De DENK-perikelen van dit moment tonen de problemen van integratie en politiek die men bij linkse partijen eerder gehad moet hebben, of waarvoor men bang was.

De NOS doet verslag van onderlinge strijd tussen lokale partijleden die geen blad voor de mond wensen te nemen, en de landelijke vertegenwoordigers die wel beter weten dan dit te laten woekeren:

De Haagse afdeling van DENK en het landelijk bestuur liggen op ramkoers en beschuldigen elkaar over en weer van chantage en ontoelaatbare uitlatingen. De beoogd lijsttrekker bij de gemeenteraadsverkiezingen in Den Haag, Abdoel Haryouli, mag van het partijbestuur die taak niet meer op zich nemen.

Meest kenmerkend is hoe de lokale krachtpatser Abdoel Haryouli het landelijke bestuur attaqueert. Het ontbreekt er maar net aan dat hij begint over discriminatie. ‘Chantage, grof schandaal’ en zo voort. Het sentiment is herkenbaar: wij laten ons de mond niet snoeren, en zullen zeggen wat wij als mening hebben!

Het afdelingsbestuur van DENK Den Haag beschuldigt het partijbestuur van afluisterpraktijken. Gesprekken die leden hadden met partijleden, kennissen en familieleden zouden zijn opgenomen en Haryouli zou met de opnames zijn gechanteerd, onder meer om hem te dwingen zijn lijsttrekkerschap op te geven. De lokale politici spreken van een “grof schandaal”.

Dergelijke akkefietjes werden voorheen opgelost met een zogeheten indringend gesprek, waarna iedereen er uiteindelijk verder maling aan had, en zijn eigen ding deed, zolang het niet al te uitgebreid op straat kwam te liggen. Meestal ook nog preventief toegedekt door de mensen die wisten wat er komen kon. Door iedereen die kritiek had op dergelijke allochtonen als racist weg te zetten kon men dat decennia lang maskeren, want ook de lafheid van Nederlandse media moet hierbij genoemd worden als bepalende factor.

Maar die maskerade van autochtonen die partijgenote allochtonen tegen zichzelf beschermden is bij DENK afwezig. En met wat er nu naar buiten komt valt eenvoudig te reconstrueren hoe zich dat vroeger (vooral!!) binnen de PvdA en bijbehorende partijen heeft afgespeeld.

Want dat men in die partij vroeger zo had gereageerd als nu Azarkan terecht doet, was volkomen ondenkbaar:

Maar het landelijk bestuur van DENK spreekt de beschuldigingen in een verklaring tegen. Volgens hen is er iets heel anders aan de hand en heeft Haryouli kwetsende en racistische uitlatingen gedaan waar hij niet van terug wil komen.
Volgens DENK-leider Azarkan “slaat Haryouli wild om zich heen” en is van afluisterpraktijken geen sprake. Hij spreekt van verwikkelingen die “meer iets zijn voor een Netflix-serie”.

Met dit in het achterhoofd is het verhaal in Den Haag kristalhelder:

Haryouli spreekt tegen dat hij zich racistisch heeft uitgelaten. Uitspraken van hem bij het bewuste etentje zijn uit de context gehaald, stelt hij. Andere sprekers zouden in de opnames niet meer te horen zijn. “Ze zijn op zoek gegaan naar iets waarmee ze mij lijsttrekker-af konden maken”, zegt Haryouli tegen de NOS.

En krijgt het langzaamaan een zekere amusementswaarde. Eerst komt daar de te verwachten beschuldiging van de onruststokers:

Het afdelingsbestuur in Den Haag beschuldigt het landelijk bestuur er verder van dat het een onderzoek naar de gang van zaken heeft geweigerd. “Onbegrijpelijk”, aldus de Haagse afdeling. “De lokale bestuursleden van DENK Den Haag en andere betrokkenen voelen zich onveilig, hun privacy is ernstig aangetast en mogelijk zijn er strafbare feiten gepleegd”, schrijft het lokale bestuur op Twitter.

Met als reactie daar op het soort commentaar dat vroegere partijgenoten van dergelijke types binnen de PvdA al nooit durfden te geven:

Het landelijk bestuur schrijft in de verklaring dat het hen is opgevallen dat “de heer Haryouli zichzelf heeft wijsgemaakt dat er allerlei complotten tegen hem zijn gesmeed” en dat hij “in zijn eigen fantasiewereld is gaan leven”.

Dat dit opstandige lid nog niet begrepen heeft dat de mores van DENK logischerwijs voorschrijven dat hij anderen ten voorbeeld wordt gesteld maken het vervolg voorspelbaar: En inderdaad:

Haryouli had tot vandaag 18.00 uur de tijd gekregen om alsnog spijt te betuigen. Hij heeft daaraan geen gehoor gegeven, waarop het bestuur zijn kandidatuur voor het lijsttrekkerschap heeft geschrapt.

Dat het gevolg zal zijn dat het enige jaren zal duren eer men in de gemeente Den Haag weer een werkende partijafdeling heeft, neemt het landelijk bestuur voor lief. Daarmee niet alleen demonstrerend hoe de nieuwe normen en waarde zijn, maar ook dat de partij door beter geïntegreerde mensen wordt geleid dan zij soms credits voor krijgt.

---

Eerdere analyses en eventuele vervolgen van de situatie binnen DENK vindt u op Veren of Lood hier,