeleid is, de andere helft wordt middelbaar genoemd. Bespottelijk, aangezien middelbaar dus het nieuwe laag is, men op deze wij ze een gedifferentieerd schoolsysteem heeft vereenvoudigd naar betekenisloosheid. Enfin. Maar minister Bruins gaat op basis van die papieren werkelijkheid nu rangen en standen aanbrengen in een van de weinige omgevingen waarin dat nooit functioneel is gebleken: de zorg.
Er is onrust binnen de beroepsgroep van verpleegkundigen, nu de Wet BIG II op tafel ligt. Verpleegkundigen met een hbo-diploma van na 2012, krijgen de nieuwe functie van regieverpleegkundige. Andere hbo’ers moeten daarvoor een toets maken. Verpleegkundigen die op het mbo of in de praktijk (‘in service’) zijn opgeleid, moeten zelfs terug naar school, in sommige gevallen voor jaren. Anders krijgen ze werk op een lager niveau.
De staatsomroep brengt dat vervolgens terug tot een kwestie van mensen die wel of geen nieuwe opleiding willen volgen. Is dat het probleem? Ik twijfel daar sterk aan. De zorg is primair een kwestie van ervaring en groei in je werk, aangevuld met vakmatige cursussen. Die vooropleiding van meer dan tien jaar terug is daarin niet relevant. Maar het ministerie wil nu klaarblijkelijk gaan hangen aan een eigen papieren werkelijkheid? Daar zal de zorg niet beter van worden.
De vraag die nooit gesteld wordt omdat met het papiertje van de eigen werkelijkheid elk debat wordt gesmoord, is in hoeverre opleidingen van voor 2010 zich laten vergelijken met die van daarna? Dat gesleutel aan hoog en laag middelbaar opgeleid maskeert een sterke devaluatie. Laat ik u herinneren aan het recente voorstel de eisen voor de PABO te verlagen omdat er te weinig lesgevend personeel te krijgen is (waarvoor de opleiding overigens niet eens de reden is), en er horen alarmbellen te gaan rinkelen.
Stiekem is ook een bezuiniging in aantocht, en gaat de inrichting van het vak op de helling:
Een onderscheid tussen de opleidingsniveaus van verpleegkundigen kan leiden tot een verschil in inkomen, maar ook in taken.
De overheid kennende speelt nog een derde proces een rol. De invoering van de rang regioverpleegkundige wil men ongetwijfeld vergezeld doen gaan van een diverser samenstelling daarbinnen, dan het gemiddelde van de huidige populatie verpleegkundigen. Je zou bijna gaan denken dat er een stok is gezocht om een hond mee te slaan, om met kunstmatige argumenten geforceerd een ‘diversificatie’ door te voeren. Omdat ‘diversiteit’ heilig is. Maar dat zou onze overheid nooit doen, als dat de kwaliteit van de zorg als geheel verder zou ondermijnen. Toch?
De overheid leert maar weinig van de puinhopen die ze er elders van maakt. Na het basisonderwijs de vernieling in te hebben geholpen, gaat ze zich nu grootschalig bemoeien met de zorg. Ik heb nooit veel verschil gemerkt tussen hoog en laag opgeleiden, behalve dan in de formulering van de argumenten (en niet in de argumenten zelf). Sterker, het lijkt erop dat de argumenten vaak met de hoog opgeleiden aan de haal gaan doordat de weging ervan onvoldoende aandacht krijgt. De mening van Henk en Ingrid is zo bezien meer waard dan de mening van Mark, Rob en Diederik. Misschien moeten PVV stemmers maar dubbel geteld worden en VVD stemmers hoogstens voor driekwart. GroenLinks stemmers zijn het meest hoog opgeleid (in een enge specialisatie), dus die stemmen kunnen wel gehalveerd worden.
Soms denk ik dat we terug moeten naar het systeem van vóór ca. 1970. In dat systeem gold loon naar werken.
Op dezelfde afdeling en voor hetzelfde werk kon de 1 dus meer verdienen dan de ander, ongeacht opleiding, omdat die 1 beter presteerde. Dat gaf motivatie. Doorstroommogelijkheden.
Toen deed bij het (grote) bedrijf waar ik werkte, de ‘functieclassificatie’ haar intrede. Iedereen ingeschaald naar opleiding, leeftijd, aantal dienstjaren enz. Prestatie deed er niet meer toe. Eenheidsworst, en nog een papieren ook.
Ik leerde vroeger mensen kennen in de zorg, die zonder speciale opleiding in de praktijk tientallen jaren ervaring hadden, hogelijk gewaardeerd werden door zowel collega’s, leiding, als de mensen waar ze zorg voor droegen.
Een diploma of opleiding hoeft niets te zeggen over vakkennis en gevoel voor het vak. Ik heb vaak genoeg meegemaakt dat z.g. hoogopgeleiden zwaar door de mand vielen in de praktijk. Maar ja, dat diploma he?
We moeten echt mensen weer op hun prestaties gaan beoordelen. Niet alleen in de zorg, maar altijd en overal.